Verslag van de vergadering van 3 december 2024 (2024/2025 nr. 10)
Status: ongecorrigeerd
Aanvang: 14.33 uur
Een verslag met de status "ongecorrigeerd" is niet voor citaten en er kan geen recht aan ontleend worden.
Mevrouw Aerdts i (D66):
Voorzitter. Allereerst willen wij de minister van Klimaat en Groene Groei ook welkom heten bij haar eerste debat in deze Kamer. Wij feliciteren haar met haar positie als de tweede klimaatminister in de Nederlandse geschiedenis. Wij wensen haar uiteraard veel succes in de komende periode en wij kijken uit naar een goede samenwerking.
Voorzitter. In mijn betoog van vorige week verwees ik al kort naar de uitdagingen waar wij voor staan als het gaat om de klimaatverandering. Het weer wordt steeds extremer. Dat merken we ook in Nederland. Vorige week, op 24 november, was het in De Bilt 17,1 graden. Het was de warmste 24 november die ooit is gemeten. Om onszelf en anderen te beschermen moeten we nu in actie komen om de klimaatverandering aan te pakken. De energietransitie is hierbij een cruciaal onderdeel.
De D66-fractie is daarom verheugd dat wij vandaag met de minister van Klimaat en Groene Groei spreken over de Energiewet. Mijn fractie ziet deze wet, onder andere in combinatie met de warmtewetten, als een belangrijke stap die nodig is om de klimaatdoelen dichterbij te brengen. En dat is nodig. Minister Rob Jetten bracht als eerste minister voor Klimaat de klimaatdoelstellingen binnen handbereik, maar de kans dat de doelstellingen voor 2030 gehaald worden, is onder dit kabinet minder dan 5%. Mijn fractie vindt het daarom van groot belang dat we met deze minister een goede inhoudelijke start kunnen maken om gezamenlijk werk te maken van deze energietransitie.
De wet die vandaag voorligt, vervangt de oude Gaswet en de Elektriciteitswet door één wet. Deze stelt regels omtrent de logistiek en het transport van energie. Daarbij worden onder andere ook oplossingen geboden voor netcongestie en worden er kaders gesteld voor de afname en het gebruik van gas. Daarnaast bevat deze wet oplossingen voor de uitdagingen die worden veroorzaakt door het decentraal opwekken van energie. Zo kunnen zonnepanelen en windmolens in de toekomst op een efficiëntere en meer betrouwbare wijze een duurzame bijdrage leveren aan onze energievoorziening.
De D66-fractie ziet dat de Energiewet een aantal problemen in de huidige energie-infrastructuur structureel aanpakt. Hiermee wordt onze energievoorziening toekomstbestendiger. Ik zal mijn fractie daarom adviseren om voor de wet te stemmen. Wel hebben wij, onder andere naar aanleiding van ons schriftelijk overleg, nog een aantal vragen aan de minister. Deze hebben betrekking op de brede context van de wet, de betaalbaarheid en toegankelijkheid van energie, de energiegemeenschappen, het delen van energie en de amendementen uit de Tweede Kamer.
Ik begin bij de context van de wet. De Energiewet richt zich op het moderniseren van bestaande regels en het toepassen van de Europese regelgeving in het Nederlandse energiesysteem. Hiermee maakt de wet de Nederlandse energievoorziening toekomstbestendig. Voor de fractieleden van D66 is het belangrijk dat die energie in de toekomst voor een groot deel afkomstig is uit duurzame bronnen. Ons land staat voor een grote klimaatopgave. We kunnen de doelstellingen alleen halen als we afstappen van de fossiele brandstoffen. In de eerste nota naar aanleiding van het verslag stelt de minister dat de Energiewet in relatie tot de klimaataanpak een neutrale wet is. De regels binnen deze wet stellen kaders die van toepassing zijn op alle vormen van energie; zij bevorderen niet specifiek het gebruik van duurzame energie. Kan de minister toch aangeven hoe zij de Energiewet gaat inzetten om het gebruik van fossiele brandstoffen in Nederland af te bouwen?
Zoals ik in mijn inleiding al aangaf, lijken de klimaatdoelen op dit moment buiten bereik. Het Planbureau voor de Leefomgeving heeft aangegeven dat met het huidige kabinetsbeleid de kans dat deze doelen gehaald worden, minder dan 5% is. Daarom ook mijn vraag aan de minister hoe deze wet past binnen haar plan om de klimaatdoelstellingen te gaan halen. Welke aanvullende maatregelen gaat zij daarnaast nemen om ervoor te zorgen dat we de doelen alsnog behalen?
Dan de betaalbaarheid van de energie. In het verleden hebben we gezien dat de prijzen van energie door gebeurtenissen elders omhoog kunnen schieten, zoals gebeurde bij de Russische inval in Oekraïne. Om de kosten niet de spuigaten uit te laten lopen, stelde het vorige kabinet destijds een prijsplafond in. Dit wetsvoorstel ziet af van de mogelijkheid tot het instellen van een prijsplafond, maar geeft de ACM wel de mogelijkheid om te handhaven op de redelijkheid van prijzen. Leveranciers die exorbitante prijzen vragen voor hun energie worden beboet. Daarbij gaat de minister ervan uit dat de disciplinerende werking van de markt ervoor zal zorgen dat deze prijzen niet zullen voorkomen.
Eerdere onvoorspelbare geopolitieke ontwikkelingen hebben laten zien dat de prijzen op de markt toch excessief hoog kunnen uitvallen. Voor mijn fractie staat voorop dat een warm huis voor iedereen betaalbaar moet zijn. Hoe waarborgt de minister de betaalbaarheid van energie in het geval van onvoorspelbare prijsstijgingen, zeker nu het amendement over een sociaal tarief niet is aangenomen in de Tweede Kamer? De ACM moet nu toezien op de redelijkheid van de tarieven en geeft aan klaar te zijn voor de uitvoering van de wet, maar kan de minister ook aangeven hoe zij haar eigen rol hierin ziet?
In de wet wordt ook gesproken over kwetsbare afnemers in energiearmoede. Mijn collega Holterhues ging er net al heel uitgebreid op in. Echter, die begrippen worden niet nader gedefinieerd. Ik sluit me dan ook aan bij zijn vragen. Zou de minister kunnen aangeven hoe we de groepen wel gaan afbakenen en daar misschien een toezegging op kunnen doen?
Vorige week spraken we ook uitgebreid over de toegankelijkheid van de energietransitie voor iedereen. Mijn collega had het net ook al over het draagvlak voor die transitie. In de schriftelijke vragen hebben wij hier al bij stilgestaan, maar toch zou ik aan de minister willen vragen hoe zij haar eigen rol ziet in het kader van deze wet, of liever nog wat breder, om het draagvlak voor deze transitie te vergroten en ervoor te zorgen dat iedereen ook echt mee kan doen. De heer Zomer van Energie Samen zei het heel mooi tijdens de deskundigenbijeenkomst, waarin hij de energiegemeenschappen die door deze wet tot stand kunnen komen, vergeleek met de waterschappen, die 600 jaar geleden zijn opgericht en Nederlanders de toegang tot schoon en betaalbaar drinkwater gaven.
Ik stip hierbij dan ook nog graag even het punt aan van energie delen. De heer Crone ging er net ook al op in. In deze wet wordt geregeld dat men al energie bij dezelfde leverancier kan delen, maar de Europese regelgeving stelt dat iedereen, onafhankelijk van de leverancier, dit moet kunnen doen. We hebben al begrepen dat dit in de komende verzamelwet zal worden gerepareerd, maar kan de minister dat hier misschien ook toezeggen?
Het succes van de energietransitie hangt onder andere af van het oplossen van netcongestie. De afbouw van fossiele brandstoffen zal leiden tot een toename van het elektriciteitsgebruik. Het stroomnet moet dit verhoogde gebruik aankunnen. D66 steunt dan ook de mogelijkheid voor netbeheerders die in deze wet is opgenomen, om op piekmomenten zelfstandig op locatie extra energie op te kunnen wekken en te kunnen leveren. Ziet de minister hierbij ook de mogelijkheid om stroom van particulieren, opgewekt door bijvoorbeeld zonnepanelen op eigen dak, in te zetten om die netcongestie lokaal aan te pakken?
In de Tweede Kamer is een reeks amendementen aangenomen die impact hebben op deze wet. Daarbij gaat het ook om een aantal amendementen die de Telecomwet aanpassen. Mijn fractie begrijpt dat dit niet het terrein van deze minister is, maar gezien de zorgen over de amendementen, bijvoorbeeld bij telecomproviders, goededoelenorganisaties en loterijen, willen we het toch graag hier aan de orde stellen. De amendementen leken bedoeld te zijn om consumenten te beschermen tegen agressieve en impulsieve verkoop, maar gezien de zorgen die met ons zijn gedeeld lijken de gevolgen veel groter dan men in de Tweede Kamer leek te kunnen overzien. Het lijkt ons onwenselijk om een wet die vandaag niet aan de orde is, op een manier te wijzigen die voorbijgaat aan het beoogde doel. Zou de minister aan kunnen geven wat de gevolgen precies zijn en hoe het kabinet deze zorgen zal gaan adresseren?
Voorzitter, ik rond af. De Energiewet is nodig om onze sterk verouderde regels omtrent gas en elektriciteit aan te passen aan de huidige tijd. Met deze wet wordt de basis gelegd voor de aanpak van netcongestie en worden stappen gezet in de energietransitie. Daarmee blijft onze hoogwaardige energie-infrastructuur op peil. Onze fractie hoopt dan ook dat deze wet op steun kan rekenen bij de andere partijen in deze Kamer. Gezien de urgentie van de klimaatcrisis hoopt de fractie van D66 ook dat deze wet zal bijdragen aan een duurzame toekomst. We kijken daarom uit naar een goede samenwerking met deze minister in de komende periode, om gezamenlijk te bouwen aan een groene toekomst. We wachten de beantwoording van de vragen met belangstelling af.
De voorzitter:
Ik dank u wel. Dan geef ik het woord aan mevrouw Perin-Gopie van de fractie van Volt.