Plenair Crone bij behandeling Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie



Verslag van de vergadering van 26 november 2024 (2024/2025 nr. 09)

Status: ongecorrigeerd

Aanvang: 13.53 uur

Een verslag met de status "ongecorrigeerd" is niet voor citaten en er kan geen recht aan ontleend worden.


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Crone i (GroenLinks-PvdA):

Dank u wel, meneer de voorzitter. Dit is het eerste debat van minister Keijzer in deze zaal. Ik ken haar natuurlijk al heel erg lang en weet hoezeer haar hart ook ligt bij het lokale bestuur. In haar vorige functie heb ik haar vaak ontvangen in Leeuwarden. Ik heb daar goede herinneringen aan, dus ik ga dit debat vol verwachting in. Dit debat is ook spannend, want er is een eerste speech van een collega. Ik mag hem nu nog niet feliciteren, want hij is nog niet klaar met zijn maidenspeech, maar we zien daarnaar uit.

Voorzitter. We hebben het vandaag over de Wet gemeentelijke instrumenten voor de warmtetransitie, een onderdeel van de Omgevingswet. Dit is een belangrijke wet, want die geeft de gemeentes de bevoegdheid om aan te wijzen waar aardgas uit de wijk gaat. Dat mag, maar het hoeft niet. Dit is een schakel in een lange reeks van energiewetten om de energietransitie te realiseren. Het is vooral een procedurele wet. Minstens zo belangrijk is de Energiewet van volgende week en dan komen er ook nog de salderingswet en de Wet collectieve warmte. Deze minister is bij bijna al deze wetten betrokken, hoewel het voortouw soms ligt bij mevrouw Hermans.

Deze wet is belangrijk om klimaatneutrale wijken te kunnen bereiken, want in 2050 moet aardgas er uiteindelijk helemaal uit zijn. Dat is namelijk een fossiele brandstof die wordt vervangen door warmte, elektrificatie, groengas of waterstof. Eerst moeten echter alle huizen goed geïsoleerd zijn. Vaak zal elektrificatie dan nog niet goed kunnen, want elektrificatie is te duur, omdat huizen niet oneindig kunnen worden geïsoleerd. Dat geldt zeker voor oude huizen. Ook is het te duur, omdat het netwerk het niet zal aankunnen. Een goed alternatief is dan vaak een collectief warmtenet. Ik hoop op lagetemperatuurwarmtenetten, maar het gaat dus om warmtenetten. Die krijgen warmte uit geothermie, aquathermie en uit fossiele restwarmte, maar op termijn zeker niet, of uit opslagsystemen en warmtebatterijen op buurt- of wijkniveau. Dan kun je huizen dus niet meer afzonderlijk aanspreken met "van het gas af", maar krijg je een collectief systeem. Je moet dan dus ook een collectief besluit nemen over het collectieve systeem dat je dan neemt: welk type warmtesysteem enzovoorts? We vervangen dan als het ware het ene collectieve systeem, aardgas, door het andere collectieve systeem, zoals netten verzwaren met all electric of een warmtenet. Deze wet voorziet in een zorgvuldige voorbereiding van deze besluiten door de gemeente. Als onderdeel van de omgevingsplannen moeten de gemeentes een warmteprogramma maken. Dat is heel belangrijk. Dan kunnen burgers in het kader van de Regionale Energiestrategie ook precies zien wat hun in hun wijk te wachten staat. Ik hoor vaak ook al mensen aan ons vragen hoe dat zit. Daarom vinden de VNG en onze wethouders deze wet belangrijk en dringen zij erop aan om deze snel af te ronden.

In de Tweede Kamer draaide het vooral om de betaalbaarheid en de participatie van burgers. Dat hebben ze in aanvullende amendementen allemaal goed geregeld. De garanties dat er consumentenbescherming zal zijn en op andere aspecten liggen vast in deze wet, maar vooral ook in de wetten die we volgende week zullen behandelen. Ik herhaal dat het geen plicht is om aan te wijzen waar aardgas eruit gaat, maar een optie die gemeentes achter de hand hebben.

