De Eerste Kamer heeft dinsdag 4 juli een motie aangenomen over ernstige en systematische schendingen van de mensenrechten in Iran. De motie werd in eerste instantie door senator Karimi (GroenLinks-PvdA) ingediend op 20 december 2022 tijdens de behandeling van de begrotingsstaat Buitenlandse Zaken 2023. Op 27 juni jl. is de motie gewijzigd. Vóór de motie stemden de fracties van BBB, GroenLinks-PvdA, D66, PVV, SP, ChristenUnie, PvdD, JA21, FVD, SGP, Volt, 50PLUS, OPNL. Daartegen de fracties van VVD, CDA.
De gewijzigde motie-Karimi c.s. verzoekt de regering om de mogelijkheden die het Internationaal Verdrag over de uitbanning van alle vormen van rassendiscriminatie (ICERD) biedt te benutten. Doel is om het Iraanse regime - dat volgens de motie verantwoordelijk is voor ernstige, systematische en voortdurende schendingen van de rechten van etnische en religieuze minderheden, vrouwen, meisjes en misdaden tegen de menselijkheid - aansprakelijk te stellen, en de Kamer hierover in te lichten.
De Kamer verzoekt de minister verder om haar regelmatig te informeren over de voortgang en bevindingen van de VN Fact Finding Mission on Iran, en over de acties die de Nederlandse regering naar aanleiding van die bevindingen onderneemt.
Deel dit item: