Plenair Fiers bij behandeling Incidentele suppletoire begroting Onderwijs, Cultuur en Wetenschap 2022 inzake verwerving kunstwerk



Verslag van de vergadering van 18 januari 2022 (2021/2022 nr. 13)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 14.33 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Fiers i (PvdA):

Allereerst ook namens de Partij van de Arbeid een warm welkom aan de nieuwe staatssecretaris.

Voorzitter. Timing is alles. Muzikanten, geluidstechnici, filmmakers en toneelspelers werken dagelijks met timing. Voor hen bepaalt timing het verschil tussen succes en roemloze vergetelheid. De timing van de aankoop van De Vaandeldrager is beroerd en ligt zwaar op de maag bij velen in de cultuur- en creatieve sector en daarbuiten. De timing is beroerd in relatie tot de gevolgen van de nog steeds voortdurende coronamaatregelen in de cultuursector. Vooral bij zzp'ers — het is al door een aantal sprekers gezegd — is de situatie nijpend.

Natuurlijk waren en zijn er generieke en specifieke coronamaatregelen voor de culturele sector. In het rapport Ongelijk getroffen, ongelijk gesteund van de Boekmanstichting van vorig jaar wordt geconstateerd dat die steunmaatregelen er voor een groot deel toe hebben geleid dat de culturele organisaties overeind zijn gebleven in de coronacrisis, maar dat veel zzp'ers onvoldoende gebruik hebben kunnen maken van die steunmaatregelen. Ook de vorige cultuurminister constateerde tot haar spijt dat die maatregelen onvoldoende terecht zijn gekomen bij die makers.

Hoe zit dat nou met die zzp'ers in de culturele sector? Voor mij is Onderwijs, Cultuur en Wetenschap een nieuw domein. Ik moet zeggen dat ik schrok van het feit dat in Nederland gemiddeld 12% van alle werkenden zzp'er is en dat dat in de culturele sector maar liefst 60% is. Ik schrok daar echt enorm van. Het is met afstand de sector met het hoogste percentage van Nederland. Het afschaffen van de Tozo, de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandige ondernemers, bijvoorbeeld, raakt juist al die mensen die in de cultuur werkzaam zijn. Vanwege het groot aantal zzp'ers is dit volgens de PvdA-fractie niet alleen een bedreiging voor die zelfstandige ondernemers en eventuele partners en kinderen, maar ook een bedreiging voor de culturele sector als geheel. Graag een reflectie van de staatsecretaris hierop. Deelt zij onze mening?

Vandaag praten wij over een investering van 150 miljoen in het werk van een maker van weleer. Bij de makers van nu, die kopje-onder dreigen te gaan en noodgedwongen de sector verlaten, voelt dit als onrechtvaardig. Ik denk dat iedereen zich daar een voorstelling bij kan maken. Die onrechtvaardigheid leidt ook — het zou de culturele sector niet zijn! — tot rake ludieke acties. Zo ook de spontane actie van Anne Ermens. Deze 33-jarige zangdocente uit Breda maakte een eigen creatieve versie van Rembrandts Vaandeldrager, gemaakt van 315 portretfoto's van cultuurmakers. In Annes versie van het zelfportret van Rembrandt kijken 315 paar ogen van hedendaagse kunstmakers de kijker indringend aan. Het zou mooi zijn als Annes kunstwerk over een aantal jaren symbool kan staan voor een fundamentele herwaardering van de waarde van cultuurmakers in onze samenleving. Anne heeft daar hele specifieke ideeën over. Ik zou de staatssecretaris willen uitnodigen om samen met Anne te kijken of ze daar een plan voor kan bedenken.

Voorzitter. Het nieuwe regeerakkoord biedt echter perspectief voor de toekomst van de culturele sector. Er komt structureel 170 miljoen euro per jaar bij. Dat is meer dan welkom. Ook de inhoudelijke prioriteiten uit het regeerakkoord stemmen onze fractie positief. Een belangrijke prioriteit is het verbeteren van de arbeidsmarktpositie, inclusief een eerlijk salaris, voor de makers in de gehele culturele en creatieve sector. Ook wordt in het regeerakkoord een herstelplan aangekondigd om de sector weer op weg te helpen na de schade die de pandemie en de maatregelen hebben aangericht en nog steeds aanrichten.

