Plenair Cliteur bij voortzetting behandeling Wet straffen en beschermen



Verslag van de vergadering van 16 juni 2020 (2019/2020 nr. 32)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 11.48 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Cliteur i (FvD):

Dank u wel, voorzitter. Ik vind dat we bij tijd en wijle een interessant debat hebben gehad over een aantal hoofdpunten van de Wet straffen en beschermen, hoewel wat mij betreft toch de uitgangspunten van waaruit de verschillende mensen hun standpunten betrekken, wat beter naar voren hadden kunnen komen.

Voor mijn fractie is het enorm belangrijk dat we focussen op de veiligheidsrisico's. Ik heb dat gisteren ook gedaan naar aanleiding van het rapport van de AIVD. Het is van belang dat we als regering en als Kamer een herweging geven van de veiligheidsrisico's die op ons afkomen. We hebben dat gisteren ook gedaan. De heer Otten kwam nog met een vraag over een heel klein, onnozel clubje als Erkenbrand. Daar heeft mijn partij verder helemaal niets mee. Maar zelfs deze vraag is toch nog wel interessant, omdat het ons kan leren dat we naar al die zaken moeten gaan kijken.

Dierenrechtenactivisme, milieuactivisme — we hebben het gehad over een Volkert van der G. Ik denk dat het soort veiligheidsrisico's waar Volkert van der G. ons voor plaatste, tegenwoordig van geringe aard zijn. Tegenwoordig hebben we meer te maken met andere groeperingen als Antifa. Black Lives Matter lijkt zich nu ook in een gewelddadige richting te ontwikkelen. Dat zijn allemaal grote problemen.

Maar het allergrootste probleem is het jihadistisch terrorisme. Dat heb ik ook nadrukkelijk naar voren gebracht. Ik heb me daarmee aangesloten bij de AIVD. In feite heb ik nog een extra streep daaronder gezet. Ik moet zeggen dat ik blij was met de beantwoording van de vragen van de minister hierover en met wat hij hierover heeft gezegd. Ik vond dat vertrouwenwekkend.

De heer Otten i (Fractie-Otten):

De heer Cliteur heeft het wederom over de AIVD. Ik heb inmiddels het AIVD-jaarverslag 2019 erbij gepakt. Daarin wordt expliciet gewaarschuwd voor de Nederlandse alt-right beweging Erkenbrand. Die streeft, volgens de AIVD, "met democratische middelen ondemocratische doelstellingen na". De beweging heeft, volgens de inlichtingendienst, "als uiteindelijk doel om een autoritair politiek bestel te realiseren dat alleen de grondrechten van de witte man wil waarborgen". Nou zijn er in de top van uw partij, waar ik bij betrokken ben geweest als oprichter en waar ik alles heb gedaan om dit soort elementen buiten de deur te houden, mensen betrokken die met deze organisatie verbonden zijn. Neemt u afstand van dit soort gedachtegoed, ja of nee? Dat vraag ik aan de heer Cliteur. Ik neem er afstand van!

De heer Cliteur (FvD):

Ik denk dat iedereen er afstand van neemt. Ik denk dat iedereen er afstand van neemt. Ik denk dat Forum voor Democratie dat al regelmatig gedaan heeft. Dat weet u ook wel. U weet ook dat wij afstand nemen van elke vorm van illegitieme en illegale acties. U heeft dat zelf aan den lijve mogen ervaren, zou ik zeggen.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Oké, maar dan staat u er dus ook achter dat in de top van uw partij een zuivering wordt doorgevoerd en dit soort elementen uit die partij worden gehaald.

De heer Cliteur (FvD):

Een zuivering?

De heer Otten (Fractie-Otten):

Dit is wel buiten de orde, maar de heer Cliteur is overwonnen.

De voorzitter:

Ik wil toch vragen om het debat te beperken tot het wetsvoorstel dat voorligt en niet tot de manieren waarop partijen binnenskamers hun eigen zaken regelen. Dat kunt u natuurlijk wel bespreken, maar dan niet in het kader van dit debat.

