De minister van Infrastructuur en Waterstaat zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden Thijssen (GroenLinks-PvdA), Klip-Martin (VVD), Holterhues (ChristenUnie) en Hartog (Volt), toe om de Kamer uiterlijk voor deze zomer per brief te informeren over het vervolgtraject om de waterschapsbelastingen toekomstbestendiger te maken. In het vervolgtraject zal het OESO-rapport over het waterprijsbeleid uit 2023 worden meegenomen. Daarnaast zal in het vervolgtraject in ieder geval aan de volgende onderwerpen aandacht worden besteed: prijsprikkels bij het gebruik en het onttrekken van water, de zuiveringsheffing meer laten aansluiten bij de omvang van de huishoudens en een eventuele aanscherping van het profijtbeginsel.
Nummer | T03993 |
---|---|
Status | openstaand |
Datum toezegging | 28 januari 2025 |
Deadline | 1 juli 2025 |
Verantwoordelijke(n) | Minister van Infrastructuur en Waterstaat |
Kamerleden | E.W. Hartog (Volt) drs. F.W.J. Holterhues (ChristenUnie) drs. T. Klip-Martin (VVD) dr. N.C. Thijssen (GroenLinks-PvdA) |
Commissie | commissie voor Infrastructuur en Waterstaat / Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (I&W/VRO) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | brief/nota |
Kamerstukken | Versterking toepassing profijtbeginsel bij de watersysteemheffing (36.412) |
Handelingen I 2024/25, nr. 16, item 13 |
Mevrouw Thijssen (GroenLinks-PvdA):
(…) In de nota naar aanleiding van het tweede verslag kom ik heel veel vaagtaal tegen over wat er daadwerkelijk gebeurt in het vervolgtraject. Ik lees ook dat er geen inzicht gegeven kan worden in de planning van dat vervolgtraject. Van een minister die in de buurt van Rotterdam woont, had ik een houding verwacht van "niet lullen, maar poetsen". Kan hij daarom meer duidelijkheid geven over het vervolgtraject en de planning?
Voorzitter. Welke stappen zouden er nog meer gezet kunnen worden voor een eerlijker heffingensysteem? Van alle mogelijkheden die er zijn, beperk ik me tot drie concrete verbeterpunten. Ik wil de minister vragen om heel duidelijk aan te geven wat hij van deze drie punten vindt en of die volgens hem kunnen worden meegenomen in het vervolgtraject.
Het eerste punt is: betrek in de kostentoedeling van de waterheffing ook het profijt van waterkwaliteit. Ook voor het niet halen van de KRW-doelen is dit wat ons betreft een interessante gedachte.
Het tweede punt hangt ermee samen. De OESO constateert dat nauwelijks wordt betaald voor onttrekkingen van oppervlakte- en grondwater en diffuse verontreiniging vanuit met name de landbouw. Mijn suggestie is om dit eerlijker te gaan beprijzen. Zorg er dan ook voor dat effluentlozingen en riooloverstorten zwaarder meetellen in de verontreinigingsheffing.
Het derde punt is de vraag om ook bij de heffingen die ingezetenen opbrengen, te gaan differentiëren naar de omvang van huishoudens. Dus hoe meer mensen in een huis wonen, hoe meer waterverbruik een prijskaartje krijgt.
Handelingen I 2024/25, nr. 16, item 13
Mevrouw Thijssen (GroenLinks-PvdA):
(…) Dit brengt mij bij mijn laatste concrete punt. In hoofdstuk 13 van de memorie van toelichting wordt ingegaan op evaluatie en monitoring. Juist bij dit wetsvoorstel is dat een belangrijk onderdeel, maar er ontbreekt iets aan. Het gaat niet echt goed met de toestand van ons water. Daarom is het profijtbeginsel en "de vervuiler betaalt" zo belangrijk. We hadden gehoopt dat dit beter in de wet tot uitdrukking zou komen. Het lijkt ons dan ook heel nuttig om dit te gaan evalueren, zodat we een vinger aan de pols kunnen houden en weten hoe de effecten van deze wet gaan zijn. Ook voor het vervolgtraject lijkt het ons goed om te weten wat het verloop is. Ik zag dat er wel een evaluatiebepaling is over de klimaatvoetafdruk van de waterschappen. Wat ons betreft is dat onvoldoende. Mijn verzoek is daarom om de versterkte toepassing van het profijtbeginsel van de watersysteemheffing en de aanpassingen in de verontreinigings- en zuiveringsheffing over vier jaar te evalueren. Ik overweeg hierop een motie, al dan niet gecombineerd met het vorige punt dat ik maakte over de monitoring. De evaluatie kan betrokken worden bij de vijfjaarlijkse update van de kostenverdeling. Het kan ook worden meegenomen in het vervolgtraject naar een eerlijker, duurzamer en toekomstbestendiger systeem. Dat is immers waar het ons allemaal om te doen is.
Handelingen I 2024/25, nr. 16, item 13
Mevrouw Klip-Martin (VVD):
(…) In zijn brief van 12 november 2024 aan de Tweede Kamer gaf de minister aan dat de Tweede Kamer voor het volgende commissiedebat Water geïnformeerd zou worden over het vervolgtraject. Dat commissiedebat is gepland voor 19 februari. In de nota naar aanleiding van het tweede verslag van 11 december 2024 antwoordt de minister dat het vervolgtraject in de loop van 2025 van start zal gaan. Wij vragen de minister: hoe zit het nu precies met het vervolgtraject op dit dossier? Zou hij wat explicieter kunnen zijn wat betreft het beoogde tijdpad?
Handelingen I 2024/25, nr. 16, item 13
De heer Holterhues (ChristenUnie):
(…) Ten slotte, voorzitter. Het voorliggende wetsvoorstel vormt een eerste stap in de herziening van het belastingstelsel van de waterschappen. Maar er lijkt meer aan te komen. Zo wordt momenteel onderzocht of het mogelijk is om de zuiverings- en verontreinigingsheffing meer op basis van de omvang van huishoudens te heffen. Hoe ziet, zo vraag ik in navolging van mevrouw Thijssen en mevrouw Klip-Martin, het vervolgtraject eruit? Kan de minister een overzicht geven van welke veranderingen met betrekking tot de waterschapsheffing er momenteel in de maak zijn en welk tijdpad hij hierbij voor zich ziet?
Handelingen I 2024/25, nr. 16, item 13
De heer Hartog (Volt):
(…) Tot slot zou de Volt-fractie de regering een aantal vragen willen stellen over het vervolgtraject. Dat is ook al eerder gedaan. De regering heeft een aantal adviezen van de Commissie aanpassing belastingstelsel die gebaseerd zijn op het OESO-rapport niet overgenomen. Deze voorstellen hadden volgens de regering geen draagvlak. Sommige daarvan, zoals een aansluiting van de zuiveringsheffing bij de omvang van het huishouden of een duidelijkere toepassing van het beginsel dat de vervuiler betaalt, raken echter aan de fundamentele uitgangsprincipes van het Nederlandse beleid. Is de regering bereid en voornemens deze aanbevelingen alsnog verder met belanghebbenden te bespreken en hiervoor draagvlak te creëren? Ik sluit me ook aan bij de eerder gestelde vragen daarover. Komt er sowieso een verdere fundamentele herziening van de heffing?
Handelingen I 2024/25, nr. 16, item 13
Minister Madlener:
(…) Dan kom ik op het monitorings- en vervolgproces. Met advies van de commissie voor de aanpassing van het belastingstelsel zijn enkele knelpunten opgelost. Dat zeg ik ook tegen mevrouw Thijssen. Deel ik de mening dat het profijtbeginsel en "de vervuiler betaalt" niet goed tot hun recht komen en dat daar meer ambitie voor nodig is? Ja, eigenlijk deel ik die wel. We zetten met dit wetsvoorstel nu een eerste stap om de waterschapsbelastingen toekomstbestendiger te maken, maar ik realiseer me heel goed dat we hiermee niet klaar zijn met het verder ontwikkelen van de waterschapsbelastingen. Het vervolgtraject vergt een zorgvuldige analyse en een zorgvuldig proces met de betrokken partners. Voor de zomer wordt de Tweede Kamer nader geïnformeerd over dit traject. Dit is dus een eerste stap, maar geen laatste stap.
Hoe ziet het vervolgtraject eruit? Met alle partners in het waterbeheer wordt een vervolgtraject gestart waarin vraagstukken worden opgepakt waar nu nog geen antwoord op is. Voorbeelden daarvan zijn prijsprikkels bij het onttrekken van water. Hoe kan de zuiveringsheffing meer aansluiten bij de omvang van huishoudens? Dat is ook een veel gehoorde. Niemand begrijpt 1 of 3, maar ja, als je met z'n tweeën woont, denk je: dan ben ik mooi uit. Woon je met z'n tienen, dan kom je er eigenlijk ook best goed vanaf, denk je dan. Uiteindelijk willen we natuurlijk gewoon een systeem dat iedereen begrijpt en daar gaan we aan werken. We zullen er een methodiek voor bedenken die aansluit bij het rechtvaardigheidsgevoel van de burgers.
Dan de eventuele aanscherping van het profijtbeginsel. Een verdere aanscherping is natuurlijk ook nog mogelijk. De ervaring heeft geleerd dat voldoende draagvlak de belangrijkste voorwaarde is en dat vergt natuurlijk een heel zorgvuldige analyse en een zorgvuldig proces. Hierover wordt de Tweede Kamer voor de zomer geïnformeerd.
In de evaluatiebepaling staat dat we kunnen evalueren of waterschappen klimaatneutraal zijn. Kunnen we over vier jaar ook evalueren hoe het profijtbeginsel en aanpassingen in de zuiverings- en verontreinigingsheffing hebben uitgewerkt? De Tweede Kamer wordt jaarlijks geïnformeerd over onder andere de verdeling tussen de categorieën en de relatieve en absolute stijging en daling van de lasten per categorie. Hiermee wordt dus in kaart gebracht hoe het profijtbeginsel en "de vervuiler betaalt" in de praktijk uitpakken.
In het vervolgtraject op dit wetsvoorstel wordt gekeken of een eventuele aanscherping van het profijtbeginsel nodig of wenselijk is. De ervaringen na invoering van dit wetsvoorstel zullen we daarbij meenemen. Dat is dus een eerste stap. Er zijn allerlei wensen om het profijtbeginsel nog scherper af te bakenen en terug te laten komen. Daar zitten wel grenzen aan, want het moet niet te ingewikkeld worden, anders gaan de kosten voor iedereen weer omhoog. Maar er is misschien nog meer mogelijk.
Minister Madlener:
(…) Daar willen we graag aan voldoen, voorzitter.
Het voorliggende wetsvoorstel betreft alleen een gedeelte van de voorgelegde wijzigingen. In een brief van november 2024 is toegezegd om voor het volgende commissiedebat Water, op 19 februari aanstaande, hierop terug te komen. Graag een antwoord op hoe het zit met het vervolgtraject. Ik weet niet of ik de vraag helemaal goed begrijp; ik hoop dat het antwoord begrijpelijker is. Met alle partners in het waterbeheer wordt een vervolgtraject gestart waarin vraagstukken worden opgepakt waar dit wetsvoorstel nog geen antwoord op biedt. Voorbeelden daarvan zijn prijsprikkels bij het gebruik en onttrekken van water, hoe de zuiveringsheffing meer kan aansluiten bij de omvang van de huishoudens en een eventuele aanscherping van het profijtbeginsel. Ja, dat is eigenlijk hetzelfde als hiervoor.
Kan ik een overzicht geven van welke veranderingen met betrekking tot de waterschapsbelasting er momenteel in de maak zijn en welk tijdpad zie ik hierbij voor mij? Zoals ik ook op de eerdere vraag aangaf, wordt met alle partners in het waterbeheer een vervolgtraject gestart waarin vraagstukken worden opgepakt waar dit wetsvoorstel nog geen antwoord op biedt. De voorbeelden heb ik net genoemd.
Voldoende draagvlak is natuurlijk een belangrijke voorwaarde. Dat lijkt me logisch. Dat zal ook de Tweede Kamer zo voelen. Dat vergt een zorgvuldige analyse en een zorgvuldig proces, en dat gaan we dan ook doen.
Handelingen I 2024/25, nr. 16, item 13
Minister Madlener:
(…) Dan de vraag van de heer Hartog. Hij zei dat een aantal voorstellen van de OESO niet is meegenomen en vroeg of we bereid zijn om deze aanbevelingen alsnog te bespreken. Dit wetsvoorstel is het eerste stapje om zaken te verbeteren in lijn met de OESO-aanbevelingen, maar we realiseren ons dat het daarmee nog niet klaar is. In het vervolgtraject zal hier verder naar gekeken worden, samen met de partners in het waterbeheer. Ik heb hiervoor al een aantal aanzetten gegeven. De Tweede Kamer wordt hierover voor de zomer nader geïnformeerd, dus dat is al best snel.
De heer Hartog vroeg: kunnen we leren van de waterheffingen in Duitsland en België, ook al hebben zij geen waterschappen? Dat is heel creatief. Het is altijd goed om te bekijken wat er van andere landen geleerd kan worden. Daar ben ik het mee eens. Dat is echt een hartenkreet. Het is natuurlijk altijd goed om van elkaar te leren. In 2023 heeft de OESO samen met de Europese Commissie een rapport opgesteld over het waterprijsbeleid, met daarin best practices. De bevindingen daarvan zullen worden meegenomen in het vervolgtraject. We zullen daarmee aan de slag gaan na deze wetswijziging.
Handelingen I 2024/25, nr. 16, item 13
Minister Madlener:
(…) De SP merkte op dat de wijzigingen niet perfect zijn en zij vroeg welke vervolgstappen ik voor me zie om het beter te maken. Dit is natuurlijk een vraag van meerdere fracties. Met alle partners in het waterbeheer wordt een vervolgtraject gestart waarin vraagstukken worden opgepakt waar dit wetsvoorstel nog geen antwoord op heeft. Voorbeelden daarvan heb ik net ook genoemd: prijsprikkels bij het gebruik en het onttrekken van water, de zuiveringsheffing meer laten aansluiten bij de omvang van de huishoudens en een eventuele aanscherping van het profijtbeginsel. De ervaring heeft geleerd dat voldoende draagvlak een belangrijke voorwaarde is. De Tweede Kamer zal ik voor de zomer informeren over ideeën hierover.
Handelingen I 2024/25, nr. 16, item 13
Mevrouw Thijssen (GroenLinks-PvdA):
Dank u wel, voorzitter. De kwaliteit en de beschikbaarheid van het water kunnen eigenlijk niet wachten. Daarom vroeg ik met een kwinkslag naar de Rotterdamse mentaliteit van deze minister, namelijk "niet lullen, maar poetsen". Ik hoop namelijk dat deze minister wil gaan doorpakken in dat vervolgtraject. Dat is eigenlijk de hoofdboodschap van deze tweede termijn. Hij heeft veel woorden gewijd aan het vervolgtraject, de evaluatie en de monitoring die gaan komen. Daar ben ik heel erg blij mee. Ik ben blij met die toezeggingen. Ik ga ook geen motie meer indienen. Dat lijkt me niet nodig. Maar waar ik nu een beetje bang voor ben, is dat we nu gaan wachten op die evaluatie en dus niet nu alvast gaan werken aan dat vervolgtraject, terwijl u volgens mij wel al een paar inhoudelijke richtingen heeft gegeven voor dat vervolg. Mijn eerste vraag is een aansporing. Wat kunnen we nog van u verwachten in deze termijn? Waarop kunnen we u afrekenen in dat vervolgtraject, nog los van die evaluatie die eraan komt? Wat gaan we nu doen? Dat is een.
Handelingen I 2024/25, nr. 16, item 13
Minister Madlener:
(…) Wat kunnen we in deze termijn van mij als minister verwachten als het gaat om het vervolgtraject, vraagt mevrouw Thijssen. We gaan niet wachten op de evaluatie voordat we beginnen met het vervolgtraject. We zijn al bezig met voorbereidingen op korte termijn om dit traject te starten. De Tweede Kamer zal voor de zomer al geïnformeerd worden hierover. In mijn ogen is dat vlot.
Dat was eigenlijk dezelfde vraag als die van mevrouw Van Aelst van de SP. Zij vroeg of wij niet wachten met het vervolgtraject tot na de evaluatie. Wij zijn inderdaad al aan de slag; de Tweede Kamer zal voor de zomer een voorstel hebben. Ik heb er geen twijfel over dat ook de Tweede Kamer heel veel ideeën zal hebben over hoe we hiermee verdergaan.
De voorzitter:
En we hadden de toezegging dat u dan ook deze Kamer informeert.
Minister Madlener:
Ja, als daar prijs op wordt gesteld …
De voorzitter:
Enorm.
Minister Madlener:
… wil ik dat natuurlijk zeker doen. Maar ik verwacht dat de Tweede Kamer zelf ook met heel veel ideeën komt, want de wens om op een goede manier belasting te heffen, is natuurlijk heel politiek beladen. Ik vind natuurlijk de PVV-manier de beste manier — ik heb daar wel ideeën over — maar daar denkt de PvdA vast heel anders over. Dus in de Tweede Kamer zal het ongetwijfeld weer flink veranderd worden. Ik wil het voorstel de Eerste Kamer zeker toesturen. Bij dezen zeg ik toe dat ik het toestuur.
Brondocumenten
-
behandeling Verslag EK 2024/2025, nr. 16, item 13
-
28 januari 2025
toezegging gedaan