Verslag van de vergadering van 18 maart 2025 (2024/2025 nr. 22)
Status: ongecorrigeerd
Aanvang: 12.18 uur
Een verslag met de status "ongecorrigeerd" is niet voor citaten en er kan geen recht aan ontleend worden.
De heer Schalk i (SGP):
Voorzitter, dank u wel. Net als bij de behandeling van de wet die de beslistermijnen voor het nareizen heeft aangepast, wil ik opnieuw aangeven dat mijn fractie uitgaat van rechtvaardigheid en barmhartigheid. Ik werd daar eigenlijk vanmorgen nog even extra op gewezen, toen ik vanmorgen vroeg in mijn Bijbel aan het lezen was en in Deuteronomium las over "God, Die het recht van de wees en de weduwe doet". Vervolgens stond er "en de vreemdeling liefheeft", dus "God, Die de vreemdeling liefheeft, dat Hij hem brood en kleding geve". Dat is natuurlijk een heerlijke gedachte. U zult ook begrijpen dat je vervolgens heel erg aan het nadenken bent over wat dat nou betekent voor onze kijk op de problematiek rondom asiel, de instroom enzovoort.
Rechtvaardigheid en barmhartigheid zijn natuurlijk met name gericht op de ruimte die we geven aan asielzoekers. Als het alleen om bijvoorbeeld economisch gewin gaat, dan is de SGP duidelijk: daar is geen ruimte voor. Maar als mensen om het vege lijf te redden bij ons aankloppen, dan ligt het anders. Dan komen we aan de kant van de barmhartigheid. Dat past heel nadrukkelijk bij de beginselen van de SGP, uiteraard. Trouwens, ik ga ervan uit dat dat voor alle fracties hier geldt.
Daarbij denk ik vooral aan mensen die vervolgd worden vanwege hun geloofsovertuiging. Onlangs werden er cijfers gepubliceerd door Stichting de Ondergrondse Kerk. Het is schokkend om te lezen dat er wereldwijd 380 miljoen christenen niet vrij zijn om in Jezus Christus te geloven. Ze worden achtergesteld, gevangengezet of zelfs gedood, zoals de 70 christenen die vorige maand in Congo werden onthoofd. Afschuwelijk. Als deze mensen, dit soort vluchtelingen zich melden, dan moet daar natuurlijk ruimte voor zijn en blijven. Dat is heel belangrijk, ook bij de wetten die nu voorliggen in de Tweede Kamer. Ik realiseer me heel goed dat er dus spanning bestaat tussen de noodzakelijke hulp voor mensen die dat echt nodig hebben, en de inperking van de asielinstroom, die door de SGP van belang wordt geacht. We wachten het beleid af dat daarop gericht is, en we zullen pas een oordeel geven als die betreffende wetgeving hier voorligt.
Voorzitter. De verleiding is natuurlijk groot om het vandaag te hebben over allerlei zaken die daarmee te maken hebben, maar dat doe ik nu niet, want het gaat vandaag met name over de begroting 2025. En toch kan ik er niet helemaal omheen en kijken we ook iets verder dan de begroting van 2025. Immers, in deze begroting wordt wel een toekomstbeeld geschetst, met name voor de ondersteunende diensten zoals het COA en de IND. Vanwege onzekerheden in de asielprognoses en de verwachte hogere instroom van asielzoekers worden de budgetten van zowel het COA alsook van de IND voor de komende jaren verhoogd tot in totaal wel 9,7 miljard voor 2026. Maar in 2027 daalt het budget enorm naar 2,8 miljard en in 2028 en 2029 naar 1,2 miljard. Dat is omdat alleen de budgettaire effecten van het beleid voor de komende twee jaren zijn verwerkt. Dit geldt ook voor de kengetallen. Zo wordt in de jaren 2025 en 2026 een asielinstroom van boven de 75.000 verwacht. In 2027 en 2028 daalt die ineens naar 24.730, zonder dat deze daling is onderbouwd.
Voorzitter. Het mag bekend worden verondersteld dat ook de SGP vindt dat de asielinstroom ingeperkt moet worden, maar de SGP staat ook voor financiële degelijkheid en deugdelijkheid. Mijn vraag is: hoe worden betrokken partners in de keten in positie gesteld om voor de lange termijn beleid te maken als het meerjarenperspectief voor hen onzeker is? We hebben een aantal jaren achter elkaar gezien wat het betekent als het COA onvoldoende budget heeft. Bij een scherpe achteruitgang in de financiën rijzen dan de vragen, allereerst bijvoorbeeld als het gaat over peperdure crisisnoodopvanglocaties zoals hotels of cruiseschepen. Hoe gaat de minister daarop in de toekomst sturen? Wat gaat het COA doen met allerlei huisvestingsmogelijkheden die nu beschikbaar zijn maar die straks om financiële redenen onhoudbaar zijn?
