Plenair Otten bij behandeling Tijdelijke wet Nationaal Groeifonds



Verslag van de vergadering van 14 juni 2022 (2021/2022 nr. 33)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 17.13 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Otten i (Fractie-Otten):

Dank, voorzitter. Wij waren zoals bekend al geen voorstander van dit Nationaal Groeifonds, maar na dit debat met de minister maken we ons hierover eigenlijk nog veel grotere zorgen dan voor dit debat. Er is nu een wildgroei aan fondsen ontstaan, fondsen die bovendien continu van naam wisselen. Het is een soort gezelschapsspel geworden. Hoe heet het fonds vandaag? Het stikstoffonds heet nu het transitiefonds. We hebben het klimaatfonds. We hebben Invest-NL. Dat was bedoeld voor marktfalen, maar ik begrijp dat daarbij nu een rendementseis wordt gesteld. Er zijn dus ook allemaal schuivende panelen, die ook nog eens steeds andere labels opgeplakt krijgen. Het is een onnavolgbaar gebeuren. Er is een ware wildgroei aan fondsen aan het ontstaan, die zich ook nog eens onttrekt aan parlementaire controle.

De commissie die adviezen gaat geven over de projecten krijgt een enorme macht. Als ik het goed begrijp, kan het kabinet er niet tegenin gaan als de commissie positief adviseert. Of ligt het andersom? Kan het kabinet niet zeggen dat een project alsnog moet worden gedaan als de commissie negatief adviseert? Hoe zit het nou precies? Misschien kan de minister dat nog even verhelderen. Dit geeft dus een enorme macht aan die commissie om te selecteren wat men wel en wat men niet wil. Dat is dus heel richtinggevend. Die commissie doet dat onbezoldigd. Dat vinden wij toch eigenlijk heel raar. Het moge duidelijk zijn dat wij dit geen goed plan vinden, maar als je dit al doet, moet je het zeker niet met onbezoldigde commissieleden doen. Want iets wat gratis is, heeft geen waarde. Dus dan kan je van de leden van die commissie ook niet vragen dat ze dat serieus gaan behandelen. Dus óf je betaalt ze goed óf je doet het niet. Maar je kunt niet zeggen: "Het is een belangrijk project, kunt u daar nog even twee weken voor vrijmaken?" Want dan zeggen die commissieleden: "Nee, sorry, ik doe het gratis, ik heb nu geen tijd. Ik heb nu andere dingen te doen, want ik moet wel m'n brood verdienen". Dat is ook een onwerkbare situatie, dus dat vinden we een heel slecht plan. Je krijgt dus te maken met allerlei belangenconflicten. De commissie wordt niet betaald, dus die kan een hele belangrijke, sturende rol spelen bij de vraag welke projecten wel of niet in aanmerking komen. Dat is echt een reëel gevaar.

De heer Nicolaï heeft ook al gewezen op die belangenconflicten. Onze fractie vindt dat het niet voldoende met waarborgen omkleed is. Wij als parlementariërs kennen allerlei procedures. Dus moeten we niet 20 miljard — in totaal met die andere fondsen gaat het om 100 miljard — gaan onttrekken aan parlementaire goedkeuring en die mensen níet die procedures laten naleven, want "die doen dat immers gratis". Dat moeten we, denk ik, niet doen.

Waar ik eigenlijk aan moest denken tijdens dit debat, ook bij de bijdrage van de heer Van Apeldoorn over de patenten, is het volgende: ik las toevallig dit weekend iets over Jonas Salk. Ik weet niet of mensen weten wie dat is; misschien dat de voorzitter het weet. Dat is een medicus, een viroloog, die het poliovaccin heeft ontwikkeld in 1955. Dat heeft heel veel kinderen het leven gered. Deze man kwam uit een arme immigrantenfamilie. Er was geen geld in de familie, maar vanwege zijn prestaties werd hij naar een hele goede school in New York en naar een hele goede universiteit gestuurd. Daar heeft hij al op jonge leeftijd het poliovaccin ontwikkeld. Innovatie komt dus vooral door goed onderwijs. Wat deed deze Jonas Salk? Die was blijkbaar wereldberoemd in de jaren zestig en zeventig — dat is mij even ontgaan in die tijd — en zag af van patenten. Berekend is dat die patenten op het poliovaccin 7 miljard dollar waard zouden zijn geweest. Maar deze meneer Salk zei: ik doe dat voor de mensheid, dus ik zie daarvan af. Het kan dus niet zo zijn dat wij straks 20 miljard gaan investeren in allerlei fantastische medicijnen tegen bijvoorbeeld kanker en dat de revenuen daarvan in private handen terechtkomen. Dan zijn we als overheid niet goed bezig. Ter inspiratie zou ik dus tegen de minister willen zeggen: lees ook eens een boek over die Salk; dan zie je hoe innovatie tot stand komt. Dat komt door gedrevenheid, door onderwijs en door getalenteerde mensen bij elkaar te brengen, en niet door ambtenaren miljarden te laten uitdelen.

Tot slot, voorzitter. Het was al een slecht idee toen de rente nul of negatief was, maar het is nu een héél slecht idee, omdat de rente enorm gaat stijgen. Er zijn in de afgelopen jaren allerlei investeringen gedaan die bij 0% rente wel renderen maar die bij 5%, 6% of 10% rente absoluut niet renderen. Dat is op dit fonds natuurlijk ook van toepassing. Dan kunt u wel zeggen: we meten het over een langere periode. Maar als de rente stijgt, worden bepaalde investeringen gewoon minder aantrekkelijk, ook op de lange termijn. Het is dus een achterhaald idee, zeker gelet op de huidige financiële markten, die ook heel turbulent zijn, en de huidige inflatie, waardoor de rente sterk gaat stijgen. Stop het geld dus in een herstelplan voor de besteedbare inkomens van de middengroepen, waar uw partij zo voor opkomt, begrijp ik. Doe dat, trek dit wetsvoorstel in en stop met deze geldverspilling. Dat zou ons advies zijn.

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Otten. Tot slot is het woord aan de heer Nicolaï namens de Partij voor de Dieren.