De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer toe, naar aanleiding van een vraag van het lid Schouw, de wet Wft aan te passen indien dat nodig zou zijn om conflicten tussen de minister van Financiën en de toezichthouders AFM en DNB op te lossen of te vermijden.
Nummer | T00912 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 7 oktober 2008 |
Deadline | 1 januari 2011 |
Verantwoordelijke(n) | Staatssecretaris van Financiën |
Kamerleden | dr. A.G. Schouw (D66) |
Commissie | commissie voor Financiën (FIN) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | overig |
Onderwerpen | Autoriteit Financiële Markten conflicten De Nederlandsche Bank toezichthouders |
Kamerstukken | Maatregelen tegen "naked short selling" (31.724) |
Handelingen I 2008-2009, nr. 3 - 146
(...)
De heer Schouw (D66): Het is ondenkbaar dat de minister iets wil wat de AFM niet wil, andersom is het volgens mij ook ondenkbaar dat de AFM of DNB iets wil wat de minister niet wil. Dan wordt het eerst aangekondigd, en later moet de minister het intrekken, en dat is een wat gekke figuur. Deze regels zijn bedacht toen wij het negatieve scenario van de afgelopen weken niet konden overzien. Dan snap ik dat je zo'n schikkingsmodel bedenkt. Maar nu zijn maatregelen aan de orde van de dag. Ik kan mij voorstellen dat conflicten over interventies of keuzes daarvoor ook aan de orde van de dag zijn. Hoe anticipeert u daarop? Is het toch niet goed om nog eens even naar de afspraken die toen zijn gemaakt te kijken, en geen bevoegdheden meer bij de minister van Financiën neer te leggen?
Staatssecretaris De Jager: Zoals ik al heb aangegeven, functioneert het huidige model echt uitstekend. Er is geen licht tussen de toezichthouder en de minister van Financiën. De vraag is, wat het geval is als dat wel ontstaat. Het voorliggende wetsvoorstel is beredeneerd vanuit een bepaalde situatie: wetgevende bevoegdheden kunnen bij ministeriële regeling door de minister worden gesteld, maar in uitzonderlijke situaties kan worden ingegrepen door de toezichthouder. In dat geval - een uitzondering op het geldende regime - is een bevoegdheid gecreëerd voor de minister van Financiën om dat, indien hij dat noodzakelijk acht, onder bepaalde omstandigheden terug te draaien. Andersom acht ik veel meer ondenkbaar dat de minister van Financiën een maatregel wil nemen die de toezichthouder, die verantwoordelijk is voor het toezicht, niet wil nemen. Dat is ook bij de totstandkoming van de Wft aan elkaar kenbaar gemaakt. Er is voor gekozen om de toezichthouder op een behoorlijke afstand te plaatsen. Natuurlijk zijn er nu omstandigheden die wellicht toen niet waren voorzien, hoewel de Wft natuurlijk ook is gemaakt voor bijzondere omstandigheden. De vraag of dat gegeven op dit moment in enige mate de kwaliteit van het toezicht hindert, kan ik voor 100% met ''nee'' beantwoorden. En daar gaat het uiteindelijk om.
De heer Schouw (D66): Dat is geruststellend, maar kan de staatssecretaris ook de politieke garantie geven dat het in de toekomst zo blijft, dat wij niet te maken krijgen
met conflicten tussen die drie partijen?
Staatssecretaris De Jager: Ik kan de volgende politieke toezegging doen. Als dat wel gebeurt en het echt noodzakelijk is, dan zal de minister van Financiën uiteraard maatregelen nemen en voorstellen doen aan de Staten-Generaal om de wet daarop aan te passen. Dat voorzie ik echter op dit moment op geen enkele wijze. Dat wil ik wel gezegd hebben.
Brondocumenten
-
behandeling en stemming (zonder stemming aangenomen) Handelingen EK 2008/2009, nr. 3, blz: 138-155
-
18 januari 2011
nieuwe status: voldaan
Voortgang:documenten: -
15 juli 2010
nieuwe deadline: 1 januari 2011
nieuwe status: openstaand
Voortgang:
Opmerking: De relatie toezichthouders-ministerie van Financiën wordt meegenomen in «toezicht op toezicht».
-
17 februari 2010
nieuwe deadline: 1 juli 2010
nieuwe status: openstaand
Voortgang:
Opmerking: Er is thans geen aanleiding om de Wet op het financieel toezicht op dit punt aan te passen. Mochten de verschillende onderzoeken en evaluaties op het terrein van het toezicht op de financiële markten die momenteel plaatsvinden daartoe aanleiding geven, kan alsnog worden bezien of aanpassing van de wettelijke regeling ter zake nodig is. -
18 september 2009
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
7 oktober 2008
toezegging gedaan