Kamerdelegatie naar Raad van Europa



Van 27 tot en met 31 januari 2020 waren de Staten-Generaal met tien Kamerleden vertegenwoordigd in de eerste plenaire zitting in 2020 van de parlementaire assemblee van de Raad van Europa in Straatsburg. Het betrof de Eerste Kamerleden Petra Stienen (D66, delegatieleider), Tiny Kox (SP), Reina de Bruijn-Wezeman (VVD), Paulien Geerdink (VVD), Bob van Pareren (FvD), Ria Oomen-Ruijten (CDA), Margreet de Boer (GroenLinks) en Ruud Koole (PvdA) en de Tweede Kamerleden Pieter Omtzigt (CDA) en Hayke Veldman (VVD).

Opening monitoring rechtsstaat Polen

Op voorstel van Omtzigt besloot de Assemblee een monitoringsprocedure tegen Polen te starten. Volgens Omtzigt schaden recente hervormingen in Polen op ernstige wijze de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en de rechtsstaat. Met name de concentratie van de rechterlijke en de uitvoerende macht in één persoon is schadelijk, nu de minister van Justitie tevens procureur-generaal is en zich kan mengen in beslissingen van de rechter. Polen kan vanaf nu regelmatig bezoeken verwachten van rapporteurs van de Raad van Europa, net als tien andere lidstaten van de organisatie die "onder monitoring" staan, zoals Rusland en Azerbeidzjan. Polen is hiermee de enige EU-lidstaat die in het kader van monitoring periodiek beoordeeld wordt op naleving van zijn verplichtingen inzake de Raad van Europa.

Geloofsbrieven Russische delegatie

Kox verdedigde zijn voorstel om de Russische delegatie ook in 2020 weer toe te laten tot de Assemblee, nadat de Russische parlementariërs in de zomer van 2019 na een afwezigheid van vijf jaar waren teruggekeerd in de organisatie. De geloofsbrieven, die iedere delegatie in januari altijd opnieuw moet aanbieden, waren in het geval van Rusland aangevochten door parlementariërs uit onder meer Litouwen en Oekraïne. Kox stelde dat de omstandigheden waaronder vorig jaar werd besloten om de Russen weer toe te laten, niet fundamenteel veranderd waren. Er was dan ook geen reden om de Russische collega's nu ineens weer te weigeren, zeker niet omdat zij juist hun medewerking hadden toegezegd aan de monitoringsprocedure die tegen hun land loopt.

Handel in menselijk weefsel

De Bruijn-Wezeman presenteerde een rapport over de handel in menselijk weefsel. Daarin betoogde zij dat de Raad van Europa kan bevorderen dat er een internationaal geaccepteerde definitie komt van handel in menselijk weefsel en celmateriaal. Ook zou er internationaal overeenstemming moet komen over de vraag welke activiteiten op dit gebied strafbaar zijn en hoe die bestraft kunnen worden.

Overige activiteiten en aangenomen teksten

Andere leden van de delegatie waren actief in diverse vakcommissies van de assemblee ter voorbereiding op rapporten, die op plenaire zittingen later dit jaar gepresenteerd zullen worden. Zo is Oomen-Ruijten benoemd als co-rapporteur voor de monitoringsprocedure tegen Rusland en werk Stienen aan een rapport over de genderdimensie van buitenlands beleid. In dat kader nam zij deel aan een side-event met twee Japanse gender experts en de Japanse ambassadeur bij de Raad van Europa over de rol van vrouwen en mannen in het bevorderen van gendergelijkheid.

Hier vindt u een overzicht van de tijdens deze sessie aangenomen rapporten, resoluties en aanbevelingen van de assemblee.


Deel dit item: