De Eerste Kamer heeft in de plenaire vergadering van dinsdag 27 november stilgestaan bij het overlijden op 12 november jongstleden op 100-jarige leeftijd van oud-senator Gérard Mertens. De heer Mertens was lid van de Eerste Kamer van 15 juli 1952 tot 16 september 1969 en van 7 oktober 1969 tot 1 januari 1979.
De heer Mertens was lid van de KVP-fractie en - toen die partij opging in het CDA - van de CDA-fractie. Hij was landbouwwoordvoerder en van 1970 tot het einde van zijn Eerste Kamerlidmaatschap was hij acht jaar voorzitter van de vaste Kamercommissie voor Landbouw en Visserij.
Mertens was vele jaren actief als voorzitter van de Limburgse Land- en Tuinbouw Bond, de Katholieke Nederlandse Boeren- en Tuindersbond en van de Raad van Beheer van de Coöperatieve Centrale Rabobank. Voor de KVP werd hij op zijn 28e lid van de gemeenteraad in Venlo. Ook was hij lid van Provinciale Staten Limburg en geruime tijd bestuurslid van de KVP.
Naast zijn politieke carrière, was de heer Mertens betrokken bij vele organisaties. Zo maakte hij vanuit zijn werk voor de Land- en Tuinbouwbond bijvoorbeeld deel uit van de Sociaal Economische Raad, de Stichting voor de Landbouw en het bestuur van de Centrale Boerenleenbank. In Limburg was hij daarnaast actief in het bestuur van uiteenlopende organisaties zoals 'Het Limburgs landschap', de Stichting Kasteeltuinen Arcen, de ziekenhuizen in Venlo en Venray en de Rooms-Katholieke Kerk in zijn woonplaats Hout-Blerick. Al die tijd bleef hij ook betrokken bij de "Hoverhof", zijn familieboerderij.
Voorzitter Ankie Broekers-Knol: "In zijn bijzonder lange maatschappelijke en politieke leven was de heer Mertens tot op hoge leeftijd zeer betrokken bij de samenleving - in zijn eigen volgorde - als 'katholiek, boer en bestuurder'. Hij gaf met samenwerking, overleg en dienstbaarheid invulling aan zijn grote verantwoordelijkheidsgevoel."
Deel dit item: