Verslag van de vergadering van 25 juni 2024 (2023/2024 nr. 37)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 13.47 uur
De heer Kemperman i (BBB):
Dank u wel, voorzitter. Ik houd het kort, want ik vraag me werkelijk af waar we hier met elkaar mee bezig zijn. Maar oké. Op verzoek van collega Janssen wil ik graag het woord "evaluatie" in mijn motie aanpassen naar "monitoring". Daarmee wil ik deze motie onverkort en zoals die dan luidt, in stand houden en in stemming brengen. Het gaat om de motie met letter K (36496). Excuus, dat had ik nog moeten noemen.
De voorzitter:
De motie-Kemperman c.s. (36496, letter K) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de gevolgen van de Wet betaalbare huur gebaseerd zijn op aannames en verwachtingen;
constaterende dat de eerste signalen duiden op een verkoopgolf van huurwoningen in het middensegment;
overwegende dat het middensegment in de huurmarkt een belangrijk aanbod vervult voor woningzoekenden die niet kunnen of willen kopen of niet in aanmerking komen voor een sociale huurwoning;
verzoekt de minister om uiterlijk een jaar na inwerkingtreding van deze wet met een eerste monitoring te komen over de ontwikkeling van het aanbod van huurwoningen in dit segment en hierin het aantal verkopen van huurwoningen te betrekken,
en gaat over tot de orde van de dag.
Zij krijgt letter U, was letter K (36496).
De heer Kemperman (BBB):
Nu ik hier toch sta. De motie met letter L (36496) houd ik aan en de motie met letter M (36496), over het alternatieve wetsvoorstel, trek ik in.
De voorzitter:
Op verzoek van de heer Kemperman stel ik voor zijn motie (36496, letter L) aan te houden.
Daartoe wordt besloten.
De voorzitter:
Aangezien de motie-Kemperman (36496, letter M) is ingetrokken, maakt zij geen onderwerp van beraadslaging meer uit.
Dan geef ik het woord aan de heer Van Hattem.
De heer Van Hattem i (PVV):
Dank, voorzitter. Als mede-indiener van de oorspronkelijke motie kan ik hierbij ook aangeven dat ik eveneens mede-indiener ben van de motie in gewijzigde vorm. Daarbij houd ik onverminderd vast aan de toezegging van de minister om ook kwartaallijks de zaak te monitoren.
De heer Kemperman (BBB):
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Kemperman. Wenst een van de andere leden in de derde termijn nog het woord? Dat is niet het geval. Dan geef ik het woord aan de minister van Binnenlandse Zaken.
De heer Van Rooijen i (50PLUS):
Voorzitter.
De voorzitter:
Nee, ik heb net het woord gegeven aan de minister van Binnenlandse Zaken, dus u heeft nu het woord niet, meneer Van Rooijen. De minister heeft nu het woord.