T02445

Toezegging Het oordeel van de Commissie voor de m.e.r. over de aantallen onafhankelijke toetsingen tot dusverre meenemen in de evaluatie (34.287)



De minister van Infrastructuur en Milieu zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Vos (GroenLinks), toe dat zij het oordeel van de Commissie voor de m.e.r. over de aantallen onafhankelijke toetsingen van de project-MER die tot dusverre zijn gedaan, zal meenemen in de evaluatie, die na de zomer van 2017 de Kamer toegestuurd zal worden.


Kerngegevens

Nummer T02445
Status voldaan
Datum toezegging 17 januari 2017
Deadline 1 januari 2018
Voormalige Verantwoordelijke(n) Minister van Infrastructuur en Milieu
Huidige Verantwoordelijke(n) Minister van Infrastructuur en Waterstaat
Kamerleden Ir. M.B. Vos (GroenLinks)
Commissie commissie voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving (IWO)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie evaluatie
Onderwerpen Commissie voor de milieueffectrapportage
milieueffectrapportage
onafhankelijke toetsing
Kamerstukken Implementatie herziening mer-richtlijn (34.287)


Uit de stukken

Handelingen I 2016-2017, nr. 14, item 5, blz. 1-4

Mevrouw Vos (GroenLinks):

(...)

Mijn tweede punt betreft de onafhankelijke toetsing van de project-MER door de Commissie voor de m.e.r. Zoals de minister net zelf benadrukte, is de milieueffectrapportage van cruciaal belang om het belang van het milieu te borgen in alle vormen van besluitvorming waarvoor dat relevant is. De minister zegt dat met de Omgevingswet de onafhankelijke toetsing in alle gevallen facultatief wordt. Zij gaf in haar schriftelijke beantwoording aan dat dat geen probleem zou zijn en noemde daarbij het voorbeeld van de Crisis- en herstelwet. Op basis daarvan vertrouwt zij erop dat het bevoegd gezag, bijvoorbeeld de lokale overheden, bijna altijd tot een onafhankelijke toetsing zal overgaan. Maar uit mijn informatie van de Commissie voor de m.e.r. blijkt dat slechts in 5 van de 100 projecten in het kader van de Crisis- en herstelwet een vrijwillige onafhankelijke toetsing is gedaan. Dat staat haaks op hetgeen de minister hier naar voren brengt. Ik zit daar een beetje mee. Kan de minister de Kamer in een brief nadere informatie geven over de wijze waarop wij het oordeel van de Commissie voor de m.e.r. over de onafhankelijke toetsingen die tot dusverre zijn gedaan in het kader van de project-MER, moeten duiden?

(...)

Minister Schultz van Haegen-Maas Geesteranus:

(...)

Mevrouw Vos sprak over de onafhankelijke toetsing van de project-MER. Zij heeft een ander beeld van hoe dat gelopen is dan de Commissie voor de m.e.r. zelf. Als de evaluatie er is, is het goed om met elkaar daarnaar te kijken. De evaluatie doen we op basis van de hoeveelheid projecten. Mevrouw Vos vraagt eigenlijk hoe de Commissie m.e.r. hierover oordeelt. Ik kan dan ook nog de Commissie m.e.r. vragen hoe zij hierover oordeelt. Dat oordeel kan ik meenemen in de evaluatie.

(...)

Mevrouw Vos (GroenLinks):

Wanneer kunnen wij de evaluatie waar de minister op duidt verwachten?

Minister Schultz van Haegen-Maas Geesteranus:

Volgens mij komt die in 2017. In het voorjaar van 2017 moet je de evaluatie afronden, zodat je heel 2016 kunt meenemen. Een en ander moet eerst verwerkt worden. Na de zomer van 2017 kan de evaluatie naar beide Kamers, dus ook naar de Eerste Kamer.


Brondocumenten


Historie