Plenair Nicolaï bij debat over invoering van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen



Verslag van de vergadering van 24 oktober 2023 (2023/2024 nr. 04)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 14.37 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Nicolaï i (PvdD):

Dank u wel, voorzitter. Wat is het eind van het traject? Als het eind van het traject is dat over een paar maanden de Raad van State zegt dat de gedoogverklaring gewoon niet mag — en dat is vaste rechtspraak — dan is dat het eind van het traject en dan is de chaos daar. Ik denk dat we als Eerste Kamer op dat soort dingen moeten letten. Dat ten eerste.

Ten tweede nog iets over de uitvoerbaarheid. Dat is ook onze taak. Als er geen kwaliteitswaarborgen zijn, wat valt er dan überhaupt uit te voeren? Dus ik vind het een beetje een onzinnige discussie als het daarover gaat. Het is bij uitstek onze taak om zelf op het laatste moment te zeggen: dit gaat mis. De heer Van Meenen heeft gezegd dat het Instituut voor Bouwrecht een advies heeft gegeven. Dat is duidelijk. Ik heb mij er zelf over gebogen en ik ben tot de conclusie gekomen dat er weinig deugt aan dat advies. Inmiddels zijn er door twee andere deskundigen, de heer Gierveld en de heer Scholten, inhoudelijk gelijke opmerkingen gemaakt, namelijk dat het niet deugt. Ik heb de minister buiten de Kamer om al een aantal vragen gesteld maar ik wil die in deze Kamer toch nog even herhalen, want dan ligt dat ook vast in de Handelingen. Mijn vragen zijn de volgende.

Als besloten wordt om de Wkb en het Bkb niet per 1 januari 2024 in werking te laten treden, is het dan juist dat de ontvlechting van de inwerkingtreding — meneer Van Meenen, het gaat over de ontvlechting van de inwerkingtreding en niet over de ontvlechting van de inhoudelijke AMvB's — van Wkb/Bkb en de op de Omgevingswet gebaseerde AMvB's wordt bereikt door in het inwerkingtredings-KB van 5 april 2023 een enkele aanpassing te doen? Dat betekent dat je gewoon bij de verschillende AMvB's kijkt welke afdelingen in die AMvB's terugslaan op de Wkb en dat je die afdelingen buiten werking stelt en dat je verder de Wkb buiten werking stelt, en dan ben je klaar. Dat is vraag een. Klopt dat? Vraag twee: is het juist dat door uitsluitend de inwerkingtreding te regelen, de AMvB's niet inhoudelijk worden gewijzigd, zodat geen voorhangprocedures zijn vereist die op die AMvB's betrekking hebben? Vraag drie: als de vorige twee vragen bevestigd moeten worden beantwoord, op welke termijn kunnen dan de in de eerste vraag bedoelde wijzigingen alsnog worden doorgevoerd?

Voorzitter. Dat waren mijn vragen.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Nicolaï.

Wenst een van de leden in de eerste termijn nog het woord? Dat is niet het geval.

Minister, bent u in de gelegenheid om direct te reageren op de vragen?

Minister De Jonge i:

Nee, zeker niet.

De voorzitter:

Hoeveel minuten schorsing zou u willen?

Minister De Jonge:

Ik denk zo'n 25 minuten.

De voorzitter:

Dan schorsen we tot 15.05 uur.