Plenair Koffeman bij voortzetting Algemene politieke beschouwingen



Verslag van de vergadering van 30 oktober 2018 (2018/2019 nr. 5)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 22.46 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Koffeman i (PvdD):

Voorzitter, dank u wel. De minister-president keek heel verbaasd toen ik vertelde dat hij overleg had gehad met Jack Ma van Alibaba. Hij wist het niet meer. Jack Ma van Alibaba was in het Torentje. Maar goed, toen mevrouw Merkel in het Torentje was geweest, wist ze het ook niet meer. Tijd niet gezien! Dat bleek mee te vallen. Maar goed, kennelijk zit het in de omgeving. Jack Ma wil een distributiecentrum van 380.000 m2 bouwen, niet in Lelystad maar in Maastricht. Lelystad zit in die tekst, met 155.000 m2. Als u zulke gesprekken heeft, deel het dan gewoon met ons. Dat is wel zo gezellig.

Dan over zelfregulering en stalbranden. Ik heb hier een cartoon van Tom Janssen in Trouw. Je ziet daarin een LTO-vertegenwoordiger met een brandspuit die een rokende varkensstal aan het nablussen is. Uit die brandblusser komt geen water, maar daar komen allerlei woorden uit als: we moeten nog veel doen, we hebben overleg met de sector, we hebben overleg met de Dierenbescherming. Dat is eigenlijk geen effectieve manier. Dus ik zou willen vragen of het kabinet toch echt met een eigen actieplan wil komen, om te zorgen dat die 1,5 miljoen dieren die in de afgelopen vijf jaar gestorven zijn, niet tevergeefs gestorven zijn, maar dat er toch vanuit de overheid iets gedaan wordt aan stalbranden.

Wat het Kroondomein betreft heeft de minister-president aangegeven dat hij van de prins geen kwaad weet en dat de koning en de minister-president eigenlijk altijd hetzelfde zeggen. Ik zou daarmee oppassen, want ik heb de vrouw van de koning weleens een kwalificatie horen geven van wat hij zei. Ik zou niet willen dat de minister-president diezelfde kwalificatie moet krijgen.

Dan over externaliteiten. De minister-president gaf aan dat hij eigenlijk niet wist wat externaliteiten waren. Dat is jammer, want daar is een hoop geld te halen. Het IMF heeft becijferd dat we hier in Nederland 175 miljoen CO2 uitstoten en dat dat in termen van externaliteiten, dus de kosten die wij met z'n allen daarvoor dragen, grofweg 22 miljard per jaar bedraagt. Dat is elf keer meer aan inkomsten voor het kabinet dan de dividendbelasting zou hebben gekost. Het is dus zeker wel de moeite waard. Dus ik geef het op u presenteerblaadje via een motie. Op het moment dat u die externaliteiten in kaart brengt en daar een heffingsgrondslag aan weet te verbinden, heeft u heel veel minder financiële zorgen dan u op dit moment heeft. Dus wellicht kunt u uw voordeel hiermee doen.

De voorzitter:

Door de leden Koffeman, Van Leeuwen, Strik, Kox, Ten Hoeve en Nagel wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat voor een rechtvaardige verdeling van de kosten van het klimaatbeleid het uitgangspunt "de vervuiler betaalt" redelijk is;

overwegende dat veroorzakers van klimaatschade via een directe bronheffing voor door hen veroorzaakte externaliteiten het meest gestimuleerd zullen worden tot het verminderen van activiteiten die klimaatschade veroorzaken;

verzoekt de regering de kosten van klimaatschade van de tien grootste veroorzakende sectoren en activiteiten, die op dit moment voor rekening van de samenleving komen, in kaart te brengen om te komen tot een klimaatinclusieve kostprijs van producten en diensten en een beleid waarin die kosten aan de bron worden verdisconteerd,

en gaat over tot de orde van de dag.

Zij krijgt letter G (35000).

De heer Koffeman (PvdD):

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Koffeman. Ik geef het woord aan de heer Schalk. U heeft één minuut, meneer Schalk.