Verslag van de vergadering van 7 november 2023 (2023/2024 nr. 06)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 15.41 uur
De heer Van Meenen i (D66):
Voorzitter. Je schrikt er toch elke keer weer van hoe mensen kunnen kijken naar mensen in nood. Ze kiezen eigenlijk een houding waarin ze die mensen niets gunnen, want "er zijn in Nederland ook problemen". Ja, die zijn er ook. Maar we hebben hier geen oorlog en worden niet voortdurend in onze veiligheid en vrijheid bedreigd. We zijn een van de rijkste landen ter wereld. We hebben veel te geven en te delen. Er zijn ook tijden geweest dat we zelf aan de beurt waren; laten we dat vooral niet vergeten. Toen waren we ook blij dat er anderen waren die ons hielpen.
Voorzitter. Vandaag bespreken we het voorstel om de Wet op de huurtoeslag te wijzigen, waarmee het recht op huurtoeslag wordt gecreëerd voor Oekraïense ontheemden.
De heer Van Hattem i (PVV):
De heer Van Meenen van D66 heeft het over mensen in nood. Maar ook heel veel Nederlanders zijn in nood. Ze kunnen geen woning krijgen of vinden, of vallen vaak net buiten de huurtoeslag, om bij dit onderwerp van wet te blijven. Die mensen zijn ook in nood en hebben ook hun problemen. Is de heer Van Meenen het dan niet met me eens dat ook naar hun noden moet worden gekeken? Is het niet al te makkelijk om te zeggen dat we moeten zorgen voor alle noden van de hele wereld, terwijl onze eigen Nederlanders worden overgeslagen?
De heer Van Meenen (D66):
Zeker, ik zie die noden ook. Daar gaan onze verkiezingen onder andere over. We moeten daar heel serieus naar kijken. Die noden moeten gelenigd worden. Maar dan moeten we dat ook doen. Dat betekent dat we huizen moeten bouwen. Dat betekent bijvoorbeeld dat we alles moeten doen om die huizen mogelijk te maken. Dat betekent dat we problemen die het bouwen van huizen in de weg staan, weg moeten nemen, bijvoorbeeld door een goed stikstofbeleid te voeren. Daar zie ik de PVV weer op ons pad komen, want "dat bestaat allemaal niet". Nee, dat bestaat wél in onze rechtsstaat. Als de PVV echt werk wil maken van huisvesting voor iedereen in Nederland die daar recht op heeft, en dus de zorgplicht uit de Grondwet waar wil maken, dan zullen we daar ook echt alles aan moeten doen. Dan moeten we geen goedkope teksten bezigen in de trant van "het moet gebeuren" terwijl we de problemen die dat in de weg staan, verder negeren.
De heer Van Hattem (PVV):
Stikstof is een vooral door D66 gecreëerd probleem, dat u nu terugkaatst. Maar daar ga ik het niet over hebben. Het punt is het volgende. De heer Van Meenen van D66 zegt dat we huizen moeten gaan bouwen. Nu heb ik het voorbeeld genoemd van Purmerend. Het was de bedoeling dat er een nieuwbouwwijk zou komen voor de inwoners van Purmerend. In plaats daarvan wordt er nu precies daar voor vijftien jaar lang een opvang voor Oekraïners gerealiseerd. Is de heer Van Meenen het dan niet met me eens dat het niet uit te leggen is aan onze eigen inwoners, dus aan de inwoners van Purmerend, dat hun nieuwbouwwijk niet doorgaat en er in plaats daarvan wel een opvang wordt gecreëerd voor Oekraïense ontheemden?
De heer Van Meenen (D66):
Het is niet aan mij om daar uitleg over te geven. Onze democratie bevindt zich gelukkig ook op het niveau van gemeenten. Daar kiezen mensen voor bepaald beleid. Ze hebben blijkbaar deze keuze gemaakt. Ik ben heel benieuwd wat de overwegingen geweest zijn — daar weet de heer Van Hattem ongetwijfeld meer van — maar dat is een democratisch gelegitimeerd besluit dáár, in Purmerend. Daar ga ik me niet over uitlaten.
De voorzitter:
Tot slot, meneer Van Hattem.
