Verslag van de vergadering van 23 januari 2024 (2023/2024 nr. 17)
Aanvang: 13.37 uur
Status: gecorrigeerd
De voorzitter:
Dan heb ik heden ingevolge artikel 31 van het Reglement van Orde van de Eerste Kamer het lid Veldhoen aangewezen als voorzitter van de commissie voor Digitalisering en de heer Van Gasteren als ondervoorzitter van de commissie voor Digitalisering.
Op grond van artikel 30 van het Reglement van Orde van de Eerste Kamer heb ik de leden Kaljouw, Van Apeldoorn, Goossen, Panman, Oplaat, De Vries, Hartog, Nicolaï, Belhirch, Dittrich, Van den Oetelaar, Van Hattem, Nanninga, Recourt, Fiers, Ramsodit, Roovers, Prins en Huizinga-Heringa aangewezen als leden van de commissie voor Digitalisering.
Op verzoek van de PVV-fractie heb ik op grond van artikel 30 van het Reglement van Orde van de Eerste Kamer het lid Van Hattem aangewezen als lid van:
-
-de commissie voor Binnenlandse Zaken (BIZA);
-
-de commissie voor Europese Zaken (EUZA);
-
-de commissie voor Immigratie & Asiel / JBZ-Raad (I&A/JBZ);
-
-de commissie voor Koninkrijksrelaties (KOREL).
Het lid Van Strien als lid van:
-
-de commissie voor Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking (BDO);
-
-de commissie voor Economische Zaken en Klimaat (EZK);
-
-de commissie voor Financiën (FIN);
-
-de commissie voor Verzoekschriften.
Het lid Van Kesteren als lid van:
-
-de commissie voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving (IWO);
-
-de commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV);
-
-de commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW).
Het lid Bezaan als lid van:
-
-de commissie voor Justitie en Veiligheid (J&V);
-
-de commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS);
-
-de commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW).
Alvorens wij verdergaan met de agenda, meld ik dat de heer Van Hattem heeft verzocht om een derde termijn naar aanleiding van het debat over de Wet gemeentelijke taak mogelijk maken asielopvangvoorzieningen (36333). Ik geef het woord aan de heer Van Hattem.
De heer Van Hattem i (PVV):
Voorzitter. Ik wil hierbij inderdaad graag verlof vragen voor een derde termijn naar aanleiding van het debat vorige week over de spreidingswet. We hebben na het debat nog een advies van de Raad van State ontvangen over het ontwerpbesluit voor de AMvB die bij deze wet hoort. Naar aanleiding van dit advies van de Raad van State zou ik graag een derde termijn willen voeren.
De voorzitter:
Kan de Kamer zich vinden in het verzoek? Dat is het geval. Dan stel ik voor deze derde termijn direct te houden. Indien in deze termijn moties worden ingediend, stel ik voor om aansluitend ook over deze moties te stemmen. Kan de Kamer zich daarin vinden? Dat is het geval.