Zes moties bij debat Belastingplan en AfB



De Eerste Kamer heeft dinsdag 12 december de Algemene financiële beschouwingen (AfB) gehouden met minister Hoekstra en staatssecretaris Snel van Financiën. Tegelijkertijd werd gedebatteerd over het Belastingplan 2018 en daarmee samenhangende voorstellen, zoals de voorgenomen afschaffing van de zogenoemde Wet-Hillen. De belangrijkste onderwerpen die in het debat aan de orde kwamen waren verder onder meer: het verhogen van het lage btw-tarief, ontwikkeling van de koopkracht, het afschaffen van de dividendbelasting, investeren in zorg en onderwijs en een eerlijke verdeling van welvaart.

De Eerste Kamer stemt dinsdag 19 december over het pakket Belastingplan 2018 en zes moties, waarvan een gewijzigde en een aangehouden, die in verband met het debat werden ingediend.

Senator Postema (PvdA) diende een motie in die de regering oproept de doelmatigheidskorting van € 183 miljoen voor het onderwijs "te verzachten en bij voorkeur ongedaan te maken". Minister Hoekstra ontraadde de motie omdat er geen dekking bij werd aangegeven. Senator Postema diende ook een motie om te voorkomen dat studenten door aansluiting van de 10-jaarsrente bij het studievoorschot worden gedwongen relatief meer te lenen. Ook deze motie werd door minister Hoekstra ontraden omdat geen dekking werd aangegeven.

Senator Ester (ChristenUnie) vroeg de regering in een motie in de jaarlijkse besluitvorming in aanloop naar de Miljoenennota, Rijksbegroting en Belastingplan expliciet na te gaan hoe de extremen in marginale druk verder verminderd kunnen worden. Minister Hoekstra zegde toe rapportages aan het parlement in die zin aan te zullen passen en liet het oordeel aan de Kamer. Senator Vos (Groen Links) verzocht de regering in een motie op het terrein van energie subsidies voor de fossiele sector in kaart te brengen en een plan te maken voor de afbouw hiervan. Minister Hoekstra noemde het regeerakkoord op dat punt al ambitieus en ontraadde de motie.

De motie van senator Barth (PvdA) die zij vorige week bij de Algemene politieke beschouwingen had aangehouden met het oog op het debat met de bewindslieden van Financiën werd gewijzigd. De motie vraagt de regering de maatschappelijke gevolgen van de btw-verhoging in kaart te brengen. Met de wijziging worden nu ook de overige effecten van voorgenomen fiscale maatregelen hierbij betrokken. De Eerste Kamer stemt volgende week over een motie die senator Koffeman (PvdD) op 28 juni 2016 had aangehouden over inperking van exportvoordelen voor (semi)elektrische auto's.

Impressies van het debat in eerste termijn

Volgens senator Van Strien van de PVV vindt de rest van Nederland, in tegenstelling tot het kabinet, dat het niet goed gaat met het land. Een ander punt van kritiek is dat het beleid zou moeten gaan Nederland en de Nederlanders en niet over cijfers. Over dat laatste gaat het nu vandaag natuurlijk wel. Bijvoorbeeld over het beschikbare inkomen van huishoudens dat aanmerkelijk minder gestegen is dan in de ons omringende landen. Henk en Ingrid zijn de ruggengraat van onze samenleving. Zij zien dat ze 0% zijn opgeschoten aan het eind van het jaar, terwijl er wel economische groei is. Ze merken daar echter niets van. Het kleine plusje van de economische groei wordt bij hen door lastenverzwaring in een kleine min veranderd.

Volgens de PVV loopt de energiebelasting uit de klauwen. De PVV vroeg aan de minister of de regering gaat ingrijpen in het subsidiecircus voor windmolenparken? Net zo hard loopt het uit de hand met de asielzoekersindustrie. Van Strien keek ook naar de kosten van dit project: 36.000 euro per asielzoeker volgens berekeningen van de PVV. Als ze eenmaal statushouder zijn, krijgen ze nog meer subsidies. Tegelijk zegt deze regering tegen 65plusser, aldus de PVV-senator: "Werkt u nog maar even door" en tegen jonge autochtone gezinnen "Wacht u nog maar even, we moeten eerst nog asielzoekers huisvesten." Van Strien maakt zich ook zorgen om de grensregio en de effecten van de  verhoging van het lage btw-tarief en de verhoging tabaksaccijns. Dit raakt vooral de grensstreek.