De heer Cliteur (FvD):

Dat was ook mijn voorstel gisteren. Maar er valt niks te zuiveren, want er is eigenlijk helemaal niets aan de hand. En de heer Otten weet dat heel goed, maar hij gebruikt telkens de debatten hier om dit soort zaken aan de orde te stellen. Dat heeft voor hem gedurende een periode van een jaar geleid tot niks en tot nul zetels in de peilingen. Dat zal ongetwijfeld nog doorgaan. Ik wil hem in overweging geven: ...

De voorzitter:

Nu ga ik u toch ook onderbreken, meneer Cliteur.

De heer Cliteur (FvD):

... zet de ...

De voorzitter:

Dit is ook niet heel constructief. Tot slot.

De heer Otten (Fractie-Otten):

De peilingen staan hier los van. Ik constateer dat de heer Cliteur dus afstand neemt van het gedachtegoed van Erkenbrand en van elementen in zijn partij die daarvan gecharmeerd zijn. Dat is in ieder geval een goede constatering om hier samen vast te stellen. Dank u, voorzitter.

De heer Cliteur (FvD):

Dat was helemaal niet nodig geweest, want er hoeft geen afstand genomen te worden van iets waar we helemaal geen affiniteit mee hebben, zeg ik nog een keer tegen de heer Otten.

De voorzitter:

Vervolgt u uw betoog, meneer Cliteur.

De heer Cliteur (FvD):

Goed. Een realistische inschatting van de veiligheidsrisico's is dus van een enorme betekenis. Ik moet zeggen dat de minister mij op dat punt heeft gerustgesteld.

Waar ik nog wel wat aarzelingen bij heb, is bij de algemene, ideologische onderbouwing van het hele wetsvoorstel. Ik vond dat, eerlijk gezegd, niet heel erg sterk. Ik heb met name gefocust op de relatie tussen vergelding en preventie. Naar mijn smaak is de vergelding wat stiefmoederlijk bedeeld en komt ook onvoldoende naar voren dat vergelding iets heel fundamenteel anders is dan preventie. Dat is ook niet helemaal weggenomen tijdens de gedachtewisseling met de Kamer. In zekere zin harmoniëren vergelding en preventie ook niet altijd met elkaar. Soms kan het zijn dat je vanuit vergeldingsperspectief iets moet doen dat geen negatieve preventieve effecten heeft.

Ik wil ook nog op het volgende wijzen. Ik vind dat in de gedachtewisseling met de Kamer te veel de nadruk heeft gelegen op de resocialisatie wat het preventie-effect betreft. Ik ben enigszins bezorgd over het recidivecijfer van 50%. Ik vind dat daar veel te gemakkelijk aan voorbij wordt gegaan. Ik heb er wel vertrouwen in dat de nieuwe regeling ons wat dat betreft iets beters zou kunnen brengen.

Het laatste punt dat ik aan de orde wil stellen, is dat ik vind dat er te weinig aandacht is geweest voor de incapacitatie, althans in onze discussie. Ik heb wel de verwachting dat wanneer het automatisme van de voorwaardelijke invrijheidstelling ervan af gaat en die voorwaardelijke invrijheidstelling wordt gemaximeerd op twee jaar, dit een gunstig effect heeft op de incapacitatie. Ik heb dat nergens zo duidelijk horen uitspreken, maar ik denk wel dat dit een van de meer gunstige effecten zal zijn van deze nieuwe regeling.

Verder wil de minister bedanken voor de beantwoording van de vragen. Ik heb al duidelijk gemaakt dat wij in beginsel welwillend staan tegenover deze nieuwe wet.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel meneer Cliteur. Dan is het woord aan mevrouw Veldhoen namens de fractie van GroenLinks, nadat het spreekgestoelte gereinigd is.