Plenair Bovens bij behandeling Algemene Politieke Beschouwingen



Verslag van de vergadering van 8 oktober 2024 (2024/2025 nr. 03)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 11.28 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Bovens i (CDA):

Dank u wel, meneer de voorzitter. De neiging is groot om het te hebben over dromen en slapen en de nacht van Schalk, maar dat ga ik waarschijnlijk in de tweede termijn even doen. Daar moet ik nog een nachtje over slapen.

Voorzitter. Allereerst ook namens de CDA-fractie een welgemeend welkom aan het kabinet-Schoof, dat bijna letterlijk bij ons is aangeschoven voor de Algemene Politieke Beschouwingen. Onze Kamer wordt weleens de Kamer der beschouwingen genoemd, of in het Frans "la chambre de réflexion". Ik hoop dat wij samen vandaag die titel waardig mogen blijken te zijn en dat we niet van onze rol afwijken en op de stoel van de Tweede Kamer gaan zitten als een chambre de réaction.

Voor iemand als ik, die voor dit debat uit het hoge zuiden tientallen meters is afgedaald naar deze plek op zeespiegelniveau en daarvoor 231 kilometer heeft afgelegd, is het van enige afstand kijken naar de plannen van deze regering eigenlijk helemaal niet zo lastig, zeker nu het een regering betreft die steunt op een coalitie die niet onze keuze is en waartoe wij ons met gepaste afstand kunnen verhouden. Dat betekent niet — ik zeg dat maar voor alle duidelijkheid aan het begin van mijn betoog — dat wij afstand nemen van alles wat dit kabinet gaat doen. Nee, u mag van het CDA een constructieve houding verwachten die de voorstellen van wetten afzonderlijk op hun merites zal beoordelen. Ik zeg met nadruk "afzonderlijk", omdat wij niet in de gelegenheid zijn om de visie achter het kabinetsbeleid als zodanig te appreciëren, simpelweg omdat wij die overkoepelende visie op de samenleving in de regeringsverklaring niet hebben kunnen ontdekken. Zou er wel een heldere visie op de samenleving aanwezig zijn geweest en zou die grotendeels door het CDA onderschreven hebben kunnen worden, dan zou je makkelijker deals met een kabinet kunnen sluiten, hier en daar wat kunnen geven en wat nemen en onderhandelen over dossiergrenzen heen. Maar die weg kunnen en gaan we dus ook niet bewandelen. Het CDA zal dit kabinet tegemoet treden vanuit onze opdracht om de goede besluiten te nemen. En met "goed" bedoelen we besluiten die een betere en rechtvaardigere samenleving en wereld dichterbij brengen. Daarbij mag u van het CDA in deze Kamer verwachten dat we dat doen met een zekere rolvastheid en dus voorstellen en wetten in eerste aanleg toetsen op zaken als rechtmatigheid, doelmatigheid, uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid.

Meneer de voorzitter. Laat ik ten aanzien van uitvoerbaarheid wat concreter worden. De CDA-fractie stelt vraagtekens bij de uitvoerbaarheid van vele voornemens van dit kabinet en dan nog niet eens zozeer bij de technische, juridische of de theoretische uitvoerbaarheid, maar wel degelijk bij de praktische. Ik kan wijzen op de financiële uitvoerbaarheid van de voornemens waar nog geen dekking voor is, bijvoorbeeld bij infrastructuur, de Nedersaksenlijn, de Lelylijn en klimaatmaatregelen. Ik kan ook wijzen op voornemens waarvoor u de medewerking van Europa nodig heeft of verdragen moet wijzigen waarvoor onderhandelingen nodig zijn die zeker niet de komende vier jaar zullen starten, de Kaderrichtlijn Water, mestwetgeving, de Nitraatrichtlijn of de opt-out bij het asielbeleid. Maar ik wil hier met name wijzen op het feit dat het kabinet voor de uitvoerbaarheid van wellicht meer dan driekwart van de voornemens sterk afhankelijk is van de medewerking van gemeenten, provincies, waterschappen en gemeenschappelijke regelingen zoals de GGD's en de vervoersregio's.

In het verleden was ik zowel gemeente- als provinciebestuurder en zat ik in het VNG-bestuur en het IPO-bestuur. Mijn fractie maakt zich grote zorgen over hoe dit kabinet is omgesprongen met de medeoverheden en nog zal omgaan met hen. De filosofie van één overheid mis ik in de regeringsverklaring. Vele voornemens ogen top-down en worden in elk geval eenzijdig afgekondigd. Het CDA-uitgangspunt van gespreide verantwoordelijkheid en het in onze kring populaire subsidiariteitsbeginsel hadden perfect gepast bij de woorden "elke regio telt", maar wij zien daar helaas niks van terug. Van meedenken en meebepalen is geen sprake en dus is meetellen blijkbaar beperkt tot meebetalen. Diverse specifieke uitkeringen gaan naar het Gemeentefonds, minus 10%. Het ravijnjaar dreigt nog steeds en gelden voor de uitvoering van plannen zoals voor het landelijk gebied zijn grotendeels verdwenen. Meer taken, zoals in de dossiers van preventie en leefstijl of maatschappelijke opvang, en de bed-bad-broodregeling, komen op het bord van de lokale en de regionale overheid. Het CDA vraagt aan de minister-president om zelf de teugels in handen te nemen om het beleid dat de medeoverheden raakt te coördineren en zo spoedig mogelijk het overleg om te komen tot een integraal bestuursakkoord met het land te starten. Dat drie van de vier dragende partijen, inclusief de premier zelf, geen banden hebben met partijgenoten in gemeenteraden of colleges van B en W moet het kabinet compenseren door meer overleg, door een open dialoog en door ruimte voor het inbrengen van alternatieven, ruimte voor differentiatie et cetera. Dat heeft voor ons te maken met democratisch ethos. Graag uw visie daarop.

Meneer de voorzitter. Uitvoerbaarheid heeft volgens het CDA ook, en misschien wel vooral, te maken met de kracht van de samenleving, de verantwoordelijke samenleving waar burgers en bedrijven verantwoordelijkheid kunnen dragen en waar burgerschap zich kan ontwikkelen en mensen tot bloei komen. Dat is zeker nodig omdat we weten dat de ouder wordende bevolking ons voor grote uitdagingen zal stellen, maar ook kansen biedt. Een verantwoordelijke samenleving bestaat bij de gratie van een sterke sociale basis waarin vrijwilligers en mantelzorgers ondersteunende sociale netwerken vormen en daarmee bijdragen aan preventie en vitaliteit. Die sterke sociale basis ontstaat niet overal vanzelf. Morele en financiële steun aan gezinnen, verenigingen, scholen, de civil society dus, is hard nodig. Het is fijn dat u van het onzalige idee bent afgestapt om de giftenaftrek voor particulieren te beperken. Wij vragen u in dit kader nog wel de motie over giftenaftrek (36418, letters AE) van deze Kamer uit december 2023 uit te voeren.

Maar positief in woorden is niet voldoende; ook daden zijn gewenst. We zijn kritisch op de bezuinigingen rond de maatschappelijke diensttijd, sport en op het vlak van het versterken van burgerschap, zoals de toegang tot cultuur, bibliotheken, boeken en pers. Daarvoor dreigen we nota bene als enige land in Europa het hoogste btw-tarief te laten gelden.

Vergrijzing is maar één deel van de demografische uitdagingen. Het rapport van Van Zwol en anderen vraagt ons uitdrukkelijk na te denken over wat voor type samenleving we willen zijn. Waar willen we ons geld mee gaan verdienen? Met hoevelen willen we in Nederland wonen? Welke voorzieningen op het gebied van volksgezondheid, onderwijs en natuur passen daarbij? Mag ik vragen hoe het kabinet deze discussie met het land wil gaan voeren?

Het CDA zal ook kijken of de voorstellen bijdragen aan een toekomstbestendig en duurzaam Nederland. Daarbij passen thema's als innovatie, onderwijs en het al door mij genoemde investeren in de kwaliteit van de samenleving, een samenleving die gebaseerd is op bestaanszekerheid, die alle 18 miljoen Nederlanders moeten kunnen ervaren.

Meneer de voorzitter. Als wij onze rol zuiver opvatten en we een bepaald voorstel van de regering hebben getoetst op uitvoerbaarheid, in de brede opvatting die ik heb aangegeven, op de rechtmatigheid en vervolgens op de bijdrage aan een sterker, toekomstbestendiger Nederland, zal desalniettemin de toetsing op partijpolitieke standpunten nog tot dilemma's gaan leiden. In de Tweede Kamer zei mijn partijgenoot Henri Bontenbal eens: het CDA houdt niet van gratisbiermoties. Hij bedoelde dat we oog hebben voor de financiële begrotingskaders en de buikpijn die dat soms kan opleveren.

In de Eerste Kamer kunnen we voorstellen niet amenderen. We kunnen ze alleen maar afwijzen, of goedkeuren uiteraard. We hebben daarnaast de mogelijkheid om toezeggingen te eisen en moties in te dienen. Een slecht kabinet gooit dan pijnlijke maatregelen en zaken waar iedereen blij van wordt in één en hetzelfde mandje. Dat vindt het CDA geen goed bestuur. We vragen het kabinet om ernstig rekening te houden met de motie-Hoekstra, die op 24 november 2015 in deze Kamer met algemene stemmen is aanvaard. De leden Van Rooijen en Van Apeldoorn, hier aanwezig, zullen het daar zeker mee eens zijn, want zij stonden met hun handtekening onder die motie. Graag een reactie.

Ik roep dus het kabinet op om de rol van de Eerste Kamer te respecteren en ons niet uit te dagen om de grenzen in onze dilemma's op te zoeken. Dan is het goed als u tijdig weet heeft van zaken uit het regeerakkoord die bij ons moeilijk liggen en waarbij we toezeggingen echt nodig hebben, moties zouden kunnen indienen en in het uiterste geval zelfs een tegenstem zullen moeten laten klinken.

Ons CDA-programma is volstrekt helder over de norm dat 0,7% van ons bruto nationaal product beschikbaar is voor ontwikkelingssamenwerking, inclusief ontwikkelingshulp. Rommel daar niet mee, is mijn oproep.

Het CDA gelooft in een groeiende Europese samenwerking, zowel in de Europese Unie als in de Raad van Europa. Dat is in het belang van elke Nederlander. Zonder een sterk en democratisch Europa geen bestaanszekerheid, geen goed bestuur. Knabbel niet aan die samenwerking in Europa.

Europa start ook aan onze grenzen. Uit alle onderzoeken blijkt dat het afbreken van administratieve grenzen met onze buurlanden een goede zaak is. Het opwerpen van nieuwe grensbelemmeringen en het vergroten van verschillen met de Benelux-landen en Duitsland zullen wij kritisch benaderen.

Het CDA is de partij van de regio's. Ons rapport Voor heel Nederland geeft ons daarin richting. De passages over "elke regio telt" zijn ons te vrijblijvend als die niet met voldoende middelen worden ondersteund. Bezuinigingen op cultuur in de regio helpen dan echt niet. Wil een verantwoordelijke samenleving kunnen functioneren, dan moet die samenleving worden versterkt. Dat staat op gespannen voet met plannen om maatschappelijke dienstplicht lastiger te maken en om vrijgevigheid van burgers en bedrijven te ontmoedigen. Het CDA, en ik hoop wij allen, is van de betrouwbare overheid. Zo verdient het ambitieuze woningbouwprogramma van de vorige regering voortzetting. Dat kan alleen door het honoreren van de gemaakte afspraken met de regio's. Dat kan door vast te houden aan de afspraken die het COA met gemeenten heeft gemaakt over asielopvang. Dat kan door het bevestigen van bestaande toezeggingen aan de PAS-melders en het beleid ten aanzien van de verduurzaming van de landbouw en de inrichting van het landelijk gebied.

Last but not least: respecteer de Eerste Kamer, ook als het om gevoelige en lastige dossiers gaat, zoals het asielbeleid. Wij kunnen met een grondige en tegelijk snelle behandeling voorstellen die leiden tot meer grip op migratie en een betere en efficiëntere opvang en integratie, alleen maar beter maken. Dus kabinet, verspil geen kostbare tijd aan noodwetjes of treitermaatregelen. Met andere woorden: zet de senaat, als uniek deel van de volksvertegenwoordiging, gekozen door provincies en eilandsraden, in de kracht om het goede voor het fatsoenlijke Nederland te doen.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Bovens. Dan geef ik het woord aan mevrouw Schippers namens de VVD.