Ik voeg eraan toe dat wetten belangrijk zijn, maar als burgemeester heb ik meegemaakt dat wetten belangrijk zijn, maar dat draagvlak nog beter is, zoals ik net al zei. Als wethouder heb ik ook gezien dat een wethouder, of zelfs een burgemeester, echt niet zomaar naar een wijk toe kan gaan en kan zeggen: stoppen met gas. Zo werkt dat niet. Een wethouder weet als geen ander, net als zijn of haar ambtelijke medewerkers, dat je burgers moet overtuigen met goede alternatieven. Als ze dat niet doen, dan zal de gemeenteraad op de lijn komen. Dan gaan de gemeenteraadsleden natuurlijk zeggen: ja, ho eens even, dat willen wij niet, wat die wethouder gaat doen. Dus zelfs als er geen wet zou zijn, denk ik niet dat ergens een wethouder dat zomaar even top-down kan opleggen.

Het moet dus een bottom-up proces zijn. Maar dan moet die wethouder ook wel wat te bieden hebben. Die moet een pakket kunnen aanbieden aan de wijk waarvan mensen zeggen: daar doen wij het voor. Burgers weten dan lang van tevoren wat zij moeten doen. In de wet is deels via amendementen vastgelegd dat er minimaal acht jaar moet zitten tussen het moment van vaststelling dat de wijk van het gas gaat en het moment van vaststelling van het omgevingsplan. Dat zijn openbare en langdurige processen. Het overstappen is niet een quick fit die we zomaar even doordrukken. Nogmaals, ik weet uit ervaring: al zou je het willen, zo werkt lokale democratie niet. Daar zullen mijn partijgenoten in de fracties en voor zover zij wethouders zijn, ook absoluut niet aan meewerken.

Mocht u dan nog ontevreden zijn, er is altijd nog nadeelcompensatie als je individueel schade hebt geleden. Dat is in overeenstemming met de gebruikelijke schadecompensatie in de Algemene wet bestuursrecht.

Maar ik heb toch een paar vragen. Je kunt burgers alleen maar meekrijgen als je ze goed ondersteunt met beleid. Financiering van energiebesparing is natuurlijk een centraal punt. Er bestaan heel veel fondsen: ISDE, het Nationaal Warmtefonds, isolatieprogramma's enzovoorts. Maar er moet ook een heldere normering zijn voor de bouwvoorschriften. Ik ben heel benieuwd wat de minister op dat punt gaat doen. Bij al deze beschikbare middelen blijkt toch dat juist lagere middeninkomens de toegang niet kunnen vinden en voor zover ze die kunnen vinden, zijn ze ook bang voor een nieuwe toeslagaffaire. Wanneer ga je een schuld aan, wanneer krijg je subsidie, wanneer moet je terugbetalen? Soms moet je voorschieten en kun je dat niet eens. Wat gaat de minister doen om juist de lagere inkomens en de lage middeninkomens te bereiken om hier ook aan mee te kunnen doen?

Twee: de regelgeving moet consistent en voorspelbaar zijn. Mensen moeten lang van tevoren weten waar zij aan toe zijn. Daarom vind ik het een hele slechte start van dit kabinet, en dus ook van deze minister, dat de verplichting van al of niet hybride warmtepompen al is ingetrokken, zomaar, zonder alternatief, en dat de saldering helemaal weggaat, zonder alternatief. Er worden oude schoenen weggegooid voor er nieuwe zijn.

Er is bescherming nodig voor investeringen, met name voor mensen die zon op het dak willen hebben. Die bescherming is nu volledig weggevallen. Hoe denkt de minister dan haar doelen te kunnen halen voor de gebouwde omgeving? Daarin is zon op het dak een cruciaal onderdeel. Hoe ziet de minister dan de ruimtelijke inpassing? Als er niet wordt ingezet op maximalisatie van zon op dak, dan zult u dat op weilanden of in akkerbouwgebieden moeten neerleggen. Ik kijk niet voor niks naar uw partijgenoot in deze Kamer. Wij willen allemaal liefst alle daken volleggen en niet de weilanden, als dat niet nodig is. Hoe haalt de minister dan de doelen uit het NPE voor haar deel?

Het is ook schadelijk voor burgers als ze voortdurend horen dat het kabinet het toch niet serieus neemt, dat PVV en BBB de doelstellingen van Parijs niet willen halen, dus dat ze nu wat intrekken en de volgende keer weer. Kan de minister bevestigen dat zij wel volledig achter de doelstellingen van Parijs staat? Wat moet zij doen bij de taakverdeling binnen het kabinet, natuurlijk onder coördinatie van de minister voor Klimaat, zodat zij de doelen gaat halen? Als zij maatregelen intrekt zoals saldering en die hybride warmtepompen, en als de subsidies omlaaggaan, dan is duidelijk dat zij die doelen niet haalt, terwijl er juist een tandje bij zou moeten. Of wordt ook dit beleid over de schutting gegooid naar de gemeenten?

Voorzitter. Dan speciale aandacht voor de huursector. Het is dramatisch. Ik krijg nu al berichten van woningcorporaties en andere verhuurders dat mensen €2 of €3 per paneel op hun dak betalen aan vaste servicekosten. Maar omdat de saldering weggaat, willen zij dat die panelen van het dak af worden gehaald, laat staan dat zij bereid zijn om nieuwe investeringen toe te staan. Dat is een volkomen averechts beleid. Dat is niet neutraal; dat is averechts. Dat maakt het voor mij extra zuur. Minister Jetten had tenminste nog het plan om naast het geleidelijk afbouwen van de saldering 300 miljoen beschikbaar te stellen voor de huursector, zodat je de servicekosten kunt wegsubsidiëren. Dat is maatschappelijk heel verantwoord. Dan haal je ook de angst bij de huurders weg. Dan kunnen de servicekosten naar nihil en is iedere winst meegenomen bij het afschaffen van de saldering. Dus ik zou de minister willen vragen: gaat zij enthousiast met woord en daad het land in? Ik weet hoe enthousiast zij met woord en daad het land in kan gaan over dingen die haar aangaan en die zij leuk vindt. Het gaat erom dat ook het onderwerp energie delen op haar agenda komt en mensen in wijken, samen met bedrijven overigens, energie gaan delen. Ik ken voorbeelden van bedrijven die zeggen: ik heb een dak vol zonnepanelen, maar ik mag nu niet delen met de burgers in de wijk, een corporatie, een vve of een coöperatie. En dat terwijl ze het best willen, want nu moeten ze betalen om de stroom van hun dak vol zonne-energie op het net te zetten. Als ze het kunnen delen met de buurt, met een wijkbatterij, heeft iedereen voordeel en het ontziet ook nog de congestie op de energienetwerken. Is de minister niet de meest aangewezen persoon, uiteraard met mevrouw Hermans, om in het land dit soort stroomdelen, zoals we het als energiesector noemen, te gaan bevorderen? Soms zal ze tegen punten oplopen waarvan ze denkt: dat ga ik helpen oplossen. Ik zou haar die rol als aanjager in het land graag toedichten.

Voorzitter. Willen burgers dit nou allemaal wel? Er wordt wel erg het verhaal opgehouden dat burgers dit lastig vinden. Er is net een recent onderzoek van het PBL dat zegt: mensen willen graag van het aardgas af. Ze zien dat het moet, maar niet alleen vanwege het klimaat. Ze willen ook niet meer die afhankelijkheid van de internationale import: Poetin, het Midden-Oosten, de Verenigde Staten. Ze willen ook vooral meer energieprijzen die stabieler worden. Zelfs 88% tot 94% van de mensen vindt het een mooi signaal als dit gebeurt, mits het uiteraard betaalbaar en haalbaar is. Ik denk dat dit een mooi onderzoek is voor populistische partijen, of ik moet zeggen: voor partijen die populair willen zijn. Dit willen de burgers. Zij willen er gewoon vanaf. Maar mensen willen niet dat private partijen dit gaan domineren, dus dat ze in de wijk door een private partij een monopolie krijgen, bijvoorbeeld een warmtenet. Dat is een van mijn belangrijkste punten, waar de wet niet duidelijk over is. Gelukkig is in de collectievewarmtewet — maar het is nog een ontwerp — vastgelegd dat er een meerderheidsbelang van de overheid moet zijn. Ik mag hopen dat deze minister dat ook heeft omarmd, want het kabinet zal alle wetten omarmen, en dat zij met alle populaire partijen — want dan zijn wij er ook bij — het publieke meerderheidseigendom blijft ondersteunen in de Wet collectieve warmte. Ik vraag haar concreet: houdt zij daar ook aan vast? Dit is vitale infrastructuur, net als gas en elektriciteit. Die moet in publieke eigendom zijn. Uit eerdere debatten begreep ik overigens ook al dat dit ook het goede standpunt is van de BBB-fractie.

De voorzitter:

Daarmee bent u aan het einde van uw inbreng?

De heer Crone (GroenLinks-PvdA):

Een paar afrondende zinnen nog.

De voorzitter:

Gaat uw gang. u staat op min 26 seconden.

De heer Crone (GroenLinks-PvdA):

O ja. Afrondend dan: ik vind het een belangrijk punt. Als gemeentes moeten komen met een plan in de wijk en een private partij, een groot energiebedrijf, daar gasnetten komt aanleggen, is mijn ervaring in 30 jaar, ook in de Tweede Kamer, dat mensen het niet meer vertrouwen, omdat het niet transparant is en de prijzen te hoog zijn. Mensen willen dat publieke infrastructuur publiek eigendom is, in ieder geval in meerderheidsbelang. Willen we dit project laten slagen, dan moeten we accepteren dat de gas-, elektriciteits-, water- en warmtenetten publiek zijn. Op dat punt hebben we indertijd de splitsingswet gehad, die we samen met de VVD hebben ingevoerd.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Crone. De heer Van Strien van de PVV heeft een interruptie.

De heer Van Strien i (PVV):

Ik hoor tot mijn verbazing de heer Crone zeggen dat hij mensen heeft ontmoet die van het gas af willen. Ik vraag me dan af, want dat is het enige alternatief volgens mij: willen die mensen dan een elektriciteitsnet met de grote kans dat ze er helemaal niet aan kunnen of, als ze er al aan kunnen, straks tijden geen stroom hebben omdat een net overbelast is?

De heer Crone (GroenLinks-PvdA):

Daarom is het belangrijk om te zeggen: dit project moet klaar zijn in 2050. Eerder mag van mij ook, maar we hebben natuurlijk een aantal hobbels te nemen. Ik heb al gezegd dat de besluitvorming nog wel even duurt. In sommige regio's moet je wachten op capaciteit van de netten. Ik citeer het onderzoek van PBL. Zo massief is niet eens onze achterban in de ledenvergaderingen, zal ik maar zeggen: 88% tot 94% van de mensen wil van het gas af en snapt dat dat niet meer goed is. We hebben Groningen niet meer. We zijn afhankelijk van Poetin. De wereldmarkt is nu ook afhankelijk van Trump met schaliegas. Mensen zijn dolblij als de wijken meer energieneutraal worden en we minder afhankelijk worden. Maar je moet het wel regelen; daar heeft u gelijk in.

De heer Van Strien (PVV):

Dat geeft aan wat voor onderzoek dat is. Mensen, consumenten, hebben de afgelopen jaren nog nooit een probleem gehad met de levering van gas, en er zijn talloze problemen geweest met elektriciteit. Ik vind het dus heel bijzonder dat in een onderzoek naar voren komt dat zo veel mensen van het gas af willen. Ik trek dat onderzoek hier ter plekke gewoon zeer in twijfel.

De heer Crone (GroenLinks-PvdA):

Spreek eens met gewone mensen. Die zeggen allemaal: de gasprijs is nu twee tot drie keer zo hoog als voor de oorlog. Daarvoor was die zelfs vier tot vijf keer zo hoog. De gasprijs is dus nog steeds op een veel hoger niveau dan voor de oorlog. Twee: de warmtenetten zijn gigaduur geworden omdat de bedrijven van de warmtenetten hun prijs mogen koppelen aan de gasprijs, net als anders. Die warmtenetten zijn dus enorm veel duurder geworden, terwijl ze niet eens extra kosten hadden. Dat is niet aan de burgers uit te leggen. Daarom is een mooie bijvangst van deze wet, die ik nog niet genoemd had, dat de warmtenetten cost plus worden in plaats van dat ze een op gas gebaseerde prijs hanteren. Dat heeft de Kamer geregeld. Dat zijn allemaal bewijzen dat mensen heel goed doorhebben dat gas niet meer de brandstof van de toekomst is, nog los van het klimaatprobleem. We moeten af van fossiel, en gas is ook helemaal geen stabiele en zeker geen goedkope brandstof. Gelukkig hebben we ons tot nu toe kunnen redden.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Crone. Dan is het woord aan de heer Van Strien, namens de PVV.