Senator Math Goossen (BBB) nam namens de Eerste Kamer op 28 en 29 januari in Brussel deel aan een Interparlementaire Conferentie (IPC) over Artificiële Intelligentie (AI). De IPC werd georganiseerd door het Parlement van de Franse Gemeenschap, het Waalse Parlement en het Brussels Hoofdstedelijk Parlement in het kader van het Belgische voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie. Vertegenwoordigers uit maar liefst 24 landen kwamen samen om te discussiëren over de impact van AI op verschillende gebieden: cultuur, onderwijs, gezondheidszorg en de publieke sector. Namens de Tweede Kamer namen Ingrid Michon-Derkzen (VVD) en Jesse Six Dijkstra (NSC) deel aan de conferentie.
De openingssessie verkende de impact van AI op de creatieve sector. AI zorgt voor nieuwe kansen, maar brengt ook verschillende uitdagingen met zich mee. Zo kan iedereen door technologieën zoals ChatGPT afbeeldingen maken. Dit roept vragen op over auteursrechten. Toch betekent dit niet dat het beroep van de kunstenaar verdwijnt. Echt vakmanschap vraagt nog steeds een menselijke hand. Een andere uitdaging is het bestrijden van nepnieuws en deepfakes . Door sprekers werd erop gewezen dat persbedrijven een belangrijke rol spelen in het bieden van betrouwbare informatie, zeker nu AI het soms lastig maakt om te weten wat echt is en wat niet.
De tweede sessie ging over de invloed van AI op het onderwijs. Artificiële Intelligentie biedt verschillende mogelijkheden. Zo kan AI bepaalde taken van docenten overnemen, waardoor zij meer tijd overhouden voor hun leerlingen. AI heeft ook het potentieel om de kennis en vaardigheden van zowel docenten als leerlingen te verbeteren. Van belang is dat leerlingen inzicht hebben in de werking van AI en de mogelijke risico's die het met zich meebrengt. Vaak zijn leerlingen niet bewust van het feit dat AI onjuiste informatie kan verstrekken. Het is daarom belangrijk om al op jonge leeftijd in het onderwijs gesprekken over AI te voeren. Daarbij is het essentieel dat leraren adequaat worden opgeleid op het gebied van AI, zodat zij leerlingen kunnen ondersteunen en begeleiden. Het doel is om ervoor te zorgen dat iedereen mee kan doen en niemand achterblijft.
De impact van AI op de gezondheidszorg stond centraal in de derde sessie. Sprekers waren het erover eens dat AI geneeskunde fundamenteel zal veranderen. Artificiële Intelligentie kan artsen ondersteunen bij het stellen van diagnoses, het identificeren van risicogroepen, en het verbeteren van preventieve zorg. AI moet worden gezien als extra hulpmiddel; het zijn de artsen zelf die uiteindelijk beslissen. Toch roept de inzet van AI ook ethische kwesties op: wat als AI kan voorspellen wie welke ziekte krijgt of hoe lang iemand leeft? Moeten we dit willen weten? En mogen verzekeraars of de overheid deze informatie gebruiken? Ook zijn er zorgen over privacy en gegevensbescherming, vooral wanneer grote techbedrijven toegang krijgen tot medische informatie. Tijdens de conferentie werden oproepen gedaan tot een Europese aanpak en duidelijke regulering.
In de laatste sessie ging het over de inzet van AI in de publieke sector. Wanneer de overheid AI gebruikt, is het van groot belang dat publieke waarden worden geborgd. Artificiële Intelligentie kan namelijk een grote impact hebben op het leven van burgers. De risico's op het gebied van privacy en gelijkheid moeten niet uit het oog worden verloren.
Deel dit item: