Plenair Van Bijsterveld bij voortzetting behandeling Wet seksuele misdrijven



Verslag van de vergadering van 19 maart 2024 (2023/2024 nr. 24)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 19.42 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Van Bijsterveld i (JA21):

Dank u wel, voorzitter. Allereerst wil ik de minister bedanken voor haar betoog en haar passie en compassie voor dit wetsvoorstel. Dat is te merken. Ik heb ook waardering voor de grondige voorbereiding van dit wetsvoorstel, ook al zijn er nog steeds zorgen over de uitvoering met de capaciteit in de strafrechtketen. Het is wel mooi om te zien dat in dit wetsvoorstel alles klaarstaat om het uiteindelijk geen papieren tijger te laten worden en dat dit er daadwerkelijk voor zorgt dat die normering in de maatschappij veranderd wordt. Dus dank daarvoor. Zoals u begrijpt uit deze woorden, zal ook mijn fractie een positief advies over dit wetsvoorstel afgeven.

Zorgen zijn er nog wel. Ik sluit mij opnieuw graag aan bij collega Veldhoen als het gaat over het flinterdunne verschil tussen de voorwaardelijke opzet en de bewuste schuld. U zei dat u daar in de tweede termijn nog even op zou ingaan. Ik luister daar dan ook graag nog even naar. Verder wil ik ten aanzien van de handhaving, uitvoering en capaciteit onze zorgen uiten, maar daar is al genoeg over gezegd dus dat ga ik niet herhalen. Verder zou ik, als de voorzitter mij dat toestaat, heel graag op de toezegging die is gevraagd ten aanzien van de pilots over de seksuele intimidatie in de publieke ruimte, een aanvulling willen meegeven. Wat ik eigenlijk aan de minister wil vragen is: aan welke voorwaarden vindt zij dat de pilot moet hebben voldaan om tot een landelijke uitrol te kunnen komen? Hoe ziet dat er dan uit? In de Tweede Kamer is een motie aangenomen over een evaluatie binnen twee jaar. Ik hoop dat de minister dit in de toezegging en deze aanvulling op de toezegging wil meenemen, omdat ik denk dat het juist voor dit onderwerp heel erg belangrijk is dat dit een landelijke uitrol krijgt en er echt zo veel mogelijk op gehandhaafd kan worden.

Ten aanzien van de BES-eilanden sluit ik mij graag aan bij de woorden van mijn collega Dittrich. Het is inderdaad heel belangrijk. Volgens mij gaat het in Caribisch Nederland om — excuus voor de Engelse term — comply or explain. Wat dat betreft is daar ook echt werk aan de winkel.

Voor het laatste punt wil ik aansluiten bij de toezegging die de VVD heeft gevraagd om niet alleen campagne te voeren. Natuurlijk is dat belangrijk en ik begrijp dat die morgen klaarstaat. Dat is hartstikke mooi. Ik begrijp dat er morgen iets gaat starten en dat er aan het eind van het jaar iets wordt gestart of dat er een tweede campagne komt. Ik zou de toezegging die mijn collega Schippers heeft gevraagd willen aanvullen. Het voldoen aan voorlichting en preventie, ook in de onderwijsketen en in maatschappelijke organisaties, is niet iets wat je incidenteel doet. Dat heeft structureel tijd en aandacht nodig. Ik ben benieuwd naar het antwoord van de minister op de vraag wanneer zij vindt dat het geslaagd is. Wanneer vindt zij dat de voorlichtings- en de preventiekant voldoende gewicht hebben gekregen, zodat we hiervoor in de maatschappij blijvende aandacht houden? Het is dus zaak dat er niet twee keer een campagne is, maar dat dit structureel aandacht gaat krijgen. Eigenlijk is de strafrechtketen, zoals we allemaal hebben gezegd, het sluitstuk. Laten we vooral proberen te voorkomen in plaats van te genezen. Ik denk dat we daar allemaal, als maatschappij, baat bij hebben.

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Van Bijsterveld. Dan is het woord aan de heer Talsma namens de ChristenUnie.