Plenair Perin-Gopie bij behandeling Wet verhoging minimumloon 2024



Verslag van de vergadering van 15 april 2024 (2023/2024 nr. 28)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 19.52 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Perin-Gopie i (Volt):

Dank u wel, voorzitter. Bestaanszekerheid was een groot thema tijdens de afgelopen Tweede Kamerverkiezingen. Het leek alsof alle politieke partijen het ineens heel belangrijk vonden om armoede in Nederland aan te pakken. En terecht, zou ik willen zeggen. Er leven in Nederland bijna een miljoen mensen in armoede, waarvan ruim 200.000 kinderen in armoede opgroeien. In armoede opgroeien betekent dat die kinderen niet dezelfde kansen krijgen als kinderen die niet in armoede opgroeien. Nederland mag dan wel een van de rijkste landen in Europa zijn, het aantal mensen in armoede stijgt. Daarom willen wij dat iedereen in Nederland en Europa op een menswaardige manier kan deelnemen aan de samenleving. De enige simpele manier om armoede aan te pakken, is ervoor te zorgen dat mensen meer geld tot hun beschikking hebben. Het minimumuurloon is nu €13,27. Het minimummaandinkomen is zo'n €2.000 bruto. Gelukkig kan dit vaak nog aangevuld worden met toeslagen. We weten ook dat dat niet altijd uitpakt zoals dat de bedoeling is en dat, ondanks de toeslagen, mensen nog altijd in armoede leven in Nederland.

Voorzitter. De Commissie sociaal minimum zegt: het sociaal minimum is het bedrag dat iemand minimaal nodig heeft om van te kunnen leven. Dat bedrag moet genoeg zijn om de kosten voor huur, water, energie en zorg te kunnen betalen, om de boodschappen te kunnen doen, een mobiele telefoon en internet te hebben en af en toe een financiële tegenslag te kunnen opvangen. Daarnaast moet het sociaal minimum toereikend zijn om in sociaal verband mee te kunnen doen. De Commissie sociaal minimum heeft aangegeven dat het huidige minimumloon niet volstaat. De commissie geeft ook aan hoeveel huishoudens tekortkomen. Dat is natuurlijk afhankelijk van de samenstelling en de woonplaats, maar het ziet ernaar uit dat alleenstaanden zonder kinderen €100 tot €200 per maand tekortkomen. Voor een paar met kinderen kan dat oplopen tot een tekort van €500 per maand. De Commissie sociaal minimum heeft daarom ook aangegeven dat het minimumloon omhoog moet, net als de bijstand. Daarnaast geeft de commissie aan dat een heel ander stelsel nodig is, dat voorspelbaarder is voor mensen, zodat ze beter zicht hebben op hun inkomen. Er moet dus veel meer gebeuren dan alleen de wet aannemen die nu voorligt. Deze wet is wel een eerste stap, en een effectieve stap, voor de mensen in armoede en de mensen die zich zorgen maken om hun bestaanszekerheid.

Omdat de wet die vandaag voorligt nog lang niet voldoende is om mensen in armoede meer financiële zekerheid te geven, vraag ik de minister of zij of haar collega-minister Schouten op korte termijn met aanvullende maatregelen komt die de financiële zekerheid voor deze mensen verbetert. Of moeten we hiervoor wachten totdat de formerende partijen tot een akkoord zijn gekomen en zij daadwerkelijk de armoede gaan aanpakken?

Hoe op de lange termijn een stelselwijziging eruit moet komen te zien, zoals de Commissie sociaal minimum die noemt, daar heeft mijn fractie wel een idee bij. Volt wil dat er werk wordt gemaakt van een basisinkomen, zodat toeslagen niet langer nodig zijn en niemand meer afhankelijk hoeft te zijn van voedselhulp, fondsen, passen, stichtingen en de spaghetti aan regels in de Participatiewet. Dat vraagt om een radicaal ander belastingsysteem. Dat kost tijd. Ook als je van mening bent dat een langetermijnoplossing er anders uit moet zien, kost het tijd om die te realiseren. Dat zeg ik specifiek richting de formerende partijen. Die tijd is nou juist het probleem, want die hebben de mensen in armoede niet. De mensen die moeten rondkomen van het bestaansminimum komen elke maand geld te kort. Voor hen is elke euro extra letterlijk broodnodig. Daarom is Volt blij dat het amendement-Van der Lee bij de begrotingsbehandeling in de Tweede Kamer is aangenomen en dat daarmee het minimumloon met 1,2% verhoogd kan worden. Dat is nog lang niet voldoende voor de mensen die leven op het bestaansminimum, maar voor hen geldt dat elke euro die er meer bijkomt goed besteed kan worden.

Voorzitter. Daarom moeten we dit amendement vandaag opvolging geven. Als we dat niet doen, is dat niet te verkopen aan al die mensen die hierdoor niet rond kunnen komen. Een van de redenen die ik nu gehoord heb om deze stap niet te zetten, is dat deze wet iets ongerichts is. Dit, omdat de wet naast al die mensen die niet kunnen rondkomen van het minimumloon ook geldt voor de groep AOW'ers. We moeten pragmatisch zijn om de mensen die wel een te krappe portemonnee hebben snel verlichting te bieden. Nu als Eerste Kamer de wet wegstemmen die vele huishoudens helpt en die hun net een paar tientjes per maand extra ruimte geeft, zou getuigen van een gebrek aan kennis over hoe het staat met de mensen die leven van het sociaal minimum. Deze wet wegstemmen laat de mensen die leven in financiële onzekerheid in de kou staan. Door het wegstemmen van deze wet zeggen de partijen die tegenstemmen tegen 1 miljoen mensen: op ons hoeft u niet meer te rekenen. Het is dan niet gek dat deze mensen het vertrouwen in de politiek verliezen, want de eerste de beste verkiezingsbelofte wordt dan al niet nagekomen.

Dan de toets op de uitvoerbaarheid van de wet die voorligt. Volt hecht er waarde aan dat de uitvoering goed en zorgvuldig gaat. De minister en het UWV hebben aangegeven dat er uiterlijk morgen duidelijkheid moet komen over deze wet, wil het UWV de wet goed kunnen doorvoeren bij de uitkeringen. Het is voor een buitenstaander, zeker voor de mensen die belang hebben bij het verhogen van hun uitkering, onbegrijpelijk waarom het zo ingewikkeld is om de voorgestelde verhoging van 1,2% snel door te voeren. Daarom vraag ik de minister of zij kan uitleggen waarom dit een aantal maanden tijd kost. Ook vraag ik de minister of het UWV dit eventueel ook met terugwerkende kracht kan doorvoeren, als het voor het UWV niet haalbaar is om per 1 juli alles gereed te hebben staan, en waarom het met terugwerkende kracht wel of niet zou kunnen.

Voorzitter, tot slot. Werkgevers zullen het minimumloon moeten aanpassen in hun salarisadministratie. Laten wij ons ervan bewust zijn dat de kosten voor werkgevers zeer beperkt zijn als het minimumloon met 1,2% stijgt. Een goed werkgever betaalt zijn werknemers namelijk niet het minimumuurloon. Voor wie de marktwerking extra belangrijk vindt: een concurrerend werkgever betaalt zeker meer dan het minimumuurloon, om talent en goed personeel te kunnen aantrekken en te behouden. Die werkgever werkt dus helemaal niks van dit wetsvoorstel. En wat betreft de werkgevers die wél personeel in dienst hebben tegen het minimumuurloon: ik vraag me daadwerkelijk af of zij hun bedrijfsvoering en hun verdienmodel wel op orde hebben als zij de 1,2% loonstijging voor de paar mensen die het minimumuurloon krijgen niet kunnen doorvoeren.

De effecten voor werkgevers zijn in mijn ogen dan ook minimaal en zeker proportioneel. Daarbij is het goed om in gedachten te houden dat het minimumloon bij de invoering in 1969 66% van de mediale fulltimelonen bedroeg. In 2022 — collega's hebben dat al aangegeven — was dat slechts 46%. De AOW en de bijstand, die gekoppeld zijn aan het minimumloon, hebben dezelfde enorme relatieve waardedaling meegemaakt. Dan vind ik het ook niet gek dat er steeds meer mensen in armoede leven.

Nu een groot deel van de Nederlanders er financieel op vooruit is gegaan, dankzij de mooie cao-onderhandelingen van de afgelopen jaren, is het niet meer dan eerlijk dat we ook de mensen met de lage inkomens hierin meenemen. Dan is een stijging van 1,2% in de ogen van Volt nog altijd zeer bescheiden.

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Perin-Gopie. Dan is het woord aan mevrouw Vos namens GroenLinks-PvdA, mede namens de Partij voor de Dieren.