Plenair Van Hattem bij voortzetting behandeling Algemene Politieke Beschouwingen



Verslag van de vergadering van 8 oktober 2024 (2024/2025 nr. 03)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 23.09 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Van Hattem i (PVV):

Dank voor de beantwoording.

Voorzitter. Ik zei in de eerste termijn al dat het ook een crisis is voor de gewone Nederlanders. De Telegraaf gaf afgelopen week een analyse. Woningcorporaties moeten versneld bijbouwen. De productie houdt de asielstroom niet bij. Corporaties bouwen nog niet eens voldoende sociale huurwoningen om de instroom van statushouders af te dekken. 30.000 te bouwen woningen per jaar zijn er beloofd door de corporaties. In 2023 zijn er 14.400 gebouwd. Na aftrek van sloop en verkoop zijn er 7.200 per saldo toegevoegd. Er zijn 31.000 statushouders gehuisvest vorig jaar. Het is onduidelijk hoeveel huizen zij precies kregen toegewezen, maar in 2021 waren dat er met een lagere instroom al 10.000. Kan de minister-president aangeven of duidelijk kan worden gemaakt hoeveel sociale huurwoningen er jaarlijks aan statushouders worden toegewezen?

Voorzitter. RTV Oost berichtte deze week dat azc Albergen de gemeente tot nu toe al 2 miljoen euro heeft gekost, maar hoeveel het het COA heeft gekost, kon niet worden aangegeven. Er werden door het COA geen mededelingen gedaan over de kosten en financiën van individuele azc's en de totstandkoming ervan. Kan de minister-president aangeven of de kosten van azc's door het COA wel kenbaar moeten worden gemaakt, zodat volksvertegenwoordigers die kunnen betrekken bij hun afweging over azc-locaties?

Voorzitter, tot slot. Ik heb in de eerste termijn uitgebreid stilgestaan bij de buitengewone omstandigheden bij de noodzaak van het inzetten van de uitzonderingbepaling uit de Vreemdelingenwet. Dat zal ik niet herhalen, maar ik wil nogmaals benadrukken: dit moet en zal de snelste weg zijn om te zorgen dat de asielinstroom in Nederland ingedamd wordt. De moties zullen we straks op hun merites beoordelen. Ik heb ze nog niet allemaal kunnen zien.

Tot zover in tweede termijn, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Van Hattem.

De heer Rosenmöller i (GroenLinks-PvdA):

U zei: dat moet en dat zal de oplossing zijn. Maar kan het zijn dat de Kamer daar misschien ook nog iets over te zeggen heeft? Of denkt u echt dat uw wil wet is?

De heer Van Hattem (PVV):

Ik zei dat wel heel stellig in de snelheid van de tweede termijn. Mijn wil is geen wet, uiteraard niet, maar het is wel de snelste route. Ik wilde nogmaals heel stellig benadrukken dat als er snelle oplossingen moeten komen voor de asielcrisis, die echt zo ernstig is dat we dit niet langer kunnen volhouden — heel Nederland ziet de gevolgen ervan — we niet achterover kunnen gaan leunen en in een heel uitgebreid wetgevingstraject kunnen gaan zitten dat een of twee jaar gaat duren; dan moeten er meters worden gemaakt. De beste manier om meters te maken is via de uitzonderingsprocedure die in de Vreemdelingenwet is opgenomen, waarin democratisch is voorzien en waar beide Kamers gewoon democratisch bij betrokken worden. Het gaat om een gelegitimeerd voorstel. Daar kan door het kabinet ook gewoon gemotiveerd worden aangegeven waarom er sprake is van buitengewone omstandigheden. Ik vertrouw erop dat het kabinet met die uitleg zal komen, dragend gemotiveerd. Het komt allemaal in orde.

De voorzitter:

Tot slot, meneer Rosenmöller.

De heer Rosenmöller (GroenLinks-PvdA):

De laatste 90% van het antwoord had u al gegeven in de eerste termijn en in interrupties. Maar "het moet en het zal" was dus even een slip of the tongue, zal ik maar zeggen, en kan niet geïnterpreteerd worden als een oproep aan het kabinet om een aangenomen motie van deze Kamer eventueel terzijde te schuiven?

De voorzitter:

Tot slot, meneer Van Hattem.