De heer Van Hattem (PVV):
Die reden is heel duidelijk. Er zit hier een minister die tegen de gemeenten in Nederland zegt dat er 14.000 Oekraïners, en ook nog heel veel statushouders, in Nederlandse gemeenten moeten worden opgevangen. Daarvoor wordt een taakstelling opgelegd aan gemeenten, dus ook aan een gemeente als Purmerend. Daar komt dat vandaan. Dan kan de heer Van Meenen zeggen dat die overweging door de gemeente wordt gemaakt, maar in dit geval ligt er een landelijke taakstelling voor de opvang van Oekraïners. De bespreking hiervan hoort dus wel degelijk hier, in het nationale parlement, thuis. Is de heer Van Meenen het met me eens dat als er op die manier, dus met een dwingende taakstelling, met onze gemeenten wordt omgegaan, de belangen van onze inwoners in die gemeenten tekort worden gedaan?
De heer Van Meenen (D66):
Maar politiek is altijd een kwestie van keuzes maken. Was het hier maar het paradijs op aarde, zodat alles mogelijk was. Maar we hebben te maken met een oorlog in Europa waar mensen zwaar vervolgd worden. Wij zijn — gelukkig nog steeds! — een land waar een hele grote democratische meerderheid in beide Kamers van het parlement zegt: daar moeten wij voor zorgen. Dat is dus niet iets wat deze minister bedacht heeft, van: goh, laat ik het die gemeenten nou eens heel lastig gaan maken en kijken hoe ik onze inwoners tot nu toe eventjes kan gaan pesten. Nee, wij zijn een van de rijkste landen ter wereld. Wij kunnen heel veel, en dit kunnen we ook oplossen. Het is een tijdelijke situatie — laten we dat vooral hopen voor de Oekraïense mensen — en dan komt die nieuwbouwwijk er echt wel ...
De voorzitter:
Dan keren we nu terug naar de huurtoeslag.
De heer Van Meenen (D66):
... maar nood breekt wet. Wat zegt u, voorzitter?
De voorzitter:
Vervolgt u uw betoog.
De heer Van Meenen (D66):
O, ik was net zo lekker op gang.
De voorzitter:
Ja, dat weet ik, maar we gaan door met de huurtoeslag.
De heer Van Meenen (D66):
Ja, voorzitter, ik had al één zin uitgesproken. Nu komt de tweede. Op 24 februari 2022 viel het Russische leger Oekraïne binnen en begon de oorlog, die nog altijd voortduurt. Veel mensen moesten van de ene op de andere dag hun huis verlaten en zochten onder andere toevlucht in Nederland. Laten we vooral niet vergeten dat naast het vluchten naar een ander land die oorlog ook enorme stress en trauma's met zich meebrengt, evenals beelden die nooit meer van het netvlies zullen verdwijnen. Op grond van richtlijn 2001/55/EG zijn Oekraïense ontheemden voor de duur van hun tijdelijke bescherming verblijfsgerechtigd. Ze worden veelal opgevangen in gemeentelijke noodopvanglocaties en bij gasthuizen. D66 vindt het belangrijk dat er duidelijkheid geschapen wordt voor Oekraïense ontheemden en dat ze meegenomen worden in beleid dat hun leven in Nederland beter kan maken. Dit omdat het onzeker is hoelang zij in Nederland zullen verblijven.
D66 gunt de Oekraïense ontheemden zelfstandigheid, onder andere op het gebied van wonen, zodat zij hun leven hier kunnen oppakken. Dit wetsvoorstel draagt daaraan bij door het recht op huurtoeslag te creëren voor Oekraïense ontheemden, wanneer zij zich buiten de gasthuishoudens en opvanglocaties vestigen. D66 is voorstander van het wetsvoorstel, omdat dit ook de Oekraïense ontheemden die over onvoldoende financiële middelen beschikken, de kans geeft om zelfstandig in woonruimte te kunnen voorzien. Wel wil ik de minister vragen hoe hij deze mogelijkheid tot huurtoeslag onder de Oekraïense gemeenschap in Nederland bekend zal maken, zodat de personen die er recht op hebben deze ook kunnen gebruiken.
Ten slotte. Het sociaal grondrecht op wonen is voor veel mensen onder druk komen te staan. Daarom de vraag aan de minister of het mogelijk is om huurtoeslag te ontvangen wanneer men een gedeelde etage of een gesplitste woning huurt.
Met dit wetsvoorstel wordt invulling gegeven aan de verplichting die de richtlijn die ik eerder noemde oplegt om zorg te dragen dat Oekraïense ontheemden "middelen te hunner beschikking krijgen om huisvesting te vinden". Daarom zal D66 dit wetsvoorstel steunen.
Ik dank u.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Van Meenen. Dan is het woord aan de heer Kemperman.