De Minister van Economische Zaken zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Backer (D66), toe te de wijze waarop de uitgaven voor onderwijs en innovatie meetellen in het model van het CPB te zullen vergelijken met de Europese benadering en het rapport van de commissie-Soete van de KNAW.
Nummer | T01726 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 11 juni 2013 |
Deadline | 1 januari 2015 |
Verantwoordelijke(n) | Minister van Economische Zaken (2012-2017) |
Kamerleden | Jhr.mr. J.P. Backer (D66) |
Commissie | commissie voor Economische Zaken (EZ) commissie voor Financiën (FIN) commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | overig |
Onderwerpen | Centraal Planbureau innovatie onderwijs |
Kamerstukken | Europese Raad (21.501-20) |
Handelingen I 2012-2013, nr. 30, item 7 - blz. 29
Ik had in mijn tekst ook nog wat overwegingen over de wijze waarop de uitgaven voor onderwijs en innovatie meetellen in het model van het CPB, maar dat wordt misschien wat technisch en wat lang. Ik vraag de minister van Economische Zaken alleen het CPB kritisch te volgen op het punt van de commissie-Soete van de KNAW, die hiermee serieus bezig is en ons op de hoogte te stellen van de uitkomsten. De oorspronkelijke discussie kennen wij. Iedereen die iets met verkiezingsprogramma's te maken heeft gehad, weet dat. Op welke wijze tellen investeringen in onderwijs en innovatie mee in de groei in het model? Dat is toch belangrijk. Ik vraag de regering om te onderzoeken op welke wijze de ondersteunende organen vergelijkbaar met het CPB dit doen met de Europese Commissie. Ook daar moet natuurlijk input geleverd worden voor groeiprognoses.
Handelingen I 2012-2013, nr. 30, item 9 - blz. 78
Minister Kamp:
De heer Backer vroeg ook of wij nog eens extra wilden kijken naar de resultaten van de commissie-Soete, die ook in dit verband de economische effecten van vooral wetenschap onderzoekt. Daar zijn wij zeker toe bereid. Wij zullen goed kijken naar de resultaten van die commissie. Indien daar aanleiding toe is – dat is zeker denkbaar – zullen wij daar ook een kabinetsreactie op geven die wij samen met de bevindingen van de commissie aan de Kamer zullen presenteren, zodat de Kamer daarover desgewenst met ons van gedachten kan wisselen.
De heer Backer (D66):
Om een mogelijk misverstand weg te nemen: ik ken de reactie van het kabinet daarop. Ik ken ook de brief van de heer Teulings aan de minister van Economische Zaken. Daarin zit ook een aantal afhoudende elementen met de strekking: wij doen het zo en val ons daarmee niet te veel lastig. Dit zijn mijn woorden. Daarom vraag ik de minister om daarnaar toch nog eens te kijken en dit te vergelijken met de Europese benadering en het rapport van de commissie-Soete. Ik denk dat dit voldoende is om de aandacht hiervoor te vragen. Het was dus geen misverstand. Ik ken die discussie, maar ik ben er niet gerust op dat die geheel de goede kant op gaat.
Minister Kamp:
Zeker, ik doe dit graag. De heer Backer staat altijd open voor een gedachtewisseling en een poging om tot gezamenlijke conclusies te komen. Ik weet wel dat het niet erg gemakkelijk is om de D66-fractie wat betreft onderwijs tevreden te stellen. Op dat terrein is de fractie zeer ambitieus. Wij zullen er dus altijd ons best voor moeten blijven doen.
Brondocumenten
-
voorzetting debat over het Nederlandse Nationale Hervormingsprogramma en het Stabiliteits- en Convergentieprogramma in het kader van het Europees Semester Handelingen EK 2012/2013, nr. 30, item 9, blz. 64-87
-
debat over het Nederlandse Nationale Hervormingsprogramma en het Stabiliteits- en Convergentieprogramma in het kader van het Europees Semester Handelingen EK 2012/2013, nr. 30, item 7, blz. 25-46
-
2 december 2014
nieuwe status: voldaan
Voortgang: -
25 november 2014
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten:-
-brief inzake aanbieding "Wetenschapsvisie 2025: keuzes voor de toekomst"
voor kennisgeving aangenomen door de Eerste Kamercommissie voor Economische Zaken op 2 december 2014.
EK 34.000 VIII / 34.000 XIII, B
-
-
7 oktober 2014
nieuwe deadline: 1 januari 2015
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
29 september 2014
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
27 mei 2014
nieuwe deadline: 1 juli 2014
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
23 mei 2014
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
11 juni 2013
toezegging gedaan