Verslag van de vergadering van 5 februari 2019 (2018/2019 nr. 17)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 17.49 uur
De heer Köhler i (SP):
Voorzitter. We bespreken vandaag de toedeling van geld uit de zogenaamde klimaatenvelop voor 2018. Wat een vreselijk woord eigenlijk: klimaatenvelop. Het zou het draagvlak voor het beleid ten goede komen als we afzien van dit soort jargon.
Deze aanvullende begroting regelt dat er 90 miljoen euro beschikbaar komt voor het opzetten van projecten om te komen tot aardgasvrije wijken en 5 miljoen voor schaalvergroting van verduurzaming van basisscholen. De SP-fractie stemt hiermee in. Ik heb overigens begrepen dat het beschikbare bedrag inmiddels is gegroeid van 90 miljoen naar 120 miljoen euro en vraag de minister of dit juist is. De bedoeling is dat gemeenten ervaring op gaan doen met het aardgasvrij maken van wijken, ervaring die ook beschikbaar moet komen voor andere gemeenten. De Tweede Kamer heeft hier door het aannemen van de motie-Beckerman aan toegevoegd dat de opgedane kennis ook laagdrempelig beschikbaar moet zijn voor de inwoners. Mijn fractie hecht hieraan, omdat bewoners in staat moeten zijn zelf een belangrijke stem te hebben in de manier waarop hun dorp of wijk aardgasvrij gaat worden.
Voorzitter. Om te voldoen aan de internationaal, ook door Nederland, afgesproken vermindering van de uitstoot van CO2 om de opwarming van de aarde te beperken, moet er veel meer gebeuren. Maar deze regering schuift, net als haar voorgangers, het treffen van voldoende maatregelen steeds voor zich uit. In het onlangs verschenen rapport van het Planbureau voor de Leefomgeving staat een overzicht waaruit blijkt dat de uitstoot van CO2 in 2016 in Nederland 8% minder was dan in 1990. In onze buurlanden, België en Duitsland, was dat 18% en 26%. Gemiddeld in de Europese Unie is het 22%. Nederland doet het dus veel slechter dan de andere landen.
Het Planbureau verwacht dat de uitstoot in 2020 met 21% zal zijn afgenomen. Dat is beduidend minder dan de 25% die nodig is om aan onze internationale afspraken te voldoen. De regering heeft aangekondigd pas in april, na de verkiezing van de Provinciale Staten, met aanvullende maatregelen te komen. Waarom moet dit weer zo lang duren, vraag ik de minister. Om nog maar niet te spreken over de plannen voor een zogenoemd klimaatakkoord, die nog langer op zich laten wachten. Intussen heeft de regeringscoalitie één van de meest effectief geachte maatregelen, een CO2-heffing voor bedrijven, vooralsnog niet in haar plannen opgenomen.
Voorzitter. De SP-fractie steunt de nu voorliggende aanvullende begroting. Maar de regering zal voor de komende plannen voor het klimaat uit een ander vaatje moeten gaan tappen, wil ze ook dan nog op onze steun kunnen rekenen.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Köhler. Wenst een van de leden in eerste termijn nog het woord? Dat is niet het geval. Dan schors ik de vergadering in verband met de dinerpauze.