Verslag van de vergadering van 16 april 2024 (2023/2024 nr. 29)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 16.31 uur
Mevrouw Huizinga-Heringa i (ChristenUnie):
Voorzitter, dank u wel. Ik wil allereerst de minister en de staatssecretaris danken voor hun antwoorden. Die waren op bepaalde punten heel verhelderend.
Voorzitter. Ik wil beginnen met te zeggen dat ik het eens was met een bepaalde opmerking van de heer Petersen van de VVD in dit debat. Dat was misschien zijn enige opmerking waarmee ik het eens was. Dat laat ik even in het midden. Hij zei: het is jammer dat dit debat te kort is en te plotseling en dat we deze verhoging van het minimumloon niet in een breder perspectief kunnen bekijken. Daar ben ik het mee eens. Mijn fractie heeft deze verhoging bekeken in het licht van een toegroeien naar een stelsel met een toereikend minimumloon en een drastische vermindering van de toeslagen. Dat is net al even aan de orde gekomen. In dat licht vinden wij dit een goed wetsvoorstel.
We zijn blij dat uit de beantwoording is gebleken dat deze verhoging waarschijnlijk geen ophogende werking heeft op het loongebouw en de lasten daarmee voor de werkgevers beperkt blijven tot sec deze verhoging en niet nog verder oplopen. Ook de inflatie blijft waarschijnlijk beperkt. Wij wachten in spanning de reactie van de minister af op de Europese richtlijn voor het wml, maar alles bij elkaar genomen vinden wij dit een mooi wetsvoorstel om de mensen die het nodig hebben een steuntje in de rug te geven met een verdedigbare uitwerking op de werkgevers en op de overheid.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Huizinga. Het woord is aan mevrouw Perin-Gopie.