T00830

Toezegging bij beleidsdebat ocw - wetenschapsbeleid 2



De minister van Onderwijs zegt toe dat zij samen met de staatssecretaris van OCW met de universiteiten zal spreken over de positie en onafhankelijkheid van de (leden van de) Raden van Toezicht van de universiteiten.


Kerngegevens

Nummer T00830
Oorspronkelijke nummer tz_WHO_2006_2
Status voldaan
Datum toezegging 28 maart 2006
Deadline 1 januari 2007
Verantwoordelijke(n) Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Commissie commissie voor Wetenschapsbeleid en Hoger Onderwijs
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie overig
Kamerstukken Begrotingsstaat Onderwijs, Cultuur en Wetenschap 2006 (30.300 VIII)


Opmerking

Het punt van de belangenverstrengeling is met het voorzittersoverleg van de raden van toezicht besproken.
Er zijn geen bijzonderheden te melden, belangenverstrengeling is thans geen issue; alles verloopt conform geldende wet- en regelgeving.
Deze toezegging is afgedaan met de beantwoording van Kamervragen over de benoeming leden raad van toezicht bij universiteiten met brief aan de Tweede Kamer van 2 mei 2006, kenmerk HO/BS/2006/14858 (Kamervragen met antwoord 2005-2006, nr. 1387, Tweede Kamer). 31200 VIII, C (19 feb. 2008)


Zoals is toegezegd heeft Staatssecretaris Rutte het punt van mogelijke belangenverstrengeling aan de orde gesteld in het periodieke overleg met voorzitters van raden van toezicht, zie brief aan de Tweede Kamer, HO/BS/2006/14858 van 2 mei 2006 (kamernr. 1387). Eind augustus 2006 volgt een brief aan de Eerste Kamer. - Uit: brief met kenmerk BOA/2006/33445

Uit de stukken

Handelingen Eerste Kamer 2005 – 2006, 23 – 1109

Blz. 1113

De heer Schuurman (ChristenUnie): Bent u het met ons eens dat de eenzijdige samenstelling van de raad van toezicht van de universiteit zorgt voor een verkeerde indruk na het verhaal dat u zojuist hield?

Minister Van der Hoeven:

(…)

Wat de samenstelling van de raden van toezicht betreft: ik vind het heel goed dat juist met het oog op deze drie taken ook mensen vanuit het bedrijfsleven in deze raad een rol spelen. Dat lijkt mij uitstekend.

(…)

Ik ben het echter met u eens dat de balans niet naar een kant mag doorslaan en dat niet één aspect te veel aandacht mag krijgen. Als dat gebeurt, doen wij iets af aan de kracht van onze universiteiten. Als ik dus uw opmerking in die zin mag verstaan, betrekken wij die graag bij de bilaterale overleggen met de universiteiten.

(…)

Juist in het kader van governance is het van belang dat je goede checks and balances hebt en dat er geen rare dingen gebeuren. Dat is precies de reden waarom wij in de bilaterale overleggen die wij met de universiteiten hebben dit punt aan de orde stellen. Daarover heb ik de Kamer al een toezegging gedaan. Ik meen dat het goed is dat wij daarbij niet alleen de zorg, maar ook de expliciete meningen die u naar voren hebt gebracht een rol laten spelen.



Historie

  • 2 mei 2006
    Voortgang:
    documenten:
    • -   
      Kamervragen met antwoord 2005-2006, nr. 1387 TK
  • 28 maart 2006
    toezegging gedaan