T02929

Toezegging De Kamer te informeren over de mogelijkheid om de nieuwe studieregeling met ingang van het studiejaar 2020-2021 in te voeren (35.213)



De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden Stienen (D66) en Ester (ChristenUnie), toe de Kamer te informeren over mogelijke creatieve oplossingen zodat Wajongers bij aanvang van het studiejaar 2020-2021 kunnen beschikken over de nieuwe studieregeling.


Kerngegevens

Nummer T02929
Status voldaan
Datum toezegging 19 mei 2020
Deadline 1 juli 2020
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Kamerleden Dr. P. Ester (ChristenUnie)
Drs. C.P.W.J. Stienen MA (D66)
Commissie commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen studieregeling
Wajong
Kamerstukken Verdere activering participatie jonggehandicapten en harmonisatie Wajongregimes (35.213)


Uit de stukken

Handelingen I 2019-2020, nr.27, item 3, p.1-2

De heer Ester (ChristenUnie):

Het lukt niet om de Wajong-maatregelen per 1 juli aanstaande in werking te laten treden. Dat wordt nu, indien het wetsvoorstel wordt aangenomen uiteraard, 1 januari 2021. Dat heeft onder meer implicaties voor Wajongers die studeren, dan wel gaan studeren. Immers, de nieuwe harmonisatieregeling geeft aan dat het volgen van een opleiding — anders dan nu het geval is — niet langer gepaard gaat met een verlaging van de Wajong-uitkering. Dat is een belangrijke verbetering. Kan de staatssecretaris, zo vraagt mijn fractie met klem, enige creatieve welwillendheid c.q. welwillende creativiteit opbrengen om eens te kijken naar die datum van inwerkingtreding? Is zij bereid deze groep studerende Wajongers tegemoet te komen door de harmonisatieregel reeds vóór de start van het komende studiejaar te laten ingaan? Het betreft immers een groep Wajongers die — geheel in lijn met haar eigen activeringsbeleid — investeert in kennisonderhoud en in competentieontwikkeling. Ik hoor dat graag.

Handelingen I 2019-2020, nr.27, item 3, p.18

Mevrouw Stienen (D66):

De fractie van D66 heeft nog wel een vraag aan de staatssecretaris over de inwerkingtreding van de studieregeling. Mijn fractie vraagt zich af of de staatssecretaris de mogelijkheid ziet om de inwerkingtreding van de studieregeling naar voren te halen. Anders gezegd: ziet de staatssecretaris mogelijkheden om voor de groep die op 1 september aanstaande met een studie begint een regeling te treffen voor tegemoetkoming in studiekosten, desnoods met terugwerkende kracht?

Handelingen I 2019-2020, nr.27, item 7, p.33-34

Staatssecretaris Van Ark:

Er is ook aandacht gevraagd voor de inwerkingtreding van de maatregelen. De vroegste datum van implementatie is nu 1 januari 2021. In dat kader is mij gevraagd of die studie naar voren kan worden gehaald. De Kamer mag best weten dat er vaak sprake is van de categorie: het kon niet, maar het kan toch. Ik dacht dus: ik ga hier ook even stevig achteraan. Ik heb er met het UWV heel zorgvuldig naar gekeken, maar er zijn heel veel systeemwijzigingen nodig. Daarom is het niet mogelijk een deel van de maatregelen naar voren te halen. Het handmatig inrichten van het proces is ook niet haalbaar. Elke Wajonger die naar zijn contactpersoon belt, moet gewoon het goede antwoord krijgen als hij een vraag heeft over een studie. Dat betekent dat dit bekend moet zijn op elk UWV-kantoor. Dat kost extra mankracht die het UWV nu niet heeft, maar die mensen zouden ook nog moeten worden opgeleid nadat ze zijn aangetrokken. Ik zie dus echt beren op de weg die ik niet zomaar omver kan duwen; ik heb het ook over een handmatige ICT-aanpassing en dergelijke.

Wat dan over zou blijven, is de terugwerkende kracht. Daar heeft de Kamer ook naar gevraagd. Ik moet wel zeggen dat ik daar niet direct een groen sein voor heb gekregen. Sterker nog, men wilde direct het sein op rood zetten, want ook dat is foutgevoelig en handmatig. Het gaat eenmalig ook leiden tot een hoger inkomen, wat weer gevolgen heeft voor de toeslagen. Dat is lastig, want in dezelfde termijn werken we aan de vaststelling van het garantiebedrag. Dat zijn de eerste signalen die ik heb gekregen. Ik geef ze graag aan de Kamer mee, want ik wilde ook graag iets zoeken waardoor dit mogelijk toch zou kunnen. Maar men stond echter nog niet te juichen. Ik snap dat ook, want we vragen heel veel van mensen.

De heer Ester (ChristenUnie):

Het gaat er misschien ook niet om dat die mensen staan te juichen, maar dat we proberen om wat comfort te bieden aan de Wajongers. Ik begrijp dat het allemaal heel ingewikkeld is, maar ik vind het toch niet echt overtuigend. Het is geen maatregel die geld kost, ten eerste, maar het tweede is dat, als de zaken waren gelopen zoals ze voorzien waren, die regeling nu al was ingegaan. Dan had het UWV nu ook moeten voorsorteren om allerlei dingen in werking te stellen om de groep in aanmerking te laten komen voor de regeling. Ik ben niet overtuigd van de kracht van de argumenten. Dat er seinen op rood staan, overtuigt me ook niet. Ik daag de staatssecretaris uit om te kiezen tussen welwillende creativiteit of creatieve welwillendheid, maar toch nog een extra stapje te doen.

Staatssecretaris Van Ark:

Ik hoor wat de heer Ester zegt. Ik ben echt bereid om alle creativiteit die ik heb aan te spreken, maar uiteindelijk moet het wel kunnen. Ik hoor echter heel duidelijk wat hij aangeeft.

Mevrouw Stienen (D66):

Ik ben in de eerste termijn ook bevraagd door mevrouw Sent over aantallen. Ik snap inmiddels wel hoe ingewikkeld dat is, maar toch ben ik heel benieuwd of we er inzicht in kunnen krijgen om welke groep het dan zou gaan die van 1 augustus of 1 september — dan begint het studiejaar — tot 31 december 2020 echt tussen wal en schip valt. Dat is toch een groep. Deze maatregel gaat over mensen inspireren en hen ertoe aanzetten om zich te ontwikkelen. Het wordt hartstikke lastig de komende maanden en dan hebben ze er ook nog een keer last van dat hun Wajong-uitkering lager wordt omdat ze gaan studeren. Dat vind ik niet heel erg motiverend, en eigenlijk in strijd met de geest van deze wet. Om hoeveel mensen gaat het en kunnen we voor hen dan toch niet iets doen?

Staatssecretaris Van Ark:

Aan bereidheid ontbreekt het niet. We weten dat er best veel mensen zijn die hebben aangegeven te willen gaan studeren, maar het niet durven. Het kan dus zijn dat we rekening moeten houden met tientallen of honderden mensen en gegeven de situatie misschien wel meer. Ik kan het antwoord daarop niet geven. We hebben geen peiling gehouden of mensen dit zouden willen doen.

Mevrouw Stienen (D66):

Is er dan wellicht in de sfeer van creativiteit iets te doen? Ik weet niet meer precies hoe de heer Ester het noemde, maar ik heb het dan over de contacten met universiteiten, scholen, vertegenwoordigingen en noem maar op. Want het is natuurlijk ook belangrijk voor de samenleving dat we laten zien dat ook mensen uit deze groep een studie kunnen gaan doen en een opleiding kunnen volgen. Dus welke contacten kunnen we leggen met de belangenverenigingen in het voortgezet onderwijs en de universitaire vakbond? Misschien willen ze wel met u meedenken.

Staatssecretaris Van Ark:

Ik snap het helemaal en ben altijd bereid om te kijken of meer creativiteit mogelijk is. Ik merk inderdaad dat dit een prioriteit is van de Kamer. Dat is ook goed om te weten. Maar de implementatietermijn van 1 januari is wel inherent hieraan.

Mevrouw De Bruijn-Wezeman (VVD):

Even een kleine duit in het zakje, omdat ik de mensen niet de consequenties wil laten dragen van het feit dat het voorstel hier toch redelijk lang in de Kamer heeft gelegen. Dit is inderdaad een belangrijke regeling. Ik kijk even naar een oplossingsrichting. Het gaat hier eigenlijk om een groep die een Wajong-uitkering heeft. Op dit moment is het zo dat ze, als ze gaan studeren, gekort worden. Hoe eenvoudig is het om gewoon te zeggen: oké, de Wajong-uitkering loopt door? Ze hoeven niet eens te melden dat ze gaan studeren. Dus ik zie de complexiteit niet, sorry.

Staatssecretaris Van Ark:

Laat ik het zo zeggen: na een aantal weken coronacrisisgesprekken blijken logische dingen in de uitvoering gewoon heel lastig te zijn, al was het maar door handmatige ICT-aanpassingen. Ik wil de collega's in de uitvoering niet tekortdoen, want ze werken allemaal snoeihard en iedereen wil dit graag. Maar hoe was het ook alweer? Tussen droom en daad liggen wetten en andere praktische bezwaren. De invoeringsdatum van deze wet is wel een heel praktisch bezwaar.

Handelingen I 2019-2020, nr.27, item 7, p.51

Staatssecretaris Van Ark:

Voorzitter. Ik kom bij de motie van de heer Ester, die medeondertekend is door een aantal van uw Kamerleden. In die motie wordt de regering verzocht om met een creatieve oplossing te komen, zodat de Wajongers voor het komende studiejaar kunnen profiteren van de nieuwe regels. Ik heb geprobeerd om begrip uit te stralen voor de wens van de ChristenUnie en ook de andere partijen in de Kamer. Ik heb de terminologie gebruikt dat de signalen op rood staan, maar stoplichten kunnen inderdaad verspringen. Dat realiseer ik me, maar ik wil het ook serieus nemen als er vanuit de uitvoering signalen komen, zeker gezien de aandacht die het parlement heeft voor de druk op de uitvoering. Laat ik het volgende zeggen. Ik wil dit zeker ook zien als een inspanning om dat gesprek te voeren. Ik zou daar graag de suggestie van mevrouw De Bruijn bij mee willen nemen om te kijken of dat dan zou kunnen en de Kamer daarover te informeren.


Brondocumenten


Historie