Kabinet zet wetsvoorstellen over Eerste Kamer door



Het kabinet gaat door met de wetsvoorstellen met betrekking tot de Eerste Kamer zoals die door het vorige kabinet bij het parlement zijn ingediend. Dit schrijft minister Hanke Bruins Slot van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in een brief aan de Tweede Kamer naar aanleiding van de voorstellen uit het coalitieakkoord van Rutte-IV over onder meer investeren in de democratische rechtsstaat en een vitale democratie.

Bij de Eerste Kamer zijn momenteel twee wetsvoorstellen over de Eerste Kamer in behandeling. Het eerste voorstel betreft de eerste lezing van het wetsvoorstel tot verandering in de Grondwet van de bepalingen over de verkiezing, inrichting en samenstelling van de Eerste Kamer. Het tweede voorstel betreft de eerste lezing van het wetsvoorstel voor de behandeling van een grondwetswijziging in een Verenigde Vergadering.

De Eerste Kamer heeft beide wetsvoorstellen op 2 februari 2021 controversieel verklaard in verband met de demissionaire status van het toenmalige kabinet Rutte-III. Die controversialiteit van de kant van de Eerste Kamer is door het aantreden van het kabinet Rutte-IV op 10 januari 2022 vervallen. Reeds eerder had de Eerste Kamer vragen gesteld aan de regering over beide wetsvoorstellen, zodat de wetgevingsprocedure nu verder gaat zodra de regering hierop heeft geantwoord.

Bruins Slot schrijft in haar brief dat zij de door het vorige kabinet aan de Raad van State en Kamers voorgelegde voorstellen ter opvolging van het rapport van de staatscommissie parlementair stelsel (de staatscommissie-Remkes) verder in behandeling brengt. Zij gaat in haar brief niet in op het voorstel van de staatscommissie-Remkes om de Eerste Kamer mogelijk een terugzendrecht te geven. Thans kan de Eerste Kamer een wetsvoorstel louter aannemen of verwerpen. Het vorige kabinet stond positief tegenover de idee van invoering van een vorm van terugzendrecht voor de Eerste Kamer; maar van het indienen van een wetsvoorstel bij de Tweede Kamer is het vooralsnog niet gekomen.

In de brief staat tevens dat minister Bruins Slot met collega-minister Frank Weerwind van Rechtsbescherming een hoofdlijnenbrief voorbereidt over constitutionele toetsing. Minister Bruins Slot meldt verder in haar brief dat over de verhouding tussen de verschillende staatsmachten en de positie van de burger in dat verband een staatscommissie zich zal buigen. Die staatscommissie zal binnenkort, na afronding van het overleg met de Kamers en met de rechtspraak, worden ingesteld.


Deel dit item: