T03760

Toezegging Bepalingen uitvoeringswet eerlijke informatievoorziening en desinformatie (36.160)



De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Roovers (GroenLinks-PvdA), toe dat bij de uitvoeringswet wordt stilgestaan bij een concrete en specifieke bepaling voor het bestrijden van desinformatie. Daarnaast wordt in de uitvoeringswet een concrete en specifieke bepaling opgenomen over een eerlijke informatievoorziening en de manier waarop dit geregeld en georganiseerd wordt.


Kerngegevens

Nummer T03760
Status openstaand
Datum toezegging 3 oktober 2023
Deadline 1 januari 2024
Verantwoordelijke(n) Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Kamerleden D.M.G. Roovers MSc, MA (GroenLinks-PvdA)
Commissie commissie voor Binnenlandse Zaken (BIZA)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie overig
Onderwerpen desinformatie
referendum
uitvoeringswet
Kamerstukken Initiatiefvoorstel-Marijnissen en Temmink Opneming in de Grondwet van bepalingen inzake het correctief referendum (36.160)


Uit de stukken

Handelingen I 2023-2024, nr. 2, item 8 - blz. 22

Mevrouw Roovers (GroenLinks-PvdA):

“Die brief schuiven we dan nu even terzijde. Ik heb nu via de voorzitter rechtstreeks een vraag aan de indiener. Kunnen de indieners dan toezeggen dat ze in die uitvoeringswet een substantiële, concrete en specifieke paragraaf opnemen over de informatievoorziening en hoe die geregeld gaat worden?”

Mevrouw Temmink:

“Dat kunnen wij zeker toezeggen.”

Handelingen I 2023-2024, nr. 2, item 8 - blz. 34

Mevrouw Roovers (GroenLinks-PvdA):

“Ik wil daar nog heel even iets specifieker op doorvragen. Natuurlijk zijn er allerlei dingen die nu al gebeuren en die ook van belang zijn bij gewone verkiezingen die we binnenkort gaan hebben. Ik heb geprobeerd te betogen dat referenda toch net iets gevoeliger zijn, niet zozeer om die informatie te verspreiden, maar wel om de uitslag te beïnvloeden. Er zijn namelijk maar twee keuzes: ja of nee. Daarom lijkt een referendum mij net iets gevoeliger voor dat soort beïnvloeding of misleiding. Ik heb de volgende vraag aan de minister. Die hele rijksbrede agenda die we nu hebben, is prachtig, maar ook een beetje globaal. Is dit niet een uitgelezen kans om dat specifiek en concreet te maken in een plan van aanpak rondom referenda?”

Handelingen I 2023-2024, nr. 2, item 8 - blz. 34-35

Minister De Jonge:

“Ik weet niet of er een plan van aanpak moet komen. Laten we in ieder geval met onszelf en elkaar afspreken dat we daar bij de uitvoeringswetgeving op een goede manier op terugkomen om de reden die u noemt. Referenda zouden een grotere magneet kunnen zijn voor bijvoorbeeld statelijke actoren of überhaupt voor desinformatie. Dat heeft een aantal redenen. Het onderwerp leent zich daartoe. Ook is er misschien wel minder een eigenaar van de uitkomst van het product dat daar voorligt. Bij verkiezingen zijn er partijen die opvattingen hebben over waar het naartoe moet met Nederland. Zij zijn zelf de actoren die dat met verve naar voren brengen. Als daar bijvoorbeeld door iemand iets wordt beweerd wat niet klopt, dan zijn de partijen zeer gedreven om dat te corrigeren. Bij een uitkomst van wetgeving die toch meer een compromis is, is dat misschien wat minder het geval. Ook dat hebben we trouwens gezien bij eerdere referenda: van wie was op dat moment eigenlijk die Europese Grondwet? Het kabinet deed erg zijn best, maar het was niet alleen maar overtuigend. Dus van wie was eigenlijk de uitkomst van dat compromis? In een correctief referendum zou dat element ook kunnen spelen. Ik denk dus dat je bij referenda goed moet nadenken over de informatievoorziening als zodanig. Dat is een element. Daar waar het gaat om de aanpak van desinformatie zijn er op z'n minst die elementen die nu ook al gelden. De socialmediabedrijven werken namelijk ook met de trusted flagger status van bijvoorbeeld BZK of andere departementen. De diensten hebben een aanpak op interstatelijke actoren, met een offensief cyberprogramma. De aanpak die we nu heb- ben, geldt natuurlijk ook voor desinformatie bij een referendum. Maar laten we bij de uitvoeringswet stilstaan bij de meer specifieke dingen die je voor referenda zou moeten willen regelen.”

Handelingen I 2023-2024, nr. 2, item 8 - blz. 35

Mevrouw Roovers (GroenLinks-PvdA):

“Kan ik dit opvatten als een toezegging dat we daar specifiek op terugkomen …”

Minister De Jonge:

“Zeker.”

Mevrouw Roovers (GroenLinks-PvdA):

“… bij de bespreking van de uitvoeringswet, niet alleen op de informatievoorziening, maar ook op de desinformatieverspreiding?”

Minister De Jonge:

“Ja, laten we dat doen.”

Handelingen I 2023-2024, nr. 2, item 8 - blz. 39

Mevrouw Roovers (GroenLinks-PvdA):

(…)

“Vandaar dat ik blij ben met de toezegging van de indieners om in de uitvoeringswet een concrete en specifieke bepaling op te nemen over een eerlijke informatievoorziening en de manier waarop we die gaan regelen en organiseren. Later kwam er via de minister een toezegging over het opnemen van een bepaling over een concrete en specifieke benadering van het bestrijden van desinformatie. Ik heb daar eigenlijk maar één vraag over, namelijk: heb ik dat goed begrepen? Zo ja, dan was dat mijn enige vraag.”

Handelingen I 2023-2024, nr. 2, item 8 - blz. 52

Mevrouw Temmink:

“Daarmee kom ik op de vragen die nog gesteld zijn. Mevrouw Roovers stelde als enige vraag of zij de toezegging goed gehoord heeft. En jawel, die toezegging heeft zij zeker goed gehoord.”

Handelingen I 2023-2024, nr. 2, item 8 - blz. 52

Minister De Jonge:

“Voorzitter, dank. Allereerst in antwoord op mevrouw Roovers. Ze heeft al een bevestiging van de toezegging gekregen van de indiener. Daar waar die het kabinet betreft gaat het in alle preciesheid wat mij betreft om de afspraak over hoe de informatievoorziening wordt vormgegeven in de uitvoeringswet, en bij gelegenheid van de behandeling van die uitvoeringswet ook de aanpak op het gebied van desinformatie. Volgens mij is dat de combinatie die we hebben te maken.”


Brondocumenten


Historie

  • 3 oktober 2023
    toezegging gedaan