Dit wetsvoorstel wijzigt de Ontgrondingenwet, enkele andere wetten en een onderdeel van het wetsvoorstel Wet op de archeologische monumentenzorg (29.259). Met deze wijziging worden consequenties getrokken van het beleid inzake de afbouw van de regierol van het Rijk met betrekking tot de bouwgrondstoffenvoorziening. Een belangrijk doel van het wetsvoorstel is het wegnemen van marktbelemmerende bepalingen.
Daarnaast wordt de Ontgrondingenwet aangepast in verband met de ervaringen die zijn opgedaan met de toepassing ervan. Het gaat hier met name om een verbetering van de reeds in de wet opgenomen coördinatieregeling in het kader van de te doorlopen vergunningprocedures in relatie tot het streven van het kabinet naar bespoediging van besluitvormingsprocedures. Tevens gaat het om het in het leven roepen van de mogelijkheid om regels te stellen omtrent het verrichten van ontgrondingen, als substituut voor het vergunningstelsel, dit laatste in verband met het streven van het kabinet naar reductie van administratieve lasten.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 13 juni 2006 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 19 juni 2007 als hamerstuk afgedaan.
ingediend
4 november 2005titel
Wijziging van de Ontgrondingenwetschriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, met uitzondering van artikel I, onderdeel F, en H, onder 4, Q, S en U, die in werking treden met ingang van 1 januari 2009
Het wetsvoorstel voorziet in:
-
-De afbouw van de regierol van het Rijk met betrekking tot de bouwgrondstoffenvoorziening;
-
-Wijziging van de wet in verband met de ervaringen, opgedaan bij de toepassing ervan. Dit wordt uitgewerkt door wijzigingen die betrekking hebben op:
-
-Bevordering van doelmatige procedures;
-
-Algemene regels in plaats van het vergunningvereiste;
-
-Financiering uit de heffingopbrengst van onderzoek naar de relatie tussen ontgronding en schade aan eigendom;
-
-Bevoegdheid provincies tot vergunningverlening in het winterbed van rivieren.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
13 juni 2006
stemming (met algemene stemmen aangenomen) Handelingen TK 2005/2006, nr. 89, blz: 5423 -
4 april 2006
behandeling Handelingen TK 2005/2006, nr. 66, blz: 4204-4210