Senator Van Strien vroeg de minister waar de rationaliteit is in de discussie over de dividendbelasting. Was het afschaffen ervan het eerste dat dit kabinet als maatregel kon bedenken na de Brexit? De afschaffing van de regeling Hillen komt voor de PVV als een duveltje uit een doosje, leidt tot lastenverzwaring en is een boete op een deugdzaam en spaarzaam leven leiden. Van Strien voegde er aan toen dat het ook een signaal is van een onbetrouwbare overheid. Eerst wordt men verleid om het huis af te lossen om dat vervolgens weer om zeep te helpen. Is de staatssecretaris bereid om als de afschaffing van de regeling Hillen wordt aangenomen de forfaitaire stijging naar rato te verlagen?

Senator De Grave (VVD) steunt het begrotingsbeleid in algemene zin. Natuurlijk ziet hij risico's, vooral op internationaal terrein, zoals de Brexit. Maar als we op de lange termijn kijken is het wat minder rooskleuring ten aanzien van de overheidsfinanciën. De Raad van State heeft daar terecht kanttekeningen bij gezet. In de antwoorden op de schriftelijke vragen wordt dit in het geheel toegeschreven aan de extrapolatie van de zorgbijdragen. De VVD-fractie snapt dit, het zijn moeilijke maatregelen. Het gevolg is dat het regeerakkoord in zet op een groei-afremmingspakket in met name de curatieve sector. Kan de minister aangeven waarom hij dit plan wel houdbaar acht? Moeten er over zorgbijdragen niet aparte afspraken worden gemaakt? Bijvoorbeeld door een koppeling van de zorgbijdragen aan de groei van het BBP? Wil dit kabinet samen met het CPB een notitie maken om dat uit te zoeken?

De VVD-fractie vindt de fiscale voorstellen van het kabinet positief, evenwichtig, en in het algemeen een plus voor de burgers, minder voor bedrijven. Senator De Grave vindt de discussie over de dividendbelasting bevreemdend. Hoe verhoudt dit zich ten opzichte van de voorgestelde verlaging van de vennootschapsbelasting? Belastingen zullen nooit populair worden, aldus De Grave, maar er moet wel voldoende draagvlak voor blijven. Daarom moeten ze ook fair zijn. Aanvullend sprak senator Van de Ven (eveneens VVD) uitgebreider over de belastingmaatregelen. De regeling Hillen is volgens de VVD passend en geboden vanwege de overgangstermijn van 30 jaar voor de uitfasering. Van de Ven wees het kabinet op de motie-Hoekstra uit 2015 die vraagt om de een ontkoppeling van wetsvoorstellen die voorliggen aan de Eerste Kamer. De VVD-fractie vraagt het kabinet invulling te geven aan eigenstandige wetgeving op grond van afzonderlijke voorstellen.

Senator Van Apeldoorn (SP) vindt dat dit kabinet onvoldoende investeert in de samenleving, in mensen. De ongelijkheid neemt tijdens deze kabinetsperiode toe in plaats van dat deze een halt wordt toegeroepen. Van Apeldoorn vroeg de minister of hij kan uitleggen waarom ongelijkheid voor dit kabinet helemaal geen thema is. In navolging van de algemene politieke beschouwingen herhaalde de senator het standpunt van de SP ten aanzien van kinderarmoede en de motie daarover die op 5 december door de Eerste Kamer is aangenomen. Van Apeldoorn wil van de minister weten of hij al ideeën heeft over hoe een reductiedoelstelling gerealiseerd kan worden. Ten aanzien van de investeringen in onderwijs en zorg stelt de SP-fractie vast dat een echte inhaalslag achterblijft en dat op de zorg per saldo wordt bezuinigd. Volgens Van Apeldoorn had de regering veel meer kunnen investeren, ook als er gekozen wordt voor een begrotingsoverschot de komende jaren.

De SP-fractie wilde van de minister weten waarom ze blijven vasthouden aan de afschaffing van de dividendbelasting. De SP weet zeker dat de burgers van Nederland daar niets aan hebben. Zij ziet dit als een kabinet dat zich laat ringeloren door de lobby van het bedrijfsleven. Over de verhoging van het lage btw-tarief betoogde de senator dat dit het meest die mensen treft voor wie dagelijkse boodschappen al zo duur zijn en die zich weinig luxe kunnen permitteren. Hij wilde van de minister weten of hij onderschrijft dat deze maatregel vooral voor de laagste inkomens slecht uitpakt. Van Apeldoorn besloot zijn inbreng met steun voor het overgrote deel van de voorstellen in het Belastingplan 2018, maar niet het voorstel om de belastingvrije voet in de vermogensrendementsheffing te verhogen omdat dit vooral ten goede komt aan mensen met grote vermogens.

Senator Van Rij (CDA) herbevestigde dat de CDA-fractie dit kabinet positief zal bejegenen en ziet uit naar een constructieve dialoog. Hij sprak zijn waardering uit voor het vorige kabinet en met name de voorganger van deze minister van Financiën die goed op de kas heeft gelet. Van Rij schetste een aantal ontwikkelingen die een impact op de Nederlandse economie kunnen hebben en vroeg om een reactie van de minister. Het betreft de toekomst van de EU, in het bijzonder de Brexit, het America First-beleid en de gevolgen daarvan voor de internationale handel en de technologische veranderingen zoals digitalisering, robotisering, bitcoins en blockchains, en de automatisering.

Ook vroeg Van Rij zich af of de Belastingdienst voldoende voorbereid is om de enorme informatie aan data - nu de uitwisseling van informatie tussen landen goed op gang is gekomen - goed en efficiënt te kunnen verwerken? De CDA-senator ging net als de andere woordvoerders in op de voorgenomen afschaffing van de regeling Hillen. Hij wilde van de bewindspersonen weten waarom de regeling Hillen onbetaalbaar zou zijn in relatie tot de totale budgettaire uitgaven met betrekking tot de eigen woning.

Ook de PvdA-fractie nam met twee woordvoerders deel aan het debat. Senator Postema ging allereerst in op de hoofdlijnen van het financiële beleid. Volgens de PvdA-senator zijn de overheidsfinanciën op macroniveau in orde. Toch lijkt het houdbaarheidstekort verslechterd. Postema wil weten of dit klopt en zo ja, welke maatregelen de minister hij gaat nemen om dit niet te laten gebeuren. Net als senator van Rij maakt hij zich zorgen om crypto-valuta zoals de bitcoin en hoe de regering tegen deze uitwassen van globalisering aankijkt? Voor de PvdA-fractie staat in een duurzame economie niet het financiële kapitaal, maar de mens centraal. Daarom vroeg Postema waarom er weinig terecht is gekomen van de prominente plek van het onderwijs (wel in de verkiezingsprogramma's, niet in het regeerakkoord). Waarom heeft het onderwijs zelfs een korting opgelegd gekregen? Ten aanzien van de afschaffing van de dividendbelasting vraagt hij de minister of hij bereid is dit wil heroverwegen en de middelen die ermee gemoeid zijn investeren in Nederlands menselijk kapitaal. Over de verhoging van het lage btw-tarief vraagt hij of het kabinet de maatschappelijke effecten ervan wil onderzoeken en de effecten op de concurrentiepositie van zelfstandige winkeliers, met name in krimpgebieden en grensregio's.

