Verslag van de vergadering van 22 november 2022 (2022/2023 nr. 9)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 23.30 uur
De heer Frentrop i (Fractie-Frentrop):
Dank, voorzitter. Ik zal niet verbloemen dat ik teleurgesteld ben in het antwoord van de staatssecretaris op mijn vragen. De regering heeft artikel 1 van het Europees verdrag voor de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden overtreden. Dat staat vast. Ik heb de regering uitgedaagd aan te tonen dat dit te goeder trouw is gebeurd. Dat kan door excuses te maken. Het antwoord van de staatssecretaris was: nee, we maken geen excuses. Het argument daarvoor was: wat wij hebben gedaan, hebben we gedaan op basis van de wet die door dit parlement is aangenomen. Dat argument vind ik niet overtuigend. Ik kan alleen maar blij zijn dat de regering bij de toeslagenaffaire niet dezelfde redenering heeft gevolgd.
Op mijn andere vraag, waarom het feit dat iemand die een vermogen heeft van meer dan €200.000 een argument is om ten onrechte geheven belasting niet terug te betalen, is de staatssecretaris niet erg diep ingegaan. Daardoor resteert bij mij de indruk dat vermogende Nederlanders door dit kabinet als tweederangsburgers worden behandeld. Daarom wil ik een motie indienen met een tweeledig doel. Enerzijds om de regering alsnog ervan te overtuigen om excuses aan te bieden en anderzijds om alle fracties in deze Kamer de gelegenheid te geven zich uit te spreken over de vraag of in hun mensenrechten benadeelde burgers in Nederland excuses verdienen.
De voorzitter:
Door de leden Frentrop, Hiddema en Dessing wordt de volgende motie voorgesteld:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
van mening dat de regering de fundamentele Europese waarden dient hoog te houden;
constateert dat de Hoge Raad in zijn arrest van 24 december 2021 heeft geoordeeld dat het sinds 2017 geldende forfaitaire stelsel van box 3 in strijd is met het recht op eigendom en het gelijkheidsbeginsel uit artikel 1 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM);
van mening zijnde dat het EVRM onderdeel uitmaakt van de fundamentele Europese waarden;
van mening zijnde dat de Nederlandse regering te goeder trouw artikel 1 van het eerste protocol van het EVRM over een reeks van jaren heeft geschonden;
maar tevens constaterende dat vele Nederlandse burgers door de regering in hun fundamentele rechten zijn geschaad;
roept de regering op excuses te maken aan alle belastingbetalers die de afgelopen jaren de betreffende box 3-heffing ten onrechte hebben betaald,
en gaat over tot de orde van de dag.
Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.
Zij krijgt letter AN (36200).
Dank u wel, meneer Frentrop. Dan is het woord aan de heer Raven van de OSF.