De Eerste Kamer heeft dinsdag 22 juni ingestemd met het wetsvoorstel Verduidelijking van de burgerschapsopdracht aan scholen in het funderend onderwijs van minister Slob voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media. De fracties van CDA, Fractie-Nanninga, VVD, Fractie-Otten, GroenLinks, SP, PvdA, OSF, D66, PvdD en ChristenUnie stemden voor, de fracties van SGP, FVD en PVV stemden tegen het wetsvoorstel. Een motie van PVV-senator Van Kesteren die de regering verzocht om er alles aan te doen om scholen te sluiten die antidemocratisch gedachtengoed verspreiden en daarmee de vrijheid en westerse waarden ondermijnen werd verworpen. Alleen de fracties van PVV, Fractie-Nanninga en Fractie-Otten stemden voor de motie. 50PLUS was afwezig.
Tijdens het debat op 8 en 15 juni waren de meeste fracties van mening dat dit wetsvoorstel een verbetering is ten opzichte van de huidige wet die te algemeen is. Wel maakten enkele woordvoerders zich zorgen hoe het wetsvoorstel zich verhoudt tot het grondwettelijk recht op de vrijheid van onderwijs. Waar de ene fractie vreesde voor te veel dwang, waren andere fracties bang dat met dit wetsvoorstel nog steeds ruimte is voor standpunten die tegengesteld zijn aan de basiswaarden van de democratische rechtsstaat.
Bij burgerschapsonderwijs staat het leren functioneren in de democratische rechtsstaat centraal. Met dit wetsvoorstel wil het kabinet meer duidelijkheid bieden over de algemene burgerschapsdoelstelling van het basis- en voortgezet onderwijs en de uitgangspunten die daarbij gelden. Verder krijgt de burgerschapsopdracht een meer verplichtend karakter.
Deel dit item: