Debat over Herindeling Amsterdam en Weesp



De Eerste Kamer debatteerde dinsdag 1 juni met minister Ollongren van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) over de Herindeling van de gemeenten Amsterdam en Weesp. De Kamer stemt dinsdag 8 juni over het wetsvoorstel en twee door senator Van Hattem (PVV) ingediende moties. De PVV wil dat deze gemeentelijke herindeling niet in werking treedt, in afwachting van de uitslag van twee nieuwe referenda.

Het wetsvoorstel heeft betrekking op de herindeling van de gemeenten Weesp en Amsterdam op basis van de herindelingsvariant 'lichte samenvoeging'. Dit betekent dat door een wijziging van de gemeentegrens het grondgebied van Weesp bij Amsterdam wordt gevoegd. Deze herindeling is op initiatief van de betrokken gemeenten tot stand gekomen.

De drie aan het debat deelnemende fracties (PVV, SP en Fractie-Otten) deelden de mening dat gemeentelijke herindeling en schaalvergroting geen doel op zich moet zijn, maar kwamen tot verschillende conclusies. Senator Kox (SP) en senator De Vries (Fractie-Otten) stelden dat zij ondanks dit bezwaar voor de wet zullen stemmen omdat de bevolking van Weesp zich bij referendum in meerderheid voor samenvoeging met Amsterdam heeft uitgesproken. Senator Van Hattem (PVV) meende echter dat in het referendum één optie niet aan de inwoners van Weesp was voorgelegd, namelijk zelfstandigheid behouden, en dat de inwoners van Amsterdam zich zelfs helemaal niet per referendum hadden kunnen uitspreken.

Daartoe diende Van Hattem twee moties in. De eerste motie roept de regering op het wetsvoorstel voor de herindeling van de gemeenten Amsterdam en Weesp niet inwerking te laten treden zolang de inwoners van Weesp zich niet in een referendum hebben kunnen uitspreken over het voortbestaan van een zelfstandige gemeente Weesp. De tweede motie roept de regering op het wetsvoorstel voor de herindeling van de gemeenten Amsterdam en Weesp niet in werking te laten treden zolang de inwoners van Amsterdam zich niet in een referendum hebben kunnen uitspreken over de herindeling van de gemeenten Amsterdam en Weesp. Minister Ollongren ontraadde beide moties.

Impressie van het debat

Volgens PVV-senator Van Hattem gelden er in Nederland andere wetten voor wat hij noemde "de republiek" Amsterdam dan elders. Hij betoogde dat Weesp binnen de gemeente Amsterdam een status aparte krijgt, maar dat dat 'nepzelfstandigheid' betreft. Van Hattem wees erop dat de bevolking van Weesp zich in een referendum heeft mogen uitspreken, maar dat er slechts twee opties zijn voorgelegd: herindeling met Amsterdam of herindeling met Gooische Meren. De optie voor zelfstandigheid ontbrak. Hij vroeg de minister of Weesp weer onafhankelijk mag worden als de samenwerking niet bevalt. Ook wilde Van Hattem weten wat het voor Weesp betekent dat zij het pilotgebied voor duurzaamheid zal worden. 'Komen daar de windmolens die de Amsterdammers niet willen?' aldus Van Hattem.

SP-senator Kox, die mede namens de PvdD-fractie sprak, zei dat hij 'geen groot fan' van gemeentelijke herindelingen is als er geen duidelijke visie is. Hij vroeg de minister opnieuw om te doen wat de Eerste Kamer ruim tien jaar geleden vroeg in een algemeen aanvaarde motie van Kox, namelijk een duidelijke visie op de bestuurlijke organisatie van Nederland. Ook in het debat van 11 mei jl. over de verhouding tussen de centrale en decentrale overheden bracht Kox deze motie in herinnering. Hij vroeg de minister deze motie in de overdracht aan haar opvolger onder diens aandacht te brengen. Met betrekking tot voorliggende wetsvoorstel was de uitspraak van de bevolking van Weesp duidelijk. Dit alles afwegend zijn de fracties van SP en PvdD voor de herindeling, aldus Kox.

Ook Senator De Vries (Fractie-Otten) wees erop dat het wetsvoorstel het resultaat is van de wens van de gemeente Weesp en haar inwoners om herindeling en samenvoeging te zoeken bij Amsterdam. 'Gelukkig niet met een geheel nieuwe naam,' verzuchtte hij. Wat de Fractie-Otten betreft zou een referendum altijd moeten bij herindeling en met tenminste 50% opkomst. De Vries vroeg de minister wat volgens haar het optimale aantal gemeenten en optimale aantal provincies in Nederland is. Hij wilde verder van de minister weten hoe zij de toekomstige rol van de provincies ten opzichte van het steeds kleiner aantal gemeenten ziet. In zijn algemeenheid is de Fractie-Otten bijzonder sceptisch over schaalvergroting, aldus De Vries, maar in het geval van dit wetsvoorstel, waarbij de inwoners van Weesp in grote meerderheid voor samenvoeging hebben gestemd, stemt de Fractie-Otten voor.

Minister Ollongren wees er in haar beantwoording op dat gemeentelijke herindeling geen doel op zich is, maar een middel. Gemeenten moeten goed toegerust zijn om de opgaven waarvoor ze staan te kunnen uitvoeren. Ollongren zei dat ze het net als de Kamer belangrijk vindt dat het bestuur benaderbaar blijft voor burgers. Al in 2005 constateerde Weesp zelf dat ze niet in staat was de maatschappelijke opgave te vervullen. In 2018 is de vraag voor samenvoeging in een referendum voorgelegd aan de bewoners. De uitkomst daarvan is door de gemeenteraad overgenomen.

Volgens Ollongren is goed nagedacht over de verankering van de lokale democratie na de samenvoeging en zijn daarover afspraken gemaakt. Op de vraag van Van Hattem wat er gebeurt als het in de praktijk tegenvalt, antwoordde zij dat het dan aan de gemeenteraad van Amsterdam is om te kijken wat te doen. Over het proefgebied voor duurzaamheid zei zij dat Weesp dit zelf graag op zich neemt.

In antwoord op de vraag van senator Kox over de visie van dit kabinet op de bestuurlijke organisatie van Nederland zei Ollongren dat die organisatie er al staat: het huis van Thorbecke. Daarbinnen zijn veel manieren van samenwerking mogelijk die soms over grenzen van gemeenten en provincies gaan.

Met betrekking tot de vraag van senator De Vries over het ideale aantal gemeenten in Nederland, antwoordde Ollongren dat zij niet denkt dat kan worden gesproken van beter of slechter: 'Je moet soms kijken naar wat waar het beste past. Een ideale omvang is er niet.' Feit is wel volgens de minister dat veel van gemeenten wordt gevraagd en ook veel aan hen wordt overgelaten.



Deel dit item: