Verslag van de vergadering van 7 juni 2022 (2021/2022 nr. 32)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 14.07 uur
De heer Otten i (Fractie-Otten):
Voorzitter, minister van Buitenlandse Zaken en vicepremier, medesenatoren, terwijl wij hier vandaag de Staat van de Europese Unie bespreken, is op minder dan 1.500 kilometer van de Nederlandse grens al meer dan 100 dagen een barbaarse Russische inval gaande. Complete steden, zoals Marioepol en Irpin, zijn in puin geschoten. Er zijn tienduizenden doden. Vrouwen worden op beestachtige wijze verkracht. Mannen worden op straat geëxecuteerd. Duizenden Oekraïense kinderen zijn gedeporteerd naar Siberië. Deze vreselijke oorlog op ons eigen Europese continent confronteert ons nu op keiharde wijze met de flinterdunne scheidslijn tussen oorlog en vrede, tussen beschaving en barbarij, tussen voorspoed en depressie.
Wij hier in Nederland zetten soms liever onze oogkleppen op voor deze ruwe realiteit. Liever hebben we het over de Voorjaarsnota, die eindeloos wordt uitgesteld, nu weer tot augustus. Of over hoe dit kabinet de 100 miljard euro van de groene grabbeltonfondsen onder z'n vriendjes gaat verdelen, terwijl miljoenen Nederlanders hun energierekening niet meer kunnen betalen.
Voorzitter. De Europese Unie is aan de ene kant versterkt door de oorlog in Oekraïne maar aan de andere kant verzwakt door de energiecrisis die met deze oorlog gepaard gaat. Daarnaast dreigt ook de euro weer in de gevarenzone terecht te komen, door de zeer snel stijgende inflatie en de losgeslagen inflatieverwachtingen. Daardoor stijgt de rente snel. En daardoor dreigen Zuid-Europese landen opnieuw in de problemen te komen. Dat zijn problemen die eigenlijk nooit goed zijn opgelost, maar door de Europese Centrale Bank met een kunstmatig lage rente zijn uitgesteld.
Door de Russische inval in Oekraïne zijn de EU en ook Nederland op keiharde wijze geconfronteerd met de enorme afhankelijkheid van gas en olie uit Rusland. Maar deze oorlog heeft ook, voorafgegaan door twee jaar coronapandemie, een naderend economisch onheil over ons afgeroepen. Het economisch weeralarm staat op code rood. De inflatie vliegt omhoog. De energierekening is voor miljoenen Nederlanders onbetaalbaar aan het worden, zoals gezegd. Maar van een sense of urgency op dit vlak is van het kabinet-Rutte nog weinig te merken.
3 augustus 2022 is de dag dat minister-president Rutte eindelijk het record als langstzittende premier van Ruud Lubbers over kan nemen. Dat is nu leidend in het Nederlandse kabinetsbeleid. Dat is de reden dat moeilijke besluiten van de Voorjaarsnota nu weer vooruitgeschoven worden, naar augustus of later. Het is een schande dat D66, CDA en ChristenUnie meegaan in deze obsessie en de dringend noodzakelijke besluiten voor zich uit schuiven. Dit land is gegijzeld door de fixatie van één man om als langstzittende premier de geschiedenisboeken in te gaan.
Voorzitter. Europa en Nederland zijn door de Russische inval in Oekraïne keihard met de neus op de feiten gedrukt voor wat betreft het energiebeleid. De Duitse economie is grotendeels afhankelijk van Russisch gas. In Nederland zitten we midden in een kostbare energietransitie. We zitten ook net op een zeer kwetsbaar moment waarop we onze nieuwe schoenen nog niet hebben, maar onze oude schoenen wel al bij het grofvuil hebben gezet. Denkt dit kabinet nou echt dat Nederland een eiland is binnen de Europese Unie? Als de Duitse economie in een recessie terechtkomt, dan gaat Nederland natuurlijk net zo hard mee de economische afgrond in. Dit kabinet, dat altijd de mond vol heeft van Europese samenwerking, zou nu dan wat ons betreft ook alles op alles moeten zetten om dit te voorkomen.
Dat kan ook. Nederland is als een van de weinige landen namelijk uniek gepositioneerd om deze Europese energiecrisis te helpen oplossen, er en passant zelf ook beter van te worden en ook nog diverse urgente binnenlandse problemen op te lossen. Nederland beschikt namelijk over een unieke troefkaart in deze crisis en dat is een heel grote gasvoorraad in Groningen, die tegen de huidige marktprijzen vele honderden miljarden euro's waard is, misschien wel 1.000 miljard, €60.000 per Nederlander, kinderen en ouderen meegerekend. Dat is nog meer dan we met z'n allen in Nederland per jaar verdienen. Maar omdat het kabinet jarenlang niet in staat is geweest de schade in het Groningse gaswinningsgebied op fatsoenlijke wijze op te lossen, heeft voormalig minister van Economische Zaken Wiebes in een moment van onachtzaamheid min of meer in z'n eentje besloten de gaswinning dan maar helemaal stop te zetten. Een impulsief besluit met verregaande gevolgen. Gevolgen die nu exponentieel toenemen door de Russische inval in Oekraïne en de afbouw van de afhankelijkheid van het Russische gas. Ondertussen heeft Nederland 10 miljard euro geïnvesteerd in een gasopslag en een gasrotonde, maar die was tijdens het uitbreken van de Oekraïneoorlog leger dan ooit. Niet alleen is een gedeelte van de gasopslag in handen van de Golfstaten, ook rekende men op Gazprom om het gas uit Rusland te leveren, Russisch gas dat al vanaf 2021 niet meer werd geleverd.
Mevrouw Karimi i (GroenLinks):
Even voor de duidelijkheid. Ik zou graag van de heer Otten willen weten of hij er nu voor pleit dat wij terug moeten gaan naar Gronings gas.
De heer Otten (Fractie-Otten):
Ik kom daar zo nog op, in het vervolg van mijn betoog. Je zit nu met het probleem dat wij natuurlijk in een fase van transitie zitten. Het heet niet voor niks "de energietransitie". We willen heel snel van het Russisch gas af, maar die transitie is nog niet voltooid. De meeste experts zijn het er wel over eens dat je de komende twee, drie jaar met een heel groot probleem zit. Dat probleem in Europees verband zou Nederland kunnen helpen oplossen, zoals we in het verleden ook hebben gedaan met het gas, door in die transitiefase het Groningse gas toch op te pompen en daar dus die miljarden aan te verdienen. Ondertussen mitigeren we in ieder geval een Europese recessie, als we hem niet al afwenden.
Mevrouw Karimi (GroenLinks):
De heer Otten weet toch ook dat het hier niet alleen om die miljarden gaat, maar ook om de veiligheid van de Groningse burgers en dat die Groningers ook recht hebben op veiligheid?
De heer Otten (Fractie-Otten):
Absoluut.
Mevrouw Karimi (GroenLinks):
De heer Otten weet ook dat er in het hele noorden, in Groningen, geen enkele bestuurder is die ervoor pleit dat men teruggaat naar gasboringen.
De heer Otten (Fractie-Otten):
Ik kom daar zo nog op, maar ik zal u het volgende zeggen, mevrouw Karimi. Dit standpunt komt niet uit de lucht vallen. Dit propageer ik al sinds 2018. Bij mijn vorige partij heb ik ook persoonlijk uitgedragen dat we die gaswinning moeten hervatten, mits er miljarden gaan naar de Groningse slachtoffers. Ik kan u verzekeren dat mijn vorige partij — we weten allemaal welke partij dat is — in Groningen heel groot werd, maar in alle gemeenten waar de gaswinning plaatsvindt de grootste partij werd, de nummer 1, omdat de mensen in die gemeenten, die de hele dag wachten op hun geld uit Den Haag, weten dat hun schadevergoeding onder hun bodem zit en dat dat geld er pas komt als het er uitgepompt wordt. Als we namelijk op Den Haag moeten wachten en op de dialoogtafels en weet ik wat allemaal — van de schadevergoeding is meer dan 60% naar advocaten gegaan — en op de NAM, dan komt het geld niet.
De voorzitter:
Dank u wel.
De heer Otten (Fractie-Otten):
Het geld zit in de grond. Je moet het er alleen uithalen en een groot stuk daarvan aan de Groningse slachtoffers uitdelen.
De voorzitter:
Tot slot, mevrouw Karimi.
Mevrouw Karimi (GroenLinks):
Ja, tot slot. "Gas zit in de grond en je moet het er uithalen", maar terwijl je het er uithaalt, gaan de aardbevingen door. Ik zie de passie van de heer Otten wanneer hij praat over de geschiedenis van zijn oude partij. Prima. Maar hier gaat het eigenlijk om iets anders. Het gaat om de veiligheid van de burgers in Groningen. Daar mag echt niet mee gemarchandeerd worden.
De voorzitter:
Ik begrijp dat u er straks nog op terugkomt, meneer Otten?
De heer Otten (Fractie-Otten):
Ik kom daar nog op terug. We hebben het hier over veiligheid, maar wat dacht u van de veiligheid van de burgers in Oekraïne? We moeten de dingen natuurlijk wel even in perspectief blijven plaatsen.
Mevrouw Karimi wordt op haar wenken bediend, want de Mijnraad onder leiding van ingenieur Staf Depla adviseerde vanochtend om de Groningse gaswinning te hervatten. Dat is iets waar ik zoals gezegd al sinds 2018 toe oproep, mits er een royaal gedeelte van de gasopbrengsten ten goede komt aan de Groningse aardbevingsslachtoffers, waar mevrouw Karimi het zojuist ook al over had.
Het kabinet heeft altijd de mond vol van Europese solidariteit, maar nu is het dus het moment om de daad bij het woord te voegen. Hervat deze gaswinning in Groningen zodat wij onszelf en onze Europese partners van gas kunnen voorzien totdat er genoeg alternatieven voor het Russische gas zijn opgelijnd. Dat proces kost minimaal een paar jaar. Nederland kan en moet nu een cruciale rol spelen om deze periode te overbruggen. Hierbij is het essentieel en een conditio sine qua non dat allereerst de Groningers royaal worden gecompenseerd, zodat bijvoorbeeld de eerste 10 miljard euro opbrengst van de gaswinning in het herstelfonds Groningen wordt gestort, waaruit vervolgens onbureaucratisch de schade snel en krachtig wordt vergoed. Als de schade niet kan worden vergoed of als het echt niet anders kan, moeten huizen maar opgekocht worden, desnoods tegen een zeer royale marktwaarde, welteverstaan de marktwaarde voordat de schade werd aangericht.
Voorzitter. In Zweden hebben ze ook een aardbevingsprobleem in het noorden van het land. Alleen zijn de aardbevingen daar een stuk heftiger dan in Groningen. In het Noord-Zweedse Kiruna bevindt zich al eeuwen een belangrijke ijzerertsmijn. De winning van het ijzererts leidt in Kiruna tot schade aan huizen en tot aardbevingen die veel krachtiger zijn dan die in Groningen. De Zweden hebben dit echter heel effectief opgelost. Ze hebben gewoon de hele stad Kiruna voor vele miljarden euro's verplaatst en de bewoners buitengewoon goed schadeloosgesteld zodat de ijzerertswinning kon doorgaan. Dat is een win-winsituatie. Wij roepen dan ook de minister van Buitenlandse Zaken op om in overleg te treden met z'n Zweedse collega, want op dit punt kunnen we nog wel wat van de Zweden leren.
Mevrouw Oomen-Ruijten i (CDA):
Ik raak hier onthecht. In welk debat ben ik verzeild geraakt? Is dit het Europadebat?
De heer Otten (Fractie-Otten):
Ja, dat is het zeker, mevrouw Oomen. Ik denk dat de grootste uitdaging waar de Europese Unie op dit moment na 24 februari voor staat, de energievoorziening is. We willen af van het Russische gas. Dat heeft hele grote economische implicaties. We hebben het over economische samenwerking en Nederland heeft een troefkaart, zoals ik al zei. Wij kunnen niet alleen onze Europese partners helpen, waar volgens mij op wordt aangedrongen — ik geloof dat de Duitse bondskanselier, die onlangs op bezoek was bij de minister-president, ook hierover heeft gesproken — maar er ook zelf aan verdienen en onze budgetproblemen oplossen. Wel degelijk is dit een Europees debat.
Mevrouw Oomen-Ruijten (CDA):
Ik dacht dat wij bezig waren met de Staat van de Unie. Ik heb een andere visie over of dit hoort in het debat over de veiligheid van de Groningers. Ik heb daar niet voor doorgestudeerd.
De voorzitter:
De titel van het debat is Algemene Europese Beschouwingen. Dat klinkt redelijk algemeen, maar u heeft het gehoord, meneer Otten. Doet u ermee wat u ermee wenst te doen. Vervolgt u uw betoog.
De heer Otten (Fractie-Otten):
In de termijn van mevrouw Oomen hebben wij het uitgebreid gehad over de inflatie en de onhoudbaarheid van de Italiaanse staatsschuld. Dat was toch ook een economisch onderwerp, pareer ik meteen terug naar mevrouw Oomen.
De voorzitter:
Mevrouw Oomen.
Mevrouw Oomen-Ruijten (CDA):
Mijn geheugen is goed en ...
De voorzitter:
Mevrouw Oomen, ik geef u nu het woord voor de laatste keer, omdat u het vraagt. Gaat uw gang.
Mevrouw Oomen-Ruijten (CDA):
Het antwoord kwam nadat de heer Otten mij heel precies de vraag over Italië had gesteld.
De heer Otten (Fractie-Otten):
Ja, dat was nadat mevrouw Oomen begon over de stijgende rente en ik haar vroeg wat de oplossing van het CDA is. Gaan we alle schulden bij elkaar in een mandje gooien? Gaan we uit de euro? Gaat Italië uit de euro? Of gaan we ons in een schuldunie laten rommelen? Toen zei mevrouw Oomen: van het woord "rommelen" houd ik niet.
De voorzitter:
Vervolgt u uw betoog.
De heer Otten (Fractie-Otten):
Daar houden wij ook niet van. Dan hebben we dat punt in ieder geval helder, voorzitter.
Voorzitter. De huidige geopolitieke situatie is zeer bedreigend, maar biedt ook een unieke kans voor Nederland om nu in één klap tegelijk diverse problemen op te lossen. 1. Een Europese recessie helpen af te wenden, in ieder geval te verzwakken. 2. Een adequate en royale vergoeding voor de Groningse gaswinningslachtoffers te realiseren. 3. De lege gasopslag, die 10 miljard gekost heeft, kan nu gevuld worden. Dat is sowieso verplicht op basis van de nieuwe Europese richtlijnen, zeg ik tegen met name mevrouw Oomen. 4. Een fors lagere energierekening voor de Nederlanders. 5. De budgettaire problemen van het kabinet-Rutte kunnen worden opgelost en hoeven niet langer vooruitgeschoven te worden. 6. Met deze gasopbrengsten kan een belastingverlaging worden gefinancierd, zodat de koopkracht van lagere en modale inkomens in Nederland op peil kan worden gehouden. Dat is ook heel hard nodig met de huidige inflatie.
Voorzitter. Nederland kan nu laten zien dat wij echt in staat zijn tot goede Europese economische samenwerking, op een wijze waarvan de EU beter wordt, maar waaraan Nederland zelf ook gaat verdienen en waarmee we en passant ook nog eens diverse binnenlandse problemen oplossen. Kortom, win-win-win. Dat is nog eens effectieve Europese samenwerking. Wij horen graag hoe de minister en het kabinet deze aanbevelingen gaan uitvoeren.
Dank u.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Otten. Dan is nu het woord aan mevrouw Faber-Van de Klashorst namens de PVV.