Postema's PvdA-collega Sent ging vervolgens verder in op de fiscale voorstellen van het kabinet. Onevenwichtigheden in het fiscale stelsel baart de PvdA-fractie zorgen. Ze wilde van de regering weten welke initiatieven zij gaat nemen om de scheefgroei tussen belastingontwijking aan de ene kant en grote inkomensafdracht door huishoudens aan de andere te herstellen. Ook wilde Sent weten welke visie ten grondslag ligt aan het voornemen van het kabinet om zowel huurders als huizenbezitters minder subsidie te geven. Huizenbezitters krijgen minder hypotheekrenteaftrek, maar tegelijk daalt het eigenwoningforfait ook. Sent ziet een derde scheefgroei tussen werknemers en zelfstandigen. Is de staatssecretaris het met de PvdA-fractie eens dat onderliggende fiscale prikkels die leiden tot sterke stijging van schijnzelfstandigheid aangepakt dienen te worden?  

Voor senator Rinnooy Kan (D66) begint het Nederlandse buitenland in Europa. Hij wilde van de minister weten welke bevoegdheden op zijn brede werkterrein hij wel en welke juist niet op Europees niveau versterkt zou willen zien. De complexe relatie met het Verenigd Koninkrijk heeft voor Nederland een bijzondere historische en economische betekenis. Rinnooy Kan vroeg aan de minister wat hij ziet als de meest gewenste uitkomst van de Brexit-onderhandelingen, hoe realistisch hij die wens acht en hoe het kabinet zich voorbereid op minder gewenste scenario's. De D66-fractie steunt de voortgaande hypotheekhervormingen, maar maakt zich wel zorgen over de toegang van jonge tweeverdieners tot de woningmarkt. Tevens kwam de D66-senator met de wens dat de minister terugkomt op de onderwijskorting. Tot slot deelde Rinnooy Kan zijn zorgen over de productiviteit van Nederland. Deze stijgt de laatste jaren nauwelijks tot niet. Heeft de minister een verklaring voor de stagnatie, vroeg hij aan minister Hoekstra.

Fractiegenoot Backer ging in zijn bijdrage vooral in op de afschaffing van de regeling Hillen. D66 is blij dat dit kabinet durft wat eerdere kabinetten nalieten. Uit het debat in de media zou men kunnen denken dat hypotheken uitsluitend worde afgelost vanwege een fiscale prikkel. Dat is te simpel, aldus Backer, vrijwillig aflossen kon al. D66 acht het voorstel uitvoerbaar en handhaafbaar, rekening houdend met de timing van de Belastingdienst. Wel roept Backer de staatssecretaris op om goede voorlichting te geven aan bezorgde burger over dit onderwerp.

Senator Vos (GroenLinks) sprak de indruk uit dat economische groei of het hebben van een aantrekkelijk vestigingsklimaat voor bedrijven meer prioriteit heeft voor dit kabinet dan het investeren in mensen en milieu. De Panamapapers laten bijvoorbeeld zien dat 63% van de winsten van Amerikaanse bedrijven naar belastingparadijzen gaan, het meeste daarvan naar Nederland. Vos wilde van de minister weten wat het kabinet daar van vindt. Ook wilde zij weten waarom het kabinet de dividendbelasting wil afschaffen. Is het kabinet bereid deze maatregel te heroverwegen? Ook de verlaging van de vennootschapsbelasting verbaast haar. Is Nederland bezig met een race tot he bottom? GroenLinks ziet de noodzaak niet. Senator Vos ziet een wereldwijde ontwikkeling waar kapitaal zich steeds verder concentreert en de beloning voor arbeid steeds minder loont. Beoordeelt de regering de stijgende ongelijkheid als een probleem of juist helemaal niet? GroenLinks maakt zich zorgen om de effecten van de verhoging van het lage btw-tarief op met name de lage inkomenshuishoudens. Ten aanzien van klimaat en milieu vroeg GroenLinks de staatssecretaris om het totale pakket aan fossiele subsidies in kaart te brengen en een plan voor afbouw te maken. 

Senator Ester (ChristenUnie) is blij met de investeringen in onderwijs, onderzoek, energietransitie en defensie en de extra uitgaven voor ontwikkelingssamenwerking. Wel zit er een keerzijde aan deze uitgaven. Ester vroeg dan ook om een reactie van de minister op het advies van de Raad van State om iets meer zekerheid in te bouwen ten aanzien van ofwel belastingverhoging of verlaging van de uitgaven. De ChristenUnie-fractie maakte zich verder zorgen over de gevolgen van de Brexit, de eurozone en de rol van de ECB en de Chinese schuldenberg. Zo wilde hij weten van de staatssecretaris weten wat de gevolgen van Brexit voor de douane-unie zijn. Ook vroeg hij om een reactie op het advies van de Raad van State over de noodzaak van een meer beperkte taakopvatting van de ECB en tot slot wilde hij weten hoe de minister de onzekerheden door turbulentie op de Chinese financiële markten beoordeelt. Met betrekking tot het Belastingpakket ging Ester in op de marginale druk voor hurende eenverdieners die er door dit regeerakkoord eindelijk op vooruit gaan. Ten aanzien van de aanpak van de belastingontwijking wilde hij van de staatssecretaris weten wat zijn ambities zijn. De ChristenUnie-fractie stelt vast dat het wispelturig handelen van de overheid boosheid bij burgers in de hand heeft gewerkt, zoals bij de regeling Hillen. Hoe kijkt de staatssecretaris terug op de wijze waarop de overheid heeft gecommuniceerd en welke lessen trekt hij?

Senator Koffeman (PvdD) riep op om ook tijd te nemen voor Algemene ecologische beschouwingen omdat onze ecologie er ronduit beroerd voor staat. Koffeman ging uitgebreid in op de massale export van tweedehands hybride auto's. Hij vroeg de minister of hij het met de PvdD eens is dat hier sprake is van een desinvestering van een met publiek geld mogelijk gemaakte ontwikkeling. Ook wilde hij weten of de minister bereid en in staat is om te komen met een plan van aanpak om de export van gebruikte hybride en elektrische auto's te voorkomen of in elk geval te ontmoedigen. Vervolgens stelde senator Koffeman enkele vragen die dieper ingaan op het principe 'de vervuiler betaalt'. Zo wilde hij weten waarom het kabinet geen vleestaks wil invoeren, en waarom veel heffingen op vervuiling pas later ingaan. Tot slot vroeg hij de minister waarom de btw op gezonde producten in gelijke mate verhoogd zijn als die op ongezonde vervuilende producten.

Senator Schalk (SGP) begon zijn betoog - refererend aan het motto van het regeerakkoord - dat vertrouwen verdiend moet worden. Vervolgens vroeg Schalk of de bewindspersonen het niet verstandiger zouden vinden om de hand wat meer op de knip te houden om zo een volgende crisis beter te kunnen opvangen. De SGP-fractie stelt dat het kabinet haar toezegging  aan de landbouw met betrekking tot de btw-landbouwregeling niet nakomt. Dat is toch niet betrouwbaar, aldus Schalk. Dezelfde vraag geldt ook voor de regeling Hillen. De SGP stelt verder vast dat de koopkrachtverschillen tussen een- en tweeverdienende huishoudens nog steeds groter worden. Schalk herinnerde aan zijn eigen motie waarin de regering werd verzocht om met voorstellen te komen om de verschillen te verkleinen. Hij vroeg of deze regering aan deze wens gaat werken.

Senator Nagel (50PLUS) noemde de afschaffing van de regeling Hillen de eerste grote blunder van dit kabinet. Hij vroeg of de regering kan uitleggen waarom ze zich niets aantrekt van de mening van de kiezers. Ook maakt 50PLUS zich zorgen over de verhoging van het lage btw-tarief. Zij vreest de maatschappelijke gevolgen op talrijke terreinen, met name in de krimpgebieden en de grensregio's. 50PLUS vroeg de regering of zij op tijd de vinger aan de pols wil houden als er directe nadelige gevolgen merkbaar worden. Tot slot vroeg Nagel naar de bevindingen van de nieuwe bewindspersonen ten aanzien van de problemen bij de Belastingdienst. Hoe hebben zij de situatie bij hun aantreden ervaren en welke maatregelen  treffen zij om orde op zaken te stellen?

