T03732

Toezegging Nader bezien maximale breedte bak- en vrachtfietsen (36.269)



De minister van Infrastructuur en Waterstaat zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag en een motie van het lid Van Langen-Visbeek (BBB), toe bij de uitwerking van het uiteindelijke LEV-kader de maximale breedte van bak- en vrachtfietsen van 1 meter versus 1,2 meter nader te bezien.


Kerngegevens

Nummer T03732
Status openstaand
Datum toezegging 10 oktober 2023
Deadline 1 juli 2024
Verantwoordelijke(n) Minister van Infrastructuur en Waterstaat
Kamerleden drs. A. van Langen-Visbeek (BBB)
Commissie commissie voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving (IWO)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie lagere regelgeving
Onderwerpen (bak)fietsen met trapondersteuning
breedte
lichte elektrische voertuigen
LEV-kader
Kamerstukken Goedkeuringsprocedure toelating bijzondere bromfietsen op de weg en introductie kader lichte elektrische voertuigen (36.269)


Uit de stukken

Handelingen I 2023/24, 36269, nr. 3, item 3, p. 2

Mevrouw Van Langen-Visbeek (BBB):

(…)

“We overwegen een tweede motie voor het wijzigen van de maximumbreedte van bak- en vrachtfietsen naar 1,2 meter. Een beperkt aantal speciale e-bikes voldoet niet aan het LEV-kader qua breedte en gewicht. Het gaat om speciale e-bikes die bedoeld zijn voor kwetsbare mensen, zoals e-duofietsen, e-rolstoelfietsen en e-riksja's. Dat zou u moeten aanspreken in deze week van de inclusiviteit. Ik geef een drietal argumenten. Ons buurland België heeft kort geleden bij koninklijk besluit de breedte aangepast van 1 meter naar 1,2 meter. De ervaring is dat minder brede fietsen eerder het risico lopen om om te vallen als zij de stoep oprijden. Bovendien is een breedte van 1,2 meter veiliger als bak- en vrachtfietsen in de toekomst wellicht gebruikmaken van de weg en niet per se van het fietspad. Deze aanpassingen van het voorgestelde LEV-kader zijn vrij eenvoudig te realiseren en zullen de veiligheid niet beïnvloeden of die zelfs ten goede komen. Ze zullen ervoor zorgen dat ouderen en mensen met een beperking niet geconfronteerd worden met de mogelijke gevolgen van deze wet, de regeldruk fors verminderen en ook de werkdruk bij de RDW, waar de BOVAG nu al zijn zorg over uitspreekt, verminderen. Ze zullen zorgen voor lagere kosten voor de fabrikanten en dus voor de gebruikers, en ervoor zorgen dat de toekomstige regels meer aansluiten op die van de buurlanden. Ik reken dan ook op brede steun voor beide verbetervoorstellen. Ik hoor graag de reactie van de minister en de andere partijen hierop. Een toezegging zou fijn zijn.”

Handelingen I 2023/24, 36269, nr. 3, item 3, p. 10

Minister Harbers:

(…)

