Plenair Stienen bij voortzetting behandeling (zonder stemming aangenomen)



Verslag van de vergadering van 1 december 2020 (2020/2021 nr. 12)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 20.14 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Stienen i (D66):

Voorzitter. Namens de D66-fractie wil ik de minister en zijn medewerkers een compliment geven voor de zorgvuldige wijze waarop zij deze enorme klus hebben geklaard. Wat een wet!

Dank ook voor het onderstrepen van de wederkerigheid in dit stelsel: inburgeren, of liever een goede start, is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de nieuwkomer, of het nu een statushouder of een gezinsmigrant is, en van de Nederlandse overheid en de samenleving. Mijn fractie is verheugd over de erkenning van het belang van de stem van inburgeraars en het feit dat hun ervaringsdeskundigheid op een structurele manier betrokken zal worden bij de doorontwikkeling van dit inburgeringsstelsel.

We danken de minister ook voor zijn toezegging om in kaart te brengen hoe het zit met de ondertussengroep en met de voortgang van de gezinsmigranten in het nieuwe stelsel. Mijn fractie stelt het op prijs als deze Kamer regelmatig op de hoogte wordt gehouden, ook van mogelijke knelpunten voor deze groepen in de uitvoering.

Ik heb nog wel een vraag ter verduidelijking over wat er met het budget gaat gebeuren dat voor de start van 2021 was ingepland. Ik begreep dat de minister binnenkort met de VNG gaat praten, maar ik schrok even van een terloopse opmerking over corona en budgetten. Mijn fractie hoopt ervanuit te mogen gaan dat dit geld voor de Wet inburgering en de inburgeraars blijft staan.

Ik wil de minister ook danken voor zijn kleine correctie in de pauze op mijn verwijzing naar aan de ene kant Horst aan de Maas en aan de andere kant Rotterdam aan de Maas. Als een inburgeringsexamenvraag was geweest "ligt Rotterdam aan de Maas?", dan was ik gezakt. Het ligt namelijk niet aan de Maas, maar aan de Nieuwe Maas. Ik heb weer iets geleerd, want dat is niet de Maas die door Maastricht en langs Roermond gaat, maar een zijrivier van de Rijn. Zo zie je maar, we leren elke dag weer! Daar wil ik graag mee afsluiten. Omdat we allemaal kunnen blijven leren, heb ik nog een suggestie, absoluut geen verplichting. Het is een aanmoediging voor het lezen van twee boeken, waarin de ervaringen van nieuwkomers met Nederland staan. Het ene boek, "Gemeente zegt ik Nederlands leren" van Said El Haji, neemt je echt mee de klas met inburgeraars in. Het is heel komisch, het is soms heel verdrietig, maar je ziet ook hoeveel moeite mensen hebben om Nederlands te leren. En inderdaad, meneer Kox, het kost voor deze mensen net zoveel moeite om Nederlands te leren als het mij heeft gekost om Arabisch te leren.

Het andere boek, "Holland", is van de hand van Rodaan Al Galidi, die in 2011 de literatuurprijs van de Europese Unie voor de roman "De autist en de postduif" ontving. En warempel, kort daarna zakte hij voor het inburgeringsexamen. Ik vind het niet zo vreemd dat hij, toen hij eenmaal ingeburgerd was en alle papiertjes had gehaald, een boek schreef over een romanfiguur, waarschijnlijk gebaseerd op zijn eigen leven. Het boek, mooi oranje, is een heel mooie literaire spiegel van een statushouder die absoluut geen uitkering wil van de Nederlandse overheid, maar op zijn eigen manier het inburgeringstraject volgt. Aanbevolen!

Het lijkt mij wel duidelijk, meneer de voorzitter, dat ik mijn fractie zal aanbevelen om voor deze wet te stemmen. Dank u.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Stienen. Dan is het woord aan mevrouw Huizinga-Heringa, namens de fractie van de ChristenUnie.