Plenair Klip-Martin bij voortzetting behandeling Stikstofreductie en natuurverbetering



Verslag van de vergadering van 2 maart 2021 (2020/2021 nr. 27)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 21.49 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Klip-Martin i (VVD):

Voorzitter, dank u wel. Ook ik volg het goede voorbeeld van de voorgaande sprekers: ook ik wil de minister graag heel hartelijk bedanken voor haar bevlogen en deskundige beantwoording. Dat gold inderdaad, zoals anderen ook al zeiden, niet alleen voor vandaag, maar eigenlijk voor de afgelopen vier jaar. Dus veel dank daarvoor en ook voor de prettige contacten buiten deze zaal om.

Voorzitter. Ik heb vijf korte punten. Ik begin met drie toezeggingen van de minister. De VVD-fractie is blij met uw toezegging over het AERIUS-systeem, het opschonen. Wij begrijpen dat dat tempo niet hoger kan, maar dat de nieuwe versie in oktober klaarligt en dat papier en werkelijkheid dan overeen gaan komen. Dat is niet alleen belangrijk omdat zaken natuurlijk gewoon moeten kloppen als je dit soort systemen gebruikt, maar ook omdat dit de enige manier is om draagvlak voor de maatregelen te krijgen. De minister heeft ook aangegeven en duidelijk gemaakt dat het tempo bij het legaliseren van de PAS-melders en de niet-melders echt zo hoog mogelijk zal worden opgevoerd. Het derde punt, en dat verheugt ons ook zeer, is dat de minister steun heeft uitgesproken voor het brede initiatief dat door mevrouw Kluit is genoemd. Dit initiatief was ook nieuw voor ons, maar het is onder andere van Bouwend Nederland, LTO en Natuur & Milieu om te komen tot een breed stikstofakkoord. Ik stel mij daarbij zoiets voor als het pensioenakkoord, maar dan over een ander onderwerp.

Dan nog twee referenties aan onze bijdrage in de eerste termijn. U heeft uitgebreid geantwoord op mijn vragen over de NOVI. De Studiegroep ruimtelijke inrichting landelijk gebied gaat dus suggesties doen voor ruimtelijke keuzes. Hun rapportage ligt in april klaar. Wij begrijpen heel goed dat u niet over uw graf heen kunt regeren, maar er zijn natuurlijk ook overdrachtsdossiers. Ik had op dit punt een toezegging gevraagd. Mijn vraag aan u in de tweede termijn is wat de maximale toezegging is die u op dat punt kunt doen, omdat wij echt denken dat integraliteit — ik heb het andere fracties ook horen zeggen — en met name de ruimtelijke integraliteit ongelooflijk essentieel is om ook in dit dossier succesvol te kunnen laten zijn.

Voorzitter. Mijn laatste punt betreft de Natura 2000-gebieden in relatie tot de Europese Commissie. Ik zei in mijn eerste termijn dat we zelf bij volle bewustzijn die Natura 2000-gebieden hebben aangewezen — ik ga het even niet over de blauwgraslanden hebben, want ik voel mij zelf overtroefd — en de Europese Commissie houdt ons daar natuurlijk ook aan. Maar er zijn ook afspraken dat er bij onmogelijkheden wel degelijk ruimte is. Wij begrijpen heel goed dat dat niet stikstof is die vanuit het buitenland komt overwaaien, maar er zijn wel klimaatontwikkelingen. Ik heb in vorige bijdrages weleens gevraagd waarom we eindeloos ons best blijven doen om de wateraardbei in de Drentsche Aa terug te krijgen, terwijl je gewoon weet dat het niet kan. Het is een fictief voorbeeld, maar wat zijn de mogelijkheden die de minister in Brussel heeft bij echt aantoonbare onmogelijkheden om doelen te realiseren?

Voorzitter, ik sluit af. Deze wet maakt een begin met het op een gestructureerde wijze verdelen van de schaarse stikstofruimte die er na de uitspraak van de Raad van State is. Het is een eerste stap. Het is zeker niet volmaakt, maar hoognodig en heel veel beter dan voorlopig nietsdoen om zaken nog te perfectioneren. Voor de fractie van de VVD vormt deze wet een goede basis om te komen tot een toekomstgerichte, toonaangevende en ook internationaal toonaangevende landbouw, en een realistisch natuurbeleid.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Klip. Dan is het woord aan mevrouw Huizinga-Heringa namens de fractie van de ChristenUnie.