Verslag van de vergadering van 12 mei 2020 (2019/2020 nr. 26)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 20.04 uur
Mevrouw Sent i (PvdA):
Dank u wel, voorzitter. Graag feliciteer ik mevrouw Adriaansens van de VVD met haar maidenspeech, want ook ik was voor haar maidenspeech aan de beurt en heb nu pas de gelegenheid om die felicitaties te geven. Graag dank ik de minister voor de passie en het geduld waarmee hij de vragen heeft beantwoord. Ik wil ook nogmaals mijn waardering uitspreken voor de leraren, die in deze hele ingewikkelde tijden lesgeven aan in mijn geval twee pubers. Zij zetten de microfoon van de docent op mute als hij in MS Teams staat. Ik heb in deze tijden dus extra waardering voor de docenten.
Voor de PvdA zouden scholen een afspiegeling van de samenleving moeten vormen. Dat vraagt om pluriformiteit binnen scholen. Het voorliggende wetsvoorstel stimuleert daarentegen meer pluriformiteit tussen scholen. "Daarom kan het beter 'meer ruimte voor segregatie' als titel hebben", zo citeer ik de VOO en de VOS/ABB.
Voor alle duidelijkheid: het wetsvoorstel bevat een aantal potentieel goede elementen. De minister heeft die duidelijk benadrukt in zijn inbreng. Die elementen betreffen de invoering van een toets vooraf op kwaliteitseisen, de mogelijkheid om de belangstelling van ouders rechtstreeks te meten en de mogelijkheid om segregatie als onderwerp van gesprek bij de aanvraagprocedure toe te voegen. Mijn fractie beoordeelt die verbeteringen echter als boterzacht. De toets vooraf dreigt slechts een papieren werkelijkheid te zijn. De belangstellingmeting onder ouders is volledig vrijblijvend. Een gesprek en een toezichtkader achteraf zijn geen garantie tegen segregatie. Daarom beoordelen wij die vooral als kluitjes in het riet. In de context van dalende leerlingenaantallen vormt het wetsvoorstel een beweging in de verkeerde richting. Ook in de context van keuzestress of soms zelfs ontbrekende keuzevrijheid beweegt het voorliggende wetsvoorstel niet de juiste kant op. Het voorliggende wetsvoorstel geeft echter vooral geen oplossing voor het probleem van segregatie maar draagt daar potentieel aan bij.
Daarom rond ik af, voorzitter. In theorie zou onderwijs de grote gelijkmaker moeten zijn. In de praktijk is onderwijs steeds vaker een ongelijkmaker geworden. Het voorliggende wetsvoorstel lost dit probleem niet op. Erger, het dreigt het te versterken vanwege het feit dat de eerder door mij langsgelopen voorwaarden boterzacht zijn. Gesteund door de in de eerste termijn al door mij aangehaalde adviezen van de VO-raad, de VOO, de VOS/ABB, de Onderwijsraad, de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid en vele deskundigen die ook in de Tweede Kamer gehoord zijn, zal ik mijn fractie dan ook adviseren om tegen het wetsvoorstel te stemmen.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Sent. Dan is het woord aan mevrouw Adriaansens.