Het gaat echter niet alleen om huisvesting en de kosten daarvan. Het gaat ook om het personeel. Wat betekent het voor de personele sterkte als een — ik vind "wapperbeleid" een vervelend woord — in ieder geval wisselend beleid wordt ingezet waarbij 85% van de financiën binnen vijf jaar verdampt is?
De voorzitter:
Ik keur het woord goed.
De heer Schalk (SGP):
Dat is een enorme geruststelling, voorzitter. Even terug naar wat ik aan het zeggen was. Als er 85% van de financiën binnen vijf jaar verdampt is, van 9,7 miljard euro naar 1,2 miljard euro, wat betekent dat dan voor de personele sterkte?
Voorzitter. Dit klemt temeer daar uit het Rekenkamerrapport "Focus op opvangcapaciteit voor asielzoekers" blijkt dat in 23 jaar de uitgaven voor asielopvang 21 keer zijn onderschat, en dat dit achteraf bezien juist tot hogere kosten heeft geleid. Hoe voorkomt de minister dat dit opnieuw gaat gebeuren? Op welke wijze stuurt deze begroting eropaan dat onverwachte tegenvallers in de toekomst worden voorkomen dan wel kunnen worden opgevangen?
Deze vragen zijn alleen maar relevanter geworden door het wetgevingsproces dat de SGP onlangs heeft gesteund, namelijk het wetsvoorstel Verlenging beslistermijnen in asiel- in nareiszaken. Uit de antwoorden van de minister bleek dat er 34.000 zaken op de plank liggen te wachten op behandeling. Door de beslistermijnen te verlengen gebeuren er twee dingen: hopelijk zullen er minder juridische vervolgprocedures worden opgestart én Nederland wordt minder aantrekkelijk voor asielzoekers omdat ons regime nu gelijk is getrokken met dat van de rest van de EU-landen. Maar hoe je het ook wendt of keert, er moet nog heel veel afgehandeld worden en dat aantal groeit nog steeds. Dat betekent hoe dan ook een forse werklast voor nu en voor de toekomst voor de IND. Hoe ziet de minister deze problematiek in het licht van de voorgenomen daling van de budgetten voor de langere termijn?
Voorzitter. Mijn fractie zou wellicht kunnen instemmen met de begroting van 2025, maar u proeft de zorgen over de toekomst. Pas als er nieuw beleid is gemaakt, kan de toekomst iets beter worden ingeschat. Kan de minister de zorgen van de SGP wegnemen? Zoals ik al zei komt de minister de komende periode met beleidsvoornemens via wetgeving. Nogmaals, inhoudelijk ga ik daar nog niets over zeggen, maar het is publiek bekend dat de Raad van State een c-dictum heeft gegeven. Het wetgevingsproces is dus nog echt geen gelopen race. Maar hoe dan ook, bij elke wetswijziging zal het ook gaan om gedegen financieel beleid. Daarbij komt dat uit de wetsbehandeling tot nu toe, ook in de Tweede Kamer, blijkt dat de minister zich baseert op de MPP, de Meerjaren Productie Prognose. Dat is trouwens een nare term in dit verband, maar goed.
Dit alles leidt tot de volgende vraag. Wanneer komen de nieuwe cijfers beschikbaar? Ik heb wel gezien dat een en ander tot 2028 beschikbaar is. Op welke wijze wordt vervolgens gestuurd op een langeretermijnaanpak en op verbetering van de immigratie- en asielketen? Cruciaal voor mijn fractie is de volgende vraag. Gaat de minister bij de komende begrotingen, te beginnen bij 2026, een meerjarenraming verzorgen die wél realistisch is, dus niet alleen op basis van het regeerprogramma, maar ook op basis van de stand van zaken van het wetgevingsproces en de situatie in de wereld? Die situatie is natuurlijk heel moeilijk in te schatten, maar roept soms wel vragen op die te duiden zijn als dat we nog niet van deze problematiek verlost zijn. Ik overweeg een motie op dit punt.
Voorzitter, ten slotte. Een langetermijnvisie is vastgesteld in de Uitvoeringsagenda Flexibilisering Asielketen van 3 april 2024. Deze uitvoeringsagenda komt onder druk te staan doordat het financiële meerjarenperspectief niet aansluit bij die agenda. In hoeverre kan de Uitvoeringsagenda Flexibilisering Asielketen op lange termijn worden uitgevoerd met de voorliggende begroting?
Voorzitter. Ik zie uit naar de beantwoording door de minister. Ik dank u wel.
De voorzitter:
Ik dank u wel. Keurig binnen de tijd.
De beraadslaging wordt geschorst.
De voorzitter:
Ik schors de vergadering voor de lunchpauze tot 13.30 uur. Na de pauze gaan we verder met de eerste termijn van de kant van de Kamer.