Senator Ten Hoeve (OSF) hield een pleidooi om ten aanzien van financiële plannen zo eenvoudig mogelijk, zo overzichtelijk mogelijk en zo transparant mogelijk te blijven. Ook de OSF-fractie ziet de verlaging van de vennootschapsbelasting als een race to the bottom en vraagt de minister waarom hij dit zou willen verdedigen. Ten Hoeve is voorstander van de vereenvoudiging van de tariefstructuur van de inkomstenbelasting. De verhoging van het lage btw-tarief vindt de OSF vooral een probleem voor ondernemingen in de grensstreek omdat dit een verdere verslechtering van de toch al niet florissante concurrentiepositie betekent. Hij vroeg de minister hoe hij daar tegen aan kijkt.   

Antwoorden van de minister van Financiën

In zijn repliek groepeerde minister van Financiën Hoekstra zijn antwoorden op vijf thema's: overheidsfinanciën, investeringspakket, stelselhervormingen, belastinghervormingen en het internationale financiële beleid.

Overheidsfinanciën

Deze regering voert een trendmatig overheidsbeleid, aldus de minister. Dit zorgt voor rust en beheersbaarheid over de volle regeerperiode. In totaal 14,5 miljard euro impuls door het kabinet, tegelijk ook voor Europese begrotingsregels en houdbaarheid. Daling naar 47% staatsschuld tot einde van deze regeerperiode. Ik probeer kabinetsleden te committeren aan afspraken, maar ook aan trendmatig overheidsbeleid. De regering streeft naar handhaven begrotingsoverschot, waarmee voldaan wordt aan Europese begrotingsregels. Brexit is hier echter niet in verrekend. 

Breed pakket van investeringen

Het kabinet investeert extra geld (1,6 miljard euro) in onderwijs, onderzoek, cultuur en media. De doelmatigheidskorting van 183 miljoen euro is er, erkende de minister, maar uiteindelijk zijn er toch 1,6 miljard investeringen. Op zorg wordt 1,9 miljard euro bespaard. Tegelijk wordt er meer in de curatieve zorg geïnvesteerd.

Hervormingen op belangrijke stelsels

Periodiek onderhoud en modernisering van stelsels zijn noodzakelijk om deze toekomstbestendig te maken en te houden.

Het totale pakket aan maatregelen in het regeerakkoord verkleint de institutionele verschillen tussen flex en vast, schept helderheid voor opdrachtgevers en opdrachtnemers bij het werken als zelfstandige en maken werken aantrekkelijker, aldus de minister.

Een Europese bankenunie is er nog niet. De vertaling van Basel IV naar Europese wetgeving moet nog plaatsvinden. Het is een ingewikkelde formule om ook het klimaatakkoord hierin een plaats te geven. Er komt een kabinetsbrief over bitcoins en blockchains die aan beide Kamers zal worden toegezonden.

Geplande hervormingen van belastingstelsel

  • 1. 
    Inkomstenpakket

Minister Hoekstra licht de maatregelen toe: 6,2 miljard lastenverlichting voor burgers in 2021, zodat ze meeprofiteren van groei. Werk wordt meer lonend. Alle inkomensgroepen gaan er in komende jaar in koopkracht op vooruit. Het beleid laat zien dat verschillen tussen inkomens kleiner worden.

Verschillen worden veroorzaakt door bijvoorbeeld de gunstiger economie (terwijl regeringsbeleid wel verschillen verkleint). De belastingdruk voor eenverdieners is hoger vanwege het progressief belastingstelsel. Het kabinet hecht aan economische zelfstandigheid van een ieder. Dat neemt niet weg dat koopkracht van eenverdieners nauwelijks is gestegen. Dit heeft de aandacht van het kabinet, aldus de minister.

  • 2. 
    Bedrijfslevenpakket

Hoekstra gaat vervolgens in op de tweede pijler van de belastinghervorming: het verbeteren van het fiscaal vestigingsklimaat. Dit betekent in totaal 3 miljard euro lastenverlaging, waaronder het afschaffen dividendbelasting. Door de Brexit is er heel veel in beweging in Europa. Nederland is niet het enige land dat kijkt naar mogelijkheden om het vestigingsklimaat te verbeteren, wel of niet ingegeven door Brexit. De urgentie om iets te doen is groter geworden dan toen er eerder over de afschaffing van de dividendbelasting werd gesproken.

