Plenair Ton van Kesteren bij voortzetting behandeling Begroting Onderwijs, Cultuur en Wetenschap



Verslag van de vergadering van 16 december 2019 (2019/2020 nr. 13)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 22.37 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Ton van Kesteren i (PVV):

Dank u wel, voorzitter. Mijn punt met betrekking tot de overhead en de bureaucratie heb ik gemaakt, maar het wordt naar mijn idee nog te weinig onderkend door de minister. Hij noemde mijn voorstelling van zaken een karikatuur, maar ik zou hem toch willen meegeven dat dat voor wat de overhead en de bureaucratie betreft wel de werkelijkheid is. Ik zou zeggen: vraag het de mensen voor de klas.

Verder heb ik de minister nog niet gehoord over het tegengaan van de verregaande feminisering in het basisonderwijs, met name een mannenquotum.

Ook hoor ik graag nog wat van de minister over het passend onderwijs, waarover ik ook iets heb gezegd.

Dan ga ik, op speciaal verzoek van de gewaardeerde collega Pijlman, verder met een aantal voorbeelden van indoctrinatie in onderwijs en media. Het klimaat- en duurzaamheidsbeleid wordt in onderwijs en media gebracht als een zorgverhaal. De klimaatobsessie met bijbehorende angst die op kinderen en jongvolwassenen wordt geprojecteerd — miljoenen mensen die het leven zullen laten als gevolg van overstromingen en hongersnood, et cetera — is een vorm van indoctrinatie, omdat er niet bij wordt verteld dat zonneactiviteit en kosmische straling in grote mate verantwoordelijk zijn voor de klimaatverandering en dat de temperatuur op aarde de laatste vijftien jaar niet is toegenomen. Een tweede voorbeeld.

De heer Pijlman i (D66):

U zult vast een hele riedel hebben, maar in mijn opvatting haalt u vaak feiten en meningen door elkaar.

De heer Ton van Kesteren (PVV):

Nee, hoor. Dat is uw interpretatie. Ik ga even verder. Het zijn er niet zo veel. De elektrificatie van de samenleving wordt in onderwijs en media gebracht als iets noodzakelijks voor een betere en schonere wereld. Dat wordt gesteld. Wat er niet bij wordt verteld, zijn de consequenties voor de energievoorziening, de torenhoge kosten voor de samenleving en het feit dat deze elektrificering leidt tot een gigantisch en nauwelijks te recyclen chemische afvalberg. En wat te denken van de erbarmelijke omstandigheden waaronder kleine kinderen in Congo als slaven in de kobaltmijnen moeten werken om de decadente westerse samenleving met haar perverse klimaat- en duurzaamheidsobsessie een deugdgevoel te kunnen bezorgen?

Voorzitter. Trump, Wilders en Boris Johnson worden in onderwijs en media afgeschilderd als lunatics. In Goedemorgen Nederland werd onlangs, nota bene door een analist, een deskundige in diplomatie, gezegd dat in het hoofd van Boris Johnson een aantal bouten loszaten. Over Trump van hetzelfde laken een pak. Het zijn democratisch gekozen politici, met een aanhang van aanzienlijke omvang, met een gerechtvaardigde kritiek en reële en billijke alternatieve oplossingen voor de actuele problemen die eenzijdig door een linksgeoriënteerde politieke meerderheid worden gepresenteerd. Maar daarover geen enkele inhoudelijke informatie, maar overwegend zwartmakerij. In onderwijs en media wordt uitgebreid aandacht besteed aan het Suikerfeest, terwijl onze eigen Zwarte Piet wordt genegeerd en verzwegen. Zeer opvallend, voorzitter.

De voorzitter:

Meneer Van Kesteren, is het mogelijk dat u zich beperkt tot het onderwerp van vandaag, namelijk de onderwijsbegroting?

De heer Ton van Kesteren (PVV):

Mijn betoog ging ook over discriminatie in het onderwijs dat wordt gebagatelliseerd en zelfs ontkend. Ik wilde dat toch even met een aantal feiten onderbouwen. De heer Pijlman vroeg daarnaar. Ik kom bij de laatste, dus nog even geduld. Ik had trouwens ook tien minuten ingetekend.

Voorzitter. In onderwijs en media is ook veel aandacht voor discriminatie en racisme, maar geen woord over discriminatie op grond van politieke gezindheid, over de hedendaagse repressie van met name vrouwen, van vrouwen die weigeren om een hoofddoek te dragen en van mensen met een andere geaardheid in islamitische samenlevingen en geen enkele aandacht voor het nieuwe racisme en racismewetten in Zuid-Afrika tegen de blanke bevolking.

De voorzitter:

Meneer Van Kesteren, ik zie niet langer de relatie tussen wat u nu allemaal zegt en de Onderwijsbegroting. Ik wil u voor de tweede maal vragen om u te beperken tot het onderwerp van vandaag. Het Reglement van Orde gebiedt mij ook om u daartoe op te roepen en u anders het woord te ontnemen, dus graag u beperken tot de Onderwijsbegroting. Ik geef u nog een kans.

De heer Ton van Kesteren (PVV):

Was het de geachte collega Vendrik die u daarop wees? Ik vind namelijk dat dit wel degelijk te maken heeft met de Onderwijsbegroting, omdat ik vind dat er in het onderwijs sprake is van indoctrinatie.

Maar goed, ik rond af. Wellicht kan de heer Pijlman mij met onderbouwde feiten overtuigen van het tegendeel van dergelijke indoctrinatie en aantonen dat die niet aan de orde is in onderwijs en media. Dat mag in verband met de tijd ook informeel op een ander tijdstip, zeg ik er meteen bij, voorzitter.

Tot slot, voorzitter, zou ik de heer Vendrik nog iets willen meegeven met betrekking tot de cijfers die hij gaf van de Algemene Rekenkamer over de verhouding van geïnvesteerde gelden in het onderwijs in respectievelijk het primaire proces en overhead en bureaucratie. In de cijfers van de heer Vendrik zijn ook de leerkrachten met een onderwijsbevoegdheid buiten de klas meegenomen als zijnde functionarissen in het primaire proces. De verhouding die de PVV noemde in het betoog deed daar wel recht aan. Vandaar de afwijkende verhoudingen tussen de cijfers uit het PVV-betoog en die van de heer Vendrik. Waarvan akte.

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Van Kesteren. Dan is het woord aan de heer Van Apeldoorn.