Overzicht Commissievoorstellen definitief BTW-systeem: COM(2018)298 en COM(2018)329

COM(2018)298 Voorstel voor een Richtlijn tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG ('de btw-richtlijn') betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde wat betreft de toepassing van de facultatieve verleggingsregeling voor leveringen van bepaalde fraudegevoelige goederen en diensten en van het snellereactiemechanisme tegen btw-fraude

Inhoud voorstel: Dit voorstel strekt tot verlenging van de mogelijkheid die de lidstaten hebben de verleggingsregeling toe te passen om bestaande fraude met leveringen van goederen en diensten te bestrijden, zoals bepaald in artikel 199 bis, lid 1, van de btw-richtlijn, en van de mogelijkheid gebruik te maken van het snelle reactie mechanisme (het zogenoemde: Quick Reaction Mechanisme (QRM) om fraude te bestrijden. Deze artikelen 199 bis en 199 ter vastgestelde maatregelen te verlengen lopen tot 31 december 2018. De Commissie stelt voor deze te verlengen tot 30 juni 2022, datum waarop de definitieve regeling voor b2b-goederenleveringen binnen de Unie in werking moet treden.

BNC-fiche: De Nederlandse regering is positief over de voorgestelde verlenging van de mogelijkheden om de verleggingsinstrumenten in te zetten tegen fraude. Wel heeft Nederland enkele vragen over dit voorstel. Zo is de regering bijvoorbeeld benieuwd waarom ook voor de toepassing op diensten een einddatum van 30 juni 2022 wordt opgenomen. Het voorgestelde definitieve systeem geldt vooralsnog alleen voor B2B-goederenleveringen en niet voor diensten. Nederland stelt daarom voor in elk geval voor diensten de regelingen in dit voorstel langer te verlengen dan tot 30 juni 2022. Dit voorstel zou in onderlinge samenhang met het voorstel over het definitieve btw-systeem moeten worden bekeken. De Nederlandse regering is positief over de subsidiariteit en proportionaliteit van het voorstel.