De heer Van Hattem (PVV):

Ik moet mij bescheiden opstellen hier. Als er meerderheden zijn, dan is het aan het kabinet om dat te wegen. Dat is altijd zo. Ik heb het kabinet niet aan een touwtje. Zij moeten binnen de boezem van het kabinet besluiten wat zij met moties doen, maar ik heb er alle vertrouwen in dat de snelste weg zal worden gevonden om hier tot een oplossing te komen. Wat mij betreft is dat toch echt de uitzonderingsprocedure in de Vreemdelingenwet.

Tot zover.

De voorzitter:

Dan is het woord aan de heer Janssen namens de SP. Of wilde u nog iets vragen aan meneer Van Hattem, mevrouw Perin-Gopie? Ja? Gaat uw gang.

Mevrouw Perin-Gopie i (Volt):

Ik vroeg mij nog heel even iets af. Aan het begin, in de eerste termijn, had ik een klein debatje met meneer Van Hattem, over de opt-out. Naar aanleiding van de beantwoording van de minister-president is gebleken dat de opt-out er niet in zit, want dit kabinet gaat geen enkele stap ondernemen die nodig is om daadwerkelijk het Europees Asiel- en Migratiepact aan te passen. Is de heer Van Hattem het met mij eens dat die opt-out er niet gaat komen, dus dat we het er ook niet meer over hoeven te hebben?

De heer Van Hattem (PVV):

Dat heb ik het kabinet niet zo letterlijk horen zeggen als mevrouw Perin-Gopie van Volt het nu stelt. Ondertussen heb ik wel het volgende moeten constateren. Zojuist was in NRC te lezen dat al dertien landen tot overeenstemming zijn gekomen dat de asielmaatregelen in Europees verband moeten veranderen. Er wordt dus al hard gewerkt om tot allerlei zaken te komen op Europese schaal, om er toch voor te zorgen dat het nodige gaat gebeuren. Dan kan op een gegeven moment een verdragswijziging ook aan de orde komen. Je kunt er niet vroeg genoeg bij zijn. Dit is een stip op de horizon, een langetermijnperspectief om zaken te veranderen. Nu is het zaadje geplant voor een opt-out. Wat mij betreft is dit een verstandige keus om daartoe al een eerste stap te zetten. Op lange termijn kunnen er meerdere stappen worden gezet om uiteindelijk tot zo'n opt-out te komen.

De voorzitter:

Tot slot, mevrouw Perin-Gopie.

Mevrouw Perin-Gopie (Volt):

Ik begrijp helemaal dat er in Europa gesproken wordt over aanpassen en nieuwe beleidsregels voor migratie. Daarvoor is het Europees Migratiepact net aangenomen. Maar om tot een verdragswijziging te komen is het nodig dat alle lidstaten, dus unaniem, instemmen met die wijziging. Om daartoe te komen moet een eerste stap gezet worden. De overige regeringsleiders moeten gevraagd worden om in de Europese Raad op de agenda te zetten om te komen tot een intergouvernementele conferentie. Dat is een briefje sturen naar de juiste persoon, naar het juiste instituut, om dat op de agenda te zetten. De minister-president heeft aangegeven: wij hebben alleen een brief gestuurd naar de Eurocommissaris. Die gaat dit niet regelen. Dan kan meneer Van Hattem wel zeggen dat het een stip op de horizon is, maar dat betekent ook dat dit kabinet, waar de PVV onderdeel van is, geen opt-out op asiel en migratie gaat regelen.

De voorzitter:

Tot slot, meneer Van Hattem, kort. Ik heb het idee dat we een beetje een herhaling gaan krijgen. Vaag komt het mij bekend voor. Misschien kort nog.

De heer Van Hattem (PVV):

In herhaling kan ook heel veel kracht zitten. Om die opt-out te krijgen moeten wij steeds krachtig herhalen dat wij als Nederland die opt-out willen, zodat onze Europese partnerlanden horen dat die er moet komen. Dan komt er vroeg of laat misschien wel een verdragswijziging.

Wat betreft het briefje: het is aan het kabinet om er uiteindelijk voor te zorgen dat het op de juiste plek terechtkomt. Maar als de Europese Commissie er al kennis van heeft genomen, is dat een voordeel. Als het uiteindelijk bij de Europese Raad komt, zal het ongetwijfeld geregeld worden. Ik weet niet of ze daar een doorzendplicht kennen. Anders moet er nog een keer een nieuw briefje gestuurd worden.

De voorzitter:

Dan is het woord aan de heer Janssen namens de SP.