Verslag van de vergadering van 3 november 2020 (2020/2021 nr. 8)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 19.12 uur
De heer Kox i (SP):
Voorzitter. In alle treurigheid van het moment moet het de minister net als ons toch ook wel stiekem plezieren dat wij nu bijna elke week aan het woord mogen zijn in deze zaal waar sinds mensenheugenis alleen de Koning en de Voorzitter van de Eerste Kamer iets mochten zeggen. Laten we ons dat herinneren, want ooit gaat de crisis voorbij en mogen wij hier niets meer zeggen. Ik vind dit in alle somberheid toch reden tot enige vreugde.
Voorzitter. In tijden van crisis is niet minder maar meer democratie nodig, is een uitspraak die mijn fractie vaak doet en ook echt meent. Beslissingen doen er juist in een crisis extra toe. Invloed van burgers op die beslissingen loopt met name via de stembus. Bij elke stembusgang tellen twee dingen: iedereen moet kunnen stemmen en elke stem moet worden geteld. Het is dus heel goed dat de regering zich verantwoordelijk voelt om verkiezingen in tijden van corona optimaal te doen plaatsvinden en dat zij ons daartoe aanvullende voorstellen voorlegt voor de eerstkomende verkiezingen; dat zijn de herindelingsverkiezingen maar daarachter komen ook de parlementsverkiezingen van komend jaar.
Die maatregelen moeten er alles bij elkaar voor zorgen dat miljoenen mensen veilig kunnen stemmen en niet vanwege corona afzien van hun stemrecht. Ook moeten ze ervoor zorgen dat de duizenden mensen die straks die stemmen moeten tellen, hun belangrijke werk veilig kunnen doen. Zij staan bij de komende verkiezingen in de frontlinie, om maar eens een in deze tijd populaire term te gebruiken.
Voorzitter. Veel relevante opmerkingen zijn al door de collega's gemaakt en hoef ik niet te herhalen. Ik luister straks graag naar het antwoord van de minister erop. Ik wil mijn korte bijdrage met name richten op de ervaringen die elders zijn opgedaan met kiezen in coronatijd, om te zien of wij en de minister daar ons voordeel mee kunnen doen.
Sommige landen hebben vanwege corona hun verkiezingen enige tijd uitgesteld: Polen, Servië, Frankrijk, Galicië, Baskenland en zo zijn er nog wel wat meer te noemen. Dat kan een hele verstandige maatregel zijn die voorkomt dat verkiezingen bijdragen aan het verspreiden van het coronavirus. Maar uitstel belemmert tegelijkertijd de kiezers om in crisistijd uit te maken wie namens hen beslissingen gaan nemen. Heeft de regering op enig moment uitstel van de verkiezingen overwogen of kan dat nog gebeuren?
Andere landen hebben hun verkiezingen laten doorgaan. Dat kan ook riskant zijn. In Frankrijk bleven bij de lokale verkiezingen in juni zes op de tien kiezers thuis, van wie 43% zei thuis te blijven vanwege de pandemie. Is de regering zich van dat risico bewust? Let wel, een lagere opkomst in coronatijd is beslist geen zekerheid. Soms is het zelfs andersom. In Polen en Bolivia werd midden in crisistijd juist een recordopkomst waargenomen. Ook in Georgië, waar ik de afgelopen week was om de waarnemingsmissie van de Raad van Europa bij de parlementsverkiezingen te leiden, was de opkomst juist hoger dan vier jaar daarvoor. In die drie genoemde landen is er in ieder geval geen verband, geen negatieve samenhang tussen opkomst en corona. Hoe schat de regering die verhoudingen hier in?
Voorzitter. Of de pandemie door verkiezingen aangewakkerd wordt, staat niet vast hoewel zo'n massaal evenement natuurlijk superspreadelementen in zich heeft. In Zuid-Korea was dat niet, weten we nu op basis van wetenschappelijk onderzoek. Van Georgië zal het me niet verbazen als er een toename te zien is in de komende weken. In de meeste stemlokalen waar ik was, kon immers op geen enkele manier de afstand van 1,5 meter gehouden worden omdat de lokalen vaak te klein en te vol waren; ideale omstandigheden voor een virus om zich te verspreiden. Het veelvuldig vaak noodzakelijk contact tussen leden van een stembureau droeg ook niet echt bij aan het indammen van de mogelijkheid om het virus te verspreiden. De maatregel in Georgië om slechts enkele kiezers binnen te laten was goed bedacht, maar leidde tot filevorming voor de deur, en daar stond iedereen buitengewoon gemoedelijk met elkaar te delibereren om daarna de 1,5 meter in acht te nemen. Dat schiet ook niet echt op.
Voorzitter. Op basis van mijn ervaringen nu in Georgië maar ook de gedocumenteerde ervaringen in andere landen heb ik een paar vragen aan de minister — het zijn vragen, het zijn geen voorstellen — die ze wellicht mee kan nemen voor het volgende voorstel, zal ik maar zeggen. Eén. Waarom zouden we niet gaan stemmen op zaterdag of zondag? Dat maakt een betere spreiding over de dag mogelijk, en dat moet volgens mij te doen zijn. Twee. Waarom gaan we niet werken met iets wat in Oost-Europa heel normaal is: een mobiele stembus? Je gaat gewoon langs bij de mensen die niet kunnen komen. Dat werkt heel goed en lijkt mij niet ingewikkeld om uit te voeren. Waarom gebruiken we stempotloden niet eenmalig of laten we iedereen gewoon met zijn eigen pen stemmen? Dat voorkomt nogal wat overdrachtsmogelijkheden. Waarom zorgen we er niet voor dat er nergens meer gordijntjes voor de stembus hangen? Want die moeten elke keer vastgepakt worden. En waarom gebruiken we geen temperatuurcheck bij de ingang van het stembureau? Dat was overal in Georgië. Het is in een seconde gebeurd en dan weet je in ieder geval of iemand wel of geen koorts heeft. Zoals gezegd: het zijn vragen, het zijn geen voorstellen. Ik zou de minister willen vragen om ze mee te nemen bij de verdere voorbereiding van haar komende wetsvoorstel. Mijn fractie zal dit wetsvoorstel van harte steunen.
Ik wil tot slot de minister een recent rapport aanbieden van de Raad van Europa waarin de ervaringen van alle 47 Europese landen samenkomen. Dit is een rapport over hoe we in tijden van een pandemie het democratisch acquis overeind kunnen houden. Het is geschreven door een conservatief, dus zie hier geen partijdigheid in, maar de voorstellen zijn in ieder geval wel unaniem aangenomen door de Assemblee. Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Kox. Als u dat op het tafeltje legt, dan zal de bode het aan de minister aanbieden.
Dan geef ik vervolgens graag het woord aan mevrouw Baay-Timmerman namens de fractie van 50PLUS. Laat de heer Kox tot troost zijn dat in deze zaal ook de verenigde vergaderingen der Staten-Generaal plegen plaats te vinden, waar de leden wel degelijk spreekrecht hebben. U weet wanneer de laatste was. Weet u het nog? De datum was 3 december 2013 over de Regentschapswet.
Mevrouw Baay.