“Dan kom ik op de vraag over de maximale breedte. De breedte van 1 meter is gebaseerd op de richtlijn van het CROW, de instantie die veel deskundigheid daarover heeft en ons adviseert. Het CROW adviseert bijvoorbeeld over infrastructuur. Het is gebaseerd op de richtlijn dat een fietspad minimaal 2 meter breed moet zijn. Smalle voertuigen passen dan beter op de fietspaden. Het is te verwachten dat extra voertuigbreedte — stel dat je opschaalt naar 1,2 meter — bij de huidige breedte van fietspaden leidt tot extra verkeersveiligheidsrisico's. De maximale breedte van 1 meter sluit ook aan op de maximale breedte van snor- en bromfietsen. Vanzelfsprekend hoor ik wat mevrouw Van Langen zegt. Het heeft natuurlijk ook een nauwe relatie met de plaats op de weg van de verschillende voertuigen. Dat is iets wat we ook in dat LEV-kader moeten beantwoorden. Daar sprak ik zojuist ook al over. Dus laat ik haar toezeggen dat we, mocht de plaats op de weg een andere zijn in het uiteindelijke voorstel, ook nog weer eens goed kijken naar de breedte van 1 meter versus 1,2 meter. Ik ga me erop beraden, maar ik kan nog niet vooruitlopen op de uitkomst, omdat het in samenhang met alle aspecten moet worden bezien. Daarnaast geldt dat het punt van de maximale breedte ook vaak betrekking heeft op de duofiets, die vooral ten behoeve van ouderen en/of mindervalide personen wordt gebruikt. Daarover heb ik ook in de schriftelijke voorbereiding al gezegd dat dit voorstel of het LEV-kader geen betrekking heeft op die categorie voertuigen, want daar wordt een apart kader voor gehandicaptenvoertuigen voor opgesteld. Daarbij brengen we balans aan in persoonlijke mobiliteit voor iedereen en de vraagstukken van maatwerk, die heel vaak aan de orde zijn bij deze voertuigen, en de veiligheid, die we generiek willen kunnen waarborgen. Maar dat is weer een apart dossier.”

Handelingen I 2023/24, 36269, nr. 3, item 3, p. 11

De voorzitter: Door het lid Van Langen-Visbeek wordt de volgende motie voorgesteld:

___________________________________________________________________

Motie

___________________________________________________________________

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het voorgestelde LEV-kader nu van toepassing is op voertuigen vanaf 1 meter;

overwegende dat hierdoor niet valt uit te sluiten dat ook e-duofietsen, e-rolstoelfietsen enzovoorts onder de wet vallen;

overwegende dat in België de breedte net is gewijzigd van 1 meter naar 1,2 meter;

overwegende dat het onwenselijk is dat de kaders binnen Europa te veel verschillen;

overwegende dat problemen kunnen ontstaan voor kwetsbare verkeersdeelnemers;

overwegende dat juist de zwaardere bakfietsen veiliger zijn als ze breder zijn;

verzoekt de regering de voorgestelde voertuigbreedte te wijzigen naar 1,2 meter,

en gaat over tot de orde van de dag.

Zij krijgt letter E (36269).

Mevrouw Van Langen-Visbeek (BBB): “Kijk, wij willen dit gewoon meegeven. Het LEV-kader komt er in 2025 aan, dus nu kan de Kamer een signaal, een boodschap meegeven aan de minister.”

Handelingen I 2023/24, 36269, nr. 3, item 3, p. 13

Minister Harbers:

(…)

“Ik zit even te kijken, want ik heb de tekst van de motie nog niet bij de hand. Ja, ik heb de motie hier. Ik ben even op zoek naar hoe ik de motie met letter E moet lezen. Mevrouw Van Langen doet in de motie echt een verzoek om de voorgestelde voertuigbreedte te wijzigen naar 1,2 meter. Ik heb net toegezegd dat we hele vraagstuk van de breedte natuurlijk wel meenemen in de verdere ontwikkeling van het LEV-kader. Maar mevrouw Van Langen zei er ook bij: het is een signaal dat ik wil afgeven, omdat we nog wel moeten kijken hoe het in de buurlanden zit. Als ik de motie zo mag lezen dat dit een belangrijke aansporing van de Eerste Kamer is om hier bij de uitwerking van het LEV-kader naar te kijken, zonder dat ik nu al kan vooruitlopen op hoe dit straks precies gewogen wordt in het geheel, dan zou ik de motie oordeel Kamer kunnen geven. Als de motie strikt het dictum volgt en zegt "u moet nu zorgen dat er een LEV-kader komt waarin die breedte hoe dan ook gewijzigd wordt naar 1,2 meter", dan moet ik de motie helaas ontraden. Ik hoop dat de Kamer de motie kan interpreteren in de geest van de toezegging die ik heb gedaan, en ik 'm oordeel Kamer kan geven.


Brondocumenten


Historie

  • 10 oktober 2023
    toezegging gedaan