1.Vaststellen agenda
2.Commissieagenda onderdeel VRO
3.33118, GI
Brief van de minister van VRO met kabinetsreactie op Rli advies 'Met recht balanceren: juridisering in de leefomgeving'; Omgevingsrecht
Beslispunt
Welke fracties wensen heden inbreng te leveren voor schriftelijk overleg over het advies 'Met recht balanceren. Juridisering in de leefomgeving' en de kabinetsreactie daarop?
Toelichting
De Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur (Rli) heeft 26 juni 2024 het advies “Met recht balanceren: juridisering in de leefomgeving” aangeboden aan de toenmalige minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties, de minister voor Rechtsbescherming en de Voorzitters van de Eerste en Tweede Kamer.
De commissie nam op 10 september 2024 kennis van het advies van de Rli en besloot dit advies door te geleiden naar het College van fractievoorzitters in het kader van de discussie over de rolnemig. In de vergadering van het College van fractievoorzitters van 1 oktober 2024 stelde de Voorzitter voor om het advies desgewenst te betrekken bij toekomstige discussies over rolneming in het College. Het College heeft daarmee ingestemd. Tevens heeft de Voorzitter voorgesteld verdere correspondentie met het kabinet over het adviesrapport bij de commissie te laten.
De commissie besloot daarop op 15 oktober 2024 om de regering om een kabinetsreactie te verzoeken op het advies. Daarnaast besloot de commissie om de Rli uit te nodigen voor het geven van een toelichting op het advies. Deze bijeenkomst heeft op 28 januari 2025 plaatsgevonden. Het advies werd verder (nogmaals) onder de aandacht van andere relevante commissies (LNV, EZ/KGG, BIZA en J&V) gebracht. Deze commissies waren ook uitgenodigd voor de bijeenkomst van 28 januari.
Bij brief van 21 februari jl. heeft de minister van VRO de Kamer de kabinetsreactie op bedoeld advies doen toekomen. Conform het commissiebesluit van 11 maart jl. kan heden inbreng voor schriftelijk overleg over advies en kabinetsreactie geleverd worden.
Inbreng voor schriftelijk overleg
4.29362, S en V
Verslag van een schriftelijk overleg met de minister van VRO over de Standen van de Uitvoering 2023 op het gebied van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening; Modernisering van de overheid
Beslispunt
Welke fracties wensen heden inbreng voor nader schriftelijk overleg met de minister van VRO te leveren?
Toelichting
Bij de vergadering van 5 november 2024 was de notitie 'uitvoerbaarheid, handhaafbaarheid en doenvermogen' ter kennisneming bijgevoegd. Deze notitie is opgesteld door een werkgroep van de Kamer. De notitie bevat vijf voorstellen voor acties in de Kamercommissies. Voorstel 4 luidt:
De jaarlijkse standen van de uitvoering van de uitvoeringsorganisaties (die ten grondslag liggen aan het generieke rapport Staat van de Uitvoering) ter bespreking agenderen in de verantwoordelijke commissie(s).
De voor de commissie I&W/VRO relevante standen van de uitvoering op het gebied van VRO zijn aan de commissie ter beschikking gesteld. De commissie besloot hierover schriftelijk overleg te voeren met de minister van VRO. De antwoordbrief van 3 maart 2025 gaf de commissie aanleiding tot een tweede schriftelijke ronde, waarvoor heden inbreng kan worden geleverd.
Conform het commissiebesluit van 25 maart jl. kan de brief van de voorzitter van Toelatingsorganisatie Kwaliteitsborging Bouw (TloKB) ter aanbieding van het jaarverslag 2024 desgewenst bij het nader schriftelijk overleg worden betrokken. In paragraaf 1.10 van dit jaarverslag wordt de jaarlijkse Stand van de uitvoering van de TloKB weergegeven.
Inbreng voor nader schriftelijk overleg
5.Toezegging T03801
Toezegging Brief artikel 21, eerste lid, onderdeel d, van de Huisvestingswet 2014 (36.190); Verslag van een nader schriftelijk overleg met de minister van VRO over woongelegenheid en mantelzorg; Wijzigingswet Huisvestingswet 2014
Beslispunt
Welke fracties wensen heden inbreng voor nader schriftelijk overleg met de minister van VRO te leveren?
Toelichting
De toenmalige minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft de Kamer bij de plenaire behandeling van de Wijzigingswet Huisvestingswet 2014 (36190) toegezegd haar een brief te sturen waarin nader wordt ingegaan op de mogelijkheden en onmogelijkheden van artikel 21, eerste lid, onderdeel d, van de Huisvestingswet 2014 (toezegging T03801). Deze brief werd op 19 februari 2024 ontvangen. Vervolgens heeft driemaal schriftelijk overleg plaatsgevonden. In haar vergadering van 11 maart jl. besloot de commissie om heden gelegenheid te bieden voor inbreng voor een vierde schriftelijke ronde. De toezegging werd daarbij als voldaan aangemerkt.
Inbreng voor nader schriftelijk overleg
6.Toezegging T03908
Toezegging Planbatenheffing en evaluatie Leegstandswet in IBO (36.410 VII); Brief van de minister van VRO ter aanbieding van IBO-rapport 'Op grond kun je bouwen'; Begrotingsstaten Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 2024
Beslispunt
Welke fracties wensen heden inbreng voor schriftelijk overleg met de minister van VRO te leveren?
Toelichting
Tijdens het debat (ex artikel 51, lid 1, RvOEK) 'Wonen en Bouwen in Nederland' (36410 VII) op 23 april 2024 heeft de toenmalige minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties toezegging T03908 gedaan:
"De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden Janssen-van Helvoort (GroenLinks-PvdA), Janssen (SP) en Nicolaï (PvdD), toe dat in het Interdepartementaal Beleidsonderzoek Woningbouw en Grond (IBO) - dat uiterlijk eind juni 2024 zal verschijnen - aandacht zal worden besteed aan de planbatenheffing. Tevens zal aan de orde zijn de evaluatie van de gebruikmaking van de Leegstandswet waarbij de leegstandsboete naar Vlaams model zal worden betrokken."
Bij brief van 20 december 2024 (36410 VII, K) heeft de minister van VRO de evaluatie van de Leegstandwet 2024 verricht door het onderzoeksbureau RIGO aangeboden. De commissie heeft deze evaluatie voor kennisgeving aangenomen en toezegging T03908 als deels voldaan aangemerkt. De commissie wenste het rapport “Op grond kun je bouwen” van de werkgroep Interdepartementaal Beleidsonderzoek Woningbouw en Grond (IBO), dat alleen aan de Tweede Kamer was aangeboden, alsnog te ontvangen. Bij brief van 4 maart 2025 (36410 VII, L) heeft de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening het genoemde IBO-rapport alsnog naar de Kamer gestuurd. De commissie besloot daarop de status van de toezegging van deels voldaan te handhaven en heden gelegenheid te bieden voor het leveren van inbreng voor schriftelijk overleg.
Inbreng voor schriftelijk overleg
7.Commissieagenda onderdeel I&W
8.29362, T
Verslag van een schriftelijk overleg met de minister en de staatssecretaris van IenW over de Stand van de Uitvoering 2023 van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat; Modernisering van de overheid
Beslispunt
Welke leden wensen heden inbreng te leveren voor nader schriftelijk overleg?
Toelichting
Bij de vergadering van 5 november 2024 was de notitie 'uitvoerbaarheid, handhaafbaarheid en doenvermogen' ter kennisneming bijgevoegd. Deze notitie is opgesteld door een werkgroep van de Kamer. De notitie bevat vijf voorstellen voor acties in de Kamercommissies. Voorstel 4 luidt:
De jaarlijkse standen van de uitvoering van de uitvoeringsorganisaties (die ten grondslag liggen aan het generieke rapport Staat van de Uitvoering) ter bespreking agenderen in de verantwoordelijke commissie(s).
De voor de commissie I&W/VRO relevante standen van de uitvoering op het gebied van I&W zijn gezamenlijk aan de orde gesteld in de bijgevoegde Stand van de Uitvoering Ministerie IenW 2023. De commissie besloot hierover schriftelijk overleg te voeren met de bewindslieden van I&W. N.a.v. de antwoordbrief van 5 maart 2025 besloot de commissie op 11 maart jl. om heden gelegenheid te bieden voor het leveren van inbreng voor nader schriftelijk overleg.
Inbreng voor nader schriftelijk overleg
9.21501-08, AE
Verslag van een schriftelijk overleg met de staatssecretaris van I&W - Openbaar Vervoer en Milieu over de geannoteerde agenda van de Milieuraad van 17 december 2024; Brief van de staatssecretaris van I&W en de minister van KGG over geannoteerde agenda van de Milieuraad van 17 december 2024; Milieuraad
Beslispunt
Welke leden wensen heden inbreng te leveren voor nader schriftelijk overleg met de staatssecretaris van I&W - Openbaar Vervoer en Milieu?
Toelichting
Op 2 december 2024 heeft de Kamer van de minister van I&W en de minister van KGG de geannoteerde agenda ontvangen van de Milieuraad van 17 december 2024. De geannoteerde agenda was bij de mededelingen van de commissievergadering I&W/VRO van 17 december 2024 gevoegd. De commissie besloot op verzoek van het lid Van Langen-Visbeek (BBB) het stuk voor inbreng voor schriftelijk overleg te agenderen op 21 januari 2025. Op 28 januari 2025 is de brief met vragen verzonden. Op 4 maart stuurde de staatssecretaris van I&W - Openbaar Vervoer en Milieu een antwoord. Op 11 maart jl. besloot de commissie om op 1 april inbreng te leveren voor nader schriftelijk overleg.
Inbreng voor nader schriftelijk overleg
10.31936, BM en BO
Verslag van een schriftelijk overleg met minister van I&W over het ontwerpbesluit tot wijziging van het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol; Verslag van een nader schriftelijk overleg met de minister van I&W over de 'Notitie Reikwijdte en Detailniveau' (NRD); Luchtvaartbeleid
Beslispunten
-
-Welke leden wensen heden inbreng te leveren voor nader schriftelijk overleg?
-
-Kan de commissie ermee instemmen, met het oog op spoedige beantwoording, de ruwe inbrengen aan het ministerie beschikbaar te stellen?
Toelichting
Bij brief van 14 februari 2025 heeft de minister van I&W het ontwerpbesluit tot wijziging van het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol in verband met de invoering van een maximum aantal vliegtuigbewegingen voor het etmaal en wijziging van het maximum aantal vliegtuigbewegingen voor de nacht bij de Kamer voorgehangen. De commissie heeft tijdens het kennismakingsgesprek met de minister gesproken over wijziging van het LVB. Toen kondigde de minister een voorhang in de zomer van 2025 aan. Een deel van de beoogde wijziging wordt nu losgekoppeld en versneld.
Bij brief van 18 maart 2025 heeft de commissie vragen over het ontwerpbesluit aan de minister voorgelegd. In de brief is de regering verzocht om geen onomkeerbare stappen te zetten totdat de behandeling van het ontwerpbesluit in de Kamer is afgerond. De minister heeft de gestelde vragen bij brief van 20 maart 2025 beantwoord.
In deze antwoordbrief is ten aanzien van het proces het volgende opgemerkt:
Toelichting proces
De voorhang- en zienswijzenprocedure eindigen op 31 maart. Vervolgens wordt op 03 april de voordracht voor de Raad van State in procedure gebracht richting het Kabinet van de Koning. De voordracht voor de spoedadvisering ontvangt de Raad van State op 16 april. Na ontvangst van het spoedadvies op 1 mei, wordt er een nader rapport opgesteld, dat de volgende dag wordt aangeboden aan het Kabinet van de Koning. Na ondertekening door de Koning en publicatie in het Staatsblad treedt de wijziging op 8 mei in werking en kunnen de maximumaantallen vliegtuigbewegingen dezelfde dag worden meegenomen bij het vaststellen van de capaciteitsdeclaratie voor Schiphol.
De commissie besloot op 25 maart jl. om heden gelegenheid te bieden voor het leveren van inbreng voor nader schriftelijk overleg. De commissie besloot tevens om de brief van de minister van I&W van 7 maart 2025 - waarbij eerder gestelde vragen naar aanleiding van de Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD) door de minister zijn beantwoord - bij dit nader schriftelijk overleg te betrekken.
Inbreng voor nader schriftelijk overleg
11.Mededelingen en informatie
Uitstelbrief beantwoording vragen m.b.t. de voortgang van de implementatie van de Omgevingswet
Bijgevoegd is een brief van de minister van VRO van 24 maart 2025 waarbij wordt aangegeven dat de beantwoording van de bij uitgaande brief van 11 maart jl. gestelde vragen m.b.t. de voortgang van de implementatie van de Omgevingswet (vierde kwartaal) wordt uitgesteld. De reden voor het uitstel is de extra tijd die nodig is om de vragen over de TAM-IMRO zorgvuldig te beantwoorden. De beantwoording van de vragen zal, gezamenlijk met de voortgangsbrief over de implementatie van de Omgevingswet over het eerste kwartaal van 2025, halverwege april worden verzonden.
Brief inzake de evaluatie van de Wet basisregistratie ondergrond
Bijgevoegd is een brief van de minister van VRO van 24 maart 2025 waarbij de Kamer de evaluatie van de Wet basisregistratie ondergrond (Wet Bro) wordt aangeboden. De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel op 29 september 2015 als hamerstuk afgedaan.
Brief inzake de evaluatie Wet basisregistratie grootschalige topografie
Bijgevoegd is een brief van de minister van VRO van 24 maart 2025 waarbij de Kamer de evaluatie van de Wet basisregistratie grootschalige topografie wordt aangeboden. De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel op 24 september 2013 als hamerstuk afgedaan.
Termijnbrief
Op de termijnbrief is een wetsvoorstel opgenomen dat relevant is voor de commissie I&W/VRO. Het betreft het wetsvoorstel
Het lid Van Langen-Visbeek (BBB) heeft aangegeven dat haar fractie prijs stelt op het leveren van inbreng voor een verslag op 15 april 2025.