Internationale beleid

Ten aanzien van de EU hanteert het kabinet de volgende uitgangspunten: commitment, concerns and conditions. Ook in Europa is er gesproken over het huis op orde krijgen. Begin van de balansverkorting heeft nog niet geleid tot grote effecten. Volgens minister Hoekstra kan er geen solidariteit zijn zonder reciprociteit. Daar ontbreekt het volgens hem nog wel eens aan in Europa. Alleen als je het in de juiste volgorde doet, zou je een overstap kunnen maken naar Europees depositogarantiestelsel. Duitsland en een aantal andere landen heeft aangegeven aan die juiste volgorde te hechten alvorens tot een bankenunie te komen. Voor deze regering is de meest gewenste Brexit een zo zacht mogelijke, waarin Nederland en het Verenigd Koninkrijk zo veel mogelijk verbonden blijven. In alle scenario's moeten er aanpassingen worden gedaan bij de douane bijvoorbeeld. Een goede uitkomst is verre van gegarandeerd.

Antwoorden van de staatssecretaris van Financiën

Ook staatssecretaris Snel reageerde op de eerste termijn van de Kamer. Hij ging achtereenvolgens in op de vragen over lastenverlichting, verbeteren van het vestigingsklimaat, verdere vergroening van het belastingstelsel en een vierde thema dat boven de andere hangt: de uitvoerbaarheid door de belastingdienst.

Het belangrijkste voor dit kabinet is de opgave om alle inkomensgroepen te laten merken dat het weer beter gaat met de economie in Nederland. Het is daarom, aldus de staatssecretaris, tijd om de belasting op inkomens te verlagen en het belastingstelsel verder te hervormen. Het schijvenstelsel maakt het stelsel inzichtelijker. Algemene heffingskorting gaat omhoog, evenals ouderenkorting gaat omhoog, met veel geleidelijker afbouw.

Naast de lastenverschuivingen zijn er ook hervormingen. De Regeling Hillen wordt in 30 jaar afgebouwd. Dit betekent 5,2 miljard euro lastenverlichting in 2021. Werken wordt meer lonend. Een zuivere vlaktaks heeft het kabinet niet ingevoerd, wel een sociale vlaktaks. Ten aanzien van verhoging lage btw zei de staatssecretaris: volgens het CPB maakt het niet heel veel uit voor de bestedingen van mensen. Ook de grenseffecten lijken beperkt. Hij vroeg zich af of je de maatschappelijke effecten van de verhoging wel kunt onderzoeken. In algemeenheid, aldus Snel, wordt deze maatregel gezien als een welvaartsbevorderende maatregel. Op microniveau kunnen we dit heel moeilijk inschatten. Combinatie van deze maatregelen met andere maatregelen in het regeerakkoord leiden tot positieve invloed op koopkracht.

Wat betreft de fiscalisering in de digitale economie zoals bitcoins en blockchains , zei Snel dat de bitcoin een cryptomunt is en daarmee gezien wordt als betaalmiddel. Dit wordt door de belastingdienst behandeld als vreemde valuta en moet aangegeven worden in box 3.Dit kabinet kiest voor een substantiële verlaging vennootschapsbelasting (van iets boven naar iets onder het Europese gemiddelde). De focus ligt op reële economie, niet meer voor doorstromers en brievenbussen, maar voor echte bedrijven met echte banen. Het kabinet wil zorgen voor een goed reëel vestigingsklimaat.

Vervuiling krijgt een hogere prijs, aldus Snel. Dit kabinet brengt de energiebelasting beter in balans in verhouding tot de CO2-uitstoot. Daarnaast wordt geïnvesteerd in de verduurzaming van de woningvoorraad door de verhuurdersheffing te verrekenen met huurders die hun woning verduurzamen.

De modernisering van de Belastingdienst is een speerpunt voor dit kabinet, naast de belastingontwijking. Er zal meer over worden gegaan op digitalisering zonder dat dat een doel op zich is. Het half miljard dat daarvoor door het kabinet is vrijgesteld wil Snel nuttig efficiënt en doelmatig besteden.


Deel dit item: