Met deze rijkswet wordt beoogd dat door de Europese Unie (EU) vastgestelde sancties voor zover deze door de lidstaten jegens derden toegepast moeten worden, in het gehele Koninkrijk worden toegepast.

Deze rijkswet strekt ertoe de eenheid van het buitenlands beleid van het Koninkrijk te waarborgen. Besluiten vastgesteld in het kader van het Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid van de Europese Unie - met het oog op de handhaving of het herstel van de internationale vrede en veiligheid of de bevordering van de internationale rechtsorde dan wel de bestrijding van terrorisme die voor het land Nederland een bindend karakter hebben - ook in de landen Aruba, Curaçao en Sint Maarten zullen worden uitgevoerd.

Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.


Stand van zaken

Het wetsvoorstel (EK 34.009 (R2035), A) is op 22 maart 2016 aangenomen door de Tweede Kamer. SP, PvdD, PvdA, GroenLinks, D66, 50PLUS, Van Vliet, Houwers, Groep Kuzu/Öztürk, Klein, VVD, SGP, ChristenUnie en het CDA stemden voor.

De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel op 14 juni 2016 als hamerstuk afgedaan. De fractie van de PVV is hierbij aantekening verleend.


Kerngegevens

ingediend

1 september 2014

titel

Bepalingen omtrent de toepassing in Aruba, Curaçao en Sint Maarten van beperkende maatregelen met het oog op de handhaving of het herstel van de internationale vrede en veiligheid of de bevordering van de internationale rechtsorde dan wel de bestrijding van terrorisme, vastgesteld in het kader van het Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid van de Europese Unie (Rijkssanctiewet)

schriftelijke voorbereiding

inbreng geleverd door

ondertekening

inwerkingtreding

Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld


Documenten

3