De Eerste Kamer debatteerde vandaag met staatssecretaris Vijlbrief van Mijnbouw over een voorstel tot wijziging van de Mijnbouwwet waarmee het vergunningstelsel voor de opsporing en winning van aardwarmte wordt aangepast. Er waren vanuit de Kamer twee sprekers: Faber-van de Klashorst (PVV) en Pijlman (D66). Het voornaamste onderwerp van debat: de borging van de kwaliteit van ons drinkwater.
Moties
Senator Faber-Van de Klashorst diende tijdens het debat drie moties in. Over deze moties wordt gestemd op 11 oktober 2022.
-
-De eerste motie-Faber-van de Klashorst c.s.. verzoekt de regering geen toestemming te geven voor het slaan van geothermie putten in een gebied waar de aanvullende strategische voorraden en de nationale grondwaterreserves nog niet formeel zijn aangewezen (35531, G).
-
-De tweede motie-Faber-van de Klashorst c.s.. verzoekt de regering tijdens het proces van vergunningen voor geothermie drinkwateraspecten altijd te betrekken (35531, H).
-
-De derde motie-Faber-van de Klashorst c.s.. verzoekt de regering lokale overheden (met name provincies en gemeenten) verplicht te stellen bindend advies uit te brengen tijdens de vergunningverlening voor geothermie (35531, I).
De staatssecretaris liet de eerste twee moties aan het oordeel van de Kamer en ontraadde de derde motie.
Impressie debat
Senator Faber-van de Klashorst (PVV) hekelde in haar inbreng de ‘miljarden aan belastinggeld’ die worden ‘weggespoeld’ in het kader van de energietransitie. Volgens haar verpesten windmolens het landschap al en is nu de bodem aan de beurt. Kilometers diep boren voor de verwarming van industrie en huizen brengt grote risico’s met zich mee. Tegelijkertijd is er volgens haar te weinig kennis van die risico’s. Daarom maakt ze zich zorgen om natuur en milieu en om aardbevingen, ook omdat er in de sector volgens haar ‘veel cowboys’ actief zijn.
Faber-van de Klashorst (PVV) vroeg de staatssecretaris daarom of de gevolgen voor de waterwinning voldoende betrokken worden bij de vergunningverlening voor de opsporing en winning van aardwarmte. Waterwingebieden zijn nog niet formeel aangewezen. Zijn ze nu vogelvrij? Is de bescherming van onze toekomstige drinkwatervoorziening voldoende geborgd?
Senator Pijlman (D66) stelde in zijn inbreng dat aardwarmte nu vooral in de tuinbouw op beperkte schaal wordt toegepast, maar ‘veel potentie’ heeft. Het zou volgens hem een groot deel van onze energiebehoefte kunnen dekken. Het is volgens Pijlman ‘schoon en duurzaam, maar niet zonder risico’. Daarom moet de opsporing en winning goed worden gereguleerd, ‘zeker nu het boven en onder de grond steeds drukker wordt’. Een goed en helder juridisch kader helpt bij de energietransitie, het is belangrijk voor de aanleg van warmtenetten. Pijlman vroeg naar de exacte invulling van het toezicht op de veiligheid van de drinkwatervoorziening en of de wetgeving actueel genoeg is en écht helpt om te versnellen.
Staatssecretaris Vijlbrief van Mijnbouw onderstreepte het belang van aardwarmte voor onze energievoorziening, zeker ook omdat we ons gasverbruik willen afbouwen. Het wetsvoorstel moet bijdragen aan een versnelling van het gebruik van aardwarmte, maar veiligheid moet altijd voorop staan, ook als het om drinkwater gaat. Het is volgens de staatssecretaris uitgesloten dat boren naar aardwarmte kan leiden tot het doorboren van ondergrondse drinkwaterreservoirs.
De veiligheid van drinkwater zal altijd een belangrijk criterium zijn bij de vergunningverlening door zijn ministerie. Zo zal het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) er ook op letten of bij het zogenaamde schuin boren geen risico’s ontstaan voor de waterwinning, aldus Vijlbrief. Ook zal het ministerie volgens de staatssecretaris nooit toestemming geven voor boringen als de provincie zich daar niet over heeft uitgesproken. Volgens de staatssecretaris zijn lagere overheden nu bezig met het afronden van proces van het aanwijzen van strategische drinkwatervoorraden.
In antwoord op vragen van senator Pijlman over de veiligheid, gaf de staatssecretaris aan dat er gebieden zijn waar boren naar aardwarmte kan leiden tot aardbevingen. Dat gaat vooral om delen van Limburg en Groningen. Die worden niet van tevoren uitgesloten van de mogelijkheid om te boren naar aardwarmte, maar er wordt ook daar heel goed gekeken of er op die specifieke plek geen risico ontstaat op aardbevingen.
Senator Faber-van de Klashorst vroeg of de verplichte participatie van staatsbedrijf Energie Beheer Nederland (EBN) in aardwarmteprojecten niet problematisch was. Daartoe moet EBN immers contracten sluiten met vertrouwelijke en bedrijfsgevoelige informatie, terwijl het aan de andere kant ook een rol heeft in het opbouwen en delen van kennis over de winning van aardwarmte. De staatssecretaris gaf aan de zorgen niet te delen, maar zegde de senator toe binnen een paar jaar na inwerkingtreding van de wet op dit punt een evaluatie uit te voeren.
Deel dit item: