Plenair Otten bij voortzetting behandeling Eerste tranche Wijziging Wet publieke gezondheid



Verslag van de vergadering van 16 mei 2023 (2022/2023 nr. 31)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 19.24 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Otten i (Fractie-Otten):

Dank, voorzitter. Na anderhalve dag debatteren over deze nieuwe pandemiewet is ons nog veel minder duidelijk waarom deze wet zo dringend door de oude Eerste Kamer gejast moet worden. De minister erkent dat de effectiviteit van de maatregelen uit zijn gereedschapskist niet goed geëvalueerd is. Ook de evaluatie van de corona-aanpak heeft nog niet plaatsgevonden. Laten we dat eerst gaan doen.

Net als de minister geloven wij erg in de wetenschap. Maar dan moet het kabinet wel duidelijk naar de bevolking communiceren welke onzekerheden bij die wetenschappelijke inzichten horen, wat daarbij de onderbouwing is en welke risico's daaraan zitten. Dat is naar onze mening in het verleden onvoldoende gebeurd. De onzekerheden zijn niet goed aangegeven.

Net als de minister heb ik gestudeerd aan de Rijksuniversiteit Groningen. Ik weet niet of dat nog zo is, maar die had een tijdje geleden het motto: werken aan de grenzen van het weten. In feite is dat natuurlijk wat we hier ook doen. De wetenschap is continu in ontwikkeling. We moeten kijken of het weerlegbaar is. Is het niet weerlegd, dan nemen we tot nader order aan dat het klopt. Zo komen we verder met onze kennis. Daarom vond ik die slogan, of dat motto, van onze gemeenschappelijke alma mater ook goed van toepassing op dit debat. We werken aan de grenzen van de kennis over pandemieën, maar de inzichten veranderen continu.

Daar moeten we ook eerlijk over zijn naar de bevolking. We moeten niet, zoals de afgelopen jaren door uw voorganger is gedaan, met een hoop poeha even gaan vertellen hoe het zit zonder dat dat wetenschappelijk goed onderbouwd is en zonder dat dat wordt herzien als de feiten veranderen. Zoals het gezegde gaat: if the facts change, I'll change my opinion. Dat is bij corona natuurlijk toch niet helemaal goed gebeurd. Men is — dat geldt zeker voor de voorgaande minister — een beetje met een tunnelvisie met de bestaande trajecten blijven doorgaan, ook als de inzichten soms veranderden. Er is natuurlijk veel polarisatie ontstaan in die jaren. Daar hebben we nog steeds mee te maken. Wij denken dat transparantie van cruciaal belang is om het vertrouwen te herwinnen en om de polarisatie voor zover mogelijk in ieder geval wat te verminderen. Ik denk niet dat het heel snel weg is, maar we moeten wel daaraan gaan werken en de onrust die de voorgaande minister heeft aangericht tot bedaren zien te brengen. Daarom dienen wij de volgende motie in.

De voorzitter:

Door de leden Otten en De Vries wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat transparantie van cruciaal belang is in overheidsoptreden rondom pandemische paraatheid en een belangrijke rol kan spelen bij het terugdringen van de maatschappelijke polarisatie;

constaterende dat het ministerie van VWS een grote achterstand heeft in de afhandeling van verzoeken gedaan op basis van de Wet open overheid en de Wet openbaarheid van bestuur, en inmiddels substantiële dwangsommen verschuldigd zijn als gevolg van rechterlijke vonnissen ten aanzien van Wob- en Woo-verzoeken die tot op heden nog niet uitgevoerd zijn;

verzoekt de regering voortvarend additionele adequate maatregelen te nemen zodat het ministerie van VWS deze achterstand kan wegwerken en zo snel mogelijk aan de wettelijke verplichtingen voldoet,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt letter Q (36194).

De heer Otten (Fractie-Otten):

De Wet openbaarheid van bestuur is trouwens de voorganger van de Wet open overheid.

Voorzitter. Zoals we hebben aangegeven, komt deze Wet publieke gezondheid, die in feite een knip-en-plakversie is van de Tijdelijke wet maatregelen covid-19, wat ons betreft te vroeg. Eerst moet er een grondige evaluatie van de corona-aanpak plaatsvinden. Dit is het paard achter de wagen spannen. Daarom zal onze fractie ook tegen deze wet stemmen. Als deze Kamer toch nog besluit over deze wet te stemmen in deze samenstelling, dan verzoeken wij ook — ik heb het al eerder gezegd — om een hoofdelijke stemming.

Tot zover, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Otten. Dan is het woord aan de heer Dessing namens Forum voor Democratie.