Minister Hirsch Ballin zegt toe dat wanneer knelpunten in de bestaande regelgeving blijken te bestaan, de gelegenheid te baat wordt genomen voor advies naar de Raad van State te gaan. Indien noodzakelijk zal een oplossing te zijner tijd worden gevonden in een wettelijke regeling.
Nummer | T00482 |
---|---|
Oorspronkelijke nummer | tz_JUST_2007_12 |
Status | voldaan |
Datum toezegging | 17 oktober 2006 |
Verantwoordelijke(n) | Minister van Justitie (Hoofdverantwoordelijke) Minister van Verkeer en Waterstaat |
Kamerleden | mr. A. Broekers-Knol (VVD) |
Commissie | commissie voor Justitie (Just.) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | legisprudentie |
Onderwerpen | burgerluchtvaart knelpunten |
Kamerstukken | Melding voorvallen in de burgerluchtvaart (29.977) |
Handelingen 2006-2007, [3] 108 -115
Blz. 115
Mevrouw Broekers-Knol (VVD): U zegt te verwachten dat niet heel veel knelpunten zullen ontstaan, gelet ook op wat in de aanwijzing staat en wat verder is geregeld. Dan zeg ik: minister, regel alles toch gewoon legaal. Daar zitten wij hiervoor. Dat is ons vak.
Minister Hirsch Ballin: Ik ga niet voorstellen om dit illegaal te regelen. Ik heb al gezegd dat er tweeërlei redenen zijn voor onze opstelling. Onze verwachting dat als eenmaal het overleg op gang is gekomen en duidelijker wordt dan in de afgelopen jaren het geval was dat niet alleen de politie, maar ook het Openbaar Ministerie de beste vriend is van de bonafide luchtvaartsector, zal blijken dat met deze aanwijzing, deze toepassing het goede volk zal weten te leven en het op de goede manier zal weten te handelen, terwijl ons de mogelijkheid niet wordt ontnomen om het kwade volk aan te pakken. Die mogelijkheid zou ons kunnen worden ontnomen met een weinig doordachte wetswijziging. Zou je niet bij voorbaat met een wetsvoorstel een regeling moeten treffen om te voorkomen dat de inschatting dat de knelpunten zich niet zullen voordoen verkeerd is? Dit blijft de vraag van mevrouw Broekers. Ik voel mij hiermee toch wat overvraagd. Ik heb geleerd dat zodra je begint aan de opstelling van een wetsvoorstel, je een beeld moet hebben van het probleem waarvoor het een oplossing moet bieden. Dus als zich bij de toepassing, in het overleg problemen aftekenen, wordt duidelijker wat de inhoud van een wettelijke regeling zou moeten zijn.
Mevrouw Broekers-Knol (VVD): Maar dan is mij niet duidelijk waarom u een aanwijzing opstelt. Daarbij geldt namelijk dezelfde redengeving.
Minister Hirsch Ballin: Een aanwijzing heeft een ander karakter dan een wettelijke regeling. Een aanwijzing biedt de mogelijkheid van een betere toepassing bij het onderhavige geval. Die laat verder de mogelijkheid bestaan om in het geval van bijzondere omstandigheden – daarvoor moet in de rechtszaal verantwoording worden afgelegd – strafrechtelijk op te treden. Voordat wij een eventuele wetswijziging ter hand nemen, wil ik ook meer weten over de wijze waarop deze richtlijn bij andere lidstaten is geïmplementeerd. Wij kunnen ons nu wel blindstaren op de situatie in Denemarken en op enkele andere voorbeelden, maar ik wil meer weten. Vanmiddag heb ik al gezegd dat ik de deur niet dichtgooi als het gaat om de mogelijkheid van een wetswijziging. Die opmerking kunt u serieus nemen, maar ik vind niet dat ik nu moet toezeggen dat wij aan een wetswijziging gaan werken. Wij hebben namelijk nog geen beeld van de werking en de bruikbaarheid van de aanwijzing. Bij die wetswijziging zouden wij op vragen kunnen stuiten over de inpasbaarheid en over de systematiek van de implementatie van de EG-richtlijn. Als aanvullende toezegging en niet om iets af te doen aan wat ik eerder heb gezegd, herhaal ik dat wanneer blijkt dat er knelpunten zijn, wij in de gelegenheid zijn om als het ware met open vizier naar de Raad van State te gaan. De Raad van State zal dan de beleidsanalytische toetsing doen. Ik verwijs naar het laatste jaarverslag van die raad. De Raad van State wil weten wat het probleem is en of het wetsvoorstel bijdraagt aan de oplossing van het probleem. Als dus de probleemdefinitie er is, kunnen wij gaan werken aan een wetsvoorstel. Het opstellen van de probleemdefinitie kan in de werkgroep gebeuren. Ik meen dat ik hiermee een solide basis heb gelegd voor de aanvaarding van het wetsvoorstel dat nu voor ons ligt. Ten slotte wil ik graag nogmaals onderschrijven dat de vertrouwens-relatie onze inzet moet zijn. Dat gaat verder dan de juridische formulering. De leden kunnen ervan verzekerd zijn dat wij het vermogen tot leren zullen tonen. Wij vragen degenen die deelnemen aan de te vormen overleggroep dit ook te doen. Dat past bij dit belangrijke onderwerp.
Brondocumenten
-
voortzetting behandeling Handelingen EK 2006/2007, nr. 3, blz: 108-115
-
20 maart 2009
nieuwe status: voldaan
Opmerking: Afgedaan in de zevende Voortgangsrapportage Terrorismebestrijding aan de Tweede Kamer (27 november 2007). -
3 maart 2009
nieuwe status: openstaand
Opmerking: De commissie besluit de beoordeling over te laten aan de vaste commissie voor justitie -
13 februari 2008
nieuwe deadline: 1 januari 2009
Voortgang:
Opmerking: Sinds de vorige rapportage aan de EK is de meldingenstroom aan de IVW constant gebleven, ongeveer 150 per week. In totaal zijn nu ongeveer 8000 meldingen ontvangen (stand van zaken ultimo 2007). Er is nog geen melding aan het OM doorgegeven. Zodoende is ook nog geen sprake geweest van een strafrechtelijk onderzoek naar aanleiding van een aan de IVW gedane incidentmelding. Er zijn, evenals bij de vorige rapportage, nog geen belemmeringen voor het incidentmeldingensysteem geconstateerd met betrekking tot wet- en regelgeving of het optreden van het OM. In aanvulling hierop kan worden gemeld dat in het najaar van 2007 een overleg is gestart tussen luchtvaartsector, OM en IVW. Tijdens dit overleg, dat tot nu toe drie keer heeft plaatsgevonden, wordt informatie gedeeld en worden gedachten gewisseld over de wijze waar sector, OM en IVW met incidentmeldingen omgaan. Vanuit het OM wordt daarbij, aan de hand van fictieve casussen, met name ingegaan op het onderscheid tussen onachtzaamheid en grove nalatigheid dat bepalend is voor de vraag of vervolging opportuun is. Het overleg, dat in een constructieve sfeer plaatsvindt, zal de komende tijd worden voortgezet. -
11 mei 2007
nieuwe deadline: 1 januari 2008
Voortgang:documenten: -
17 oktober 2006
toezegging gedaan