Met het nieuwe regeerakkoord is er dus hoop voor de toekomst, maar zoals de Amsterdamse wethouder Jan Schaeffer ooit zei: in geouwehoer kun je niet wonen. Evenzo geldt dat je van een voornemen in het regeerakkoord niet nu je dagelijkse boodschappen en je huur kunt betalen, laat staan de gasrekening. Een herstelplan voor de sector heeft weinig zin als de bemanning, de zzp'ers, het zinkende schip al verlaten heeft. Als al die zzp'ers de sector noodgedwongen verlaten, dan komt het herstelplan voor de sector mogelijk te laat. Daarom graag een reflectie van de staatsecretaris op de actuele nood bij de zzp'ers in de culturele sector in relatie tot het herstelplan. Ziet zij misschien kans om, vanwege het grote aantal zpp'ers, alsnog een tijdelijke vangnetregeling te maken voor de zzp'ers in de cultuursector? We overwegen hiervoor een motie in te dienen, maar zijn allereerst heel erg benieuwd naar de reactie van de staatssecretaris. Tot zover de situatie van de zzp'ers.

O, daar staat iemand. Ik heb een nieuwe bril, dus ik moet een beetje wennen aan het varifocusgehalte.

De voorzitter:

Dat is de heer Van Kesteren van de PVV-fractie. Ik geef de heer Van Kesteren graag het woord voor een interruptie. Gaat uw gang.

De heer Ton van Kesteren i (PVV):

Ik wil de woordvoerder van de Partij van de Arbeid vragen of zij de heer Schaeffer wel goed citeert: in geouwehoer kun je niet wonen. Volgens mij was het woord anders.

Mevrouw Fiers (PvdA):

Nee. We kunnen daar geschiedschrijving over doen, maar het is niet wat u denkt. Dat woord zou ik hier sowieso niet bezigen. Dat snapt u.

De voorzitter:

Dat zou ik ook niet tolereren. Ik denk dat sowieso het debat zonder dit zelfstandig naamwoord niet als verloren hoeft te worden beschouwd. Gaat uw gang.

Mevrouw Fiers (PvdA):

In het kader van de verruwing heb ik het juiste woord gekozen.

Allereerst het schilderij zelf en de tournee door Nederland. Op sociale media omschreef iemand het schilderij als "een trotse selfie", uit 1636 dan. Rembrandt was destijds, zou je kunnen zeggen, ook een startende kunstenaar. Een zzp'er die zijn werk kon verkopen via het atelier van de kunsthandelaar Uylenburgh in Amsterdam. In hetzelfde jaar dat Rembrandt De Vaandeldrager maakte, ontmoette hij daar het nichtje van de kunsthandelaar: Saskia van Uylenburgh. Zij kwam uit Leeuwarden en was dochter van de burgmeester. Dat is iets wat onze senator Ferd Crone niet onvermeld wil laten. Vandaar dat dit er even in staat. Het stel trouwde later in Friesland.

Zijn geweldige, vrolijke en zelfbewuste selfie, De Vaandeldrager, is wellicht dus terug te voeren op zijn prille verliefdheid. Saskia van Uylenburgh was zijn eerste liefde en stond model voor een aantal van zijn belangrijke werken. Ze zijn tien jaar samen als zij komt te overlijden.

Voor de PvdA-fractie is het feit dat De Vaandeldrager met deze aankoop definitief weer in publieke handen komt het belangrijkste argument voor een eventuele aankoop. Ook de geplande tournee van Rembrandt door Nederland stemt ons positief, omdat dit de kans vergroot dat alle Nederlanders dit bijzondere kunstwerk kunnen gaan bekijken. Rembrandt komt naar ons toe deze zomer, zou je kunnen zeggen. Dat is heel mooi. Wellicht moet Rembrandt, als verliefde jonge kunstenaar, zijn tournee beginnen in Leeuwarden, de geboorteplaats van zijn geliefde. Of wellicht moet hij zijn tournee daar eindigen en er misschien wel blijven. Het is een kwestie van omdenken, maar misschien zou het een tegenwicht kunnen bieden aan de in de politiek ook zo actuele tweedeling tussen de Randstad en de regio. Ik ben benieuwd wat de staatsecretaris van deze gedachte vindt.

De Nederlandse belastingbetaler heeft met dit enorme aankoopbedrag het gratis toegangskaartje al wel betaald, zou je zeggen. Een motie van de SP die pleit voor een gratis toegangskaartje voor alle Nederlanders is in de Tweede Kamer aangehouden. Graag horen we van deze nieuwe staatssecretaris hoe zij het door haar voorganger toegezegde uitgangspunt van maximale toegankelijkheid wil gaan invullen en op welke termijn.

Ten derde de waardebepaling. Uit de antwoorden op onze schriftelijke vragen blijkt dat bij deze aankoop is afgegaan op de expertise van een internationaal vermaard specialist op het gebied van oude meesters en dat er geen wettelijke eisen worden gesteld aan taxaties die ten grondslag liggen aan aankopen. In mijn dagelijkse werk heb ik heel veel te maken met taxaties op het gebied van grond en vastgoed. Daar werken we met heel strenge eisen ten aanzien van bijvoorbeeld het opdrachtgeverschap van de taxatie, het vierogenprincipe — er zijn altijd twee taxateurs — voorwaarden aan de personen die de taxatie uitvoeren — dat zijn alleen beëdigd taxateurs — en de houdbaarheid van de gedane taxatie. Graag hoor ik van de staatssecretaris hoe zij aankijkt tegen de huidige werkwijze bij waardebepalingen van kunstaankopen. Ik hoor graag of zij ruimte ziet voor verbetering en of zij het verstandig vindt om hier in de toekomst wel eisen aan te gaan stellen.

Ten vierde wil ik graag stilstaan bij toekomstige aankopen. De Collectie Nederland is nooit af. Er zullen dus steeds nieuwe schilderijen gekocht worden. Kijkend naar de aankopen van de afgelopen tien jaar valt op dat de aankopen nogal ongelijk zijn verspreid over Nederland. De meeste aankopen vinden plaats voor en door musea in de Randstad. Critici geven ook aan dat er bij deze aankopen sprake is van de grote-namenziekte, wat zoveel wil zeggen als je blindstaren op grote namen als Rembrandt en voorbijgaan aan de vele andere vrouwelijke en niet-westerse kunstenaars, die onze kunstgeschiedenis ook rijk is. Wat vindt de staatssecretaris van deze kritiek? Herkent zij dit? Hoe kan de staatssecretaris ervoor zorgen dat de topwerken uit de Collectie Nederland beter verspreid over het land te zien zijn en een pluriformer beeld geven van onze kunstgeschiedenis?

Tot slot, voorzitter. Ik heb me bij de voorbereiding op dit debat vaak afgevraagd wat Rembrandt van dit alles zou hebben gevonden. Ik vermoed dat hij in eerste instantie enorm zou schrikken van het grote bedrag dat wordt betaald voor De Vaandeldrager. Wellicht zou hij ook wel gecharmeerd zijn van het idee om De Vaandeldrager een plek te geven in de geboorteplaats van zijn eerste liefde. Of misschien zou hij, net als ik, wel geraakt zijn door de 315 paar ogen van het hedendaagse kunstwerk in de versie van Anne Ermens.

Ik zie uit naar de antwoorden van de staatssecretaris.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Fiers. Mevrouw Prast.

Mevrouw Prast i (PvdD):

Nu de collega veel blijkt te weten van taxatie, ben ik benieuwd naar haar taxatie van het feit dat het kunstwerk in het publieke domein moet komen, wat een voorwaarde is van de Fransen, en wat dat betekent voor de waarde van de taxatie uit 2018.

Mevrouw Fiers (PvdA):

Ik acht mij deskundig op het gebied van grond en vastgoed. Ik heb altijd geleerd: hou je bij je deskundigheid. Ik ben dus zo meteen eerst benieuwd naar hoe de staatssecretaris de werkwijze in de kunst beschrijft. Ik denk zeker dat het feit dat er niets over is vastgelegd tot heel veel verwarring leidt. Ik denk dat het sowieso verstandig is — en dan kijk ik vooral naar de toekomst — om meer dingen vast te leggen over hoe je die waardebepaling doet. Anders hebben we met elkaar discussies over de vraag of het wel of niet aan de eisen voldoet. Als we het debat voeren over de toekomst, denk ik dat het zeker verstandig is om meer dingen over de waardbepaling vast te leggen dan nu in de antwoorden staan.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan geef ik nu het woord aan de heer Schalk namens de fractie van de SGP.