Dit voorstel beëindigt de overgangsregeling die bij de verscherping van de definitie van een bestelauto is afgesproken. In deze regeling werden bedrijven met meer dan 100 van dergelijke voertuigen voorlopig vrijgesteld van hogere belastingen.
Deze overgangsregeling bij de Wijziging wet Bpm 1992 ivm verruiming van het begrip personenauto (23.215) is niet langer nodig, omdat veel voertuigen inmiddels vervangen of afgeschreven zijn.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 10 juni 1998 zonder beraadslaging en zonder stemming aangenomen door de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 29 juni 1998 als hamerstuk afgedaan.
De wet is opgenomen in Staatsblad 416 van 14 juli 1998.
ingediend
2 maart 1998titel
Wijziging van de Wet van 16 december 1993 tot wijziging van de Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 in verband met verruiming van het begrip personenauto (Stb. 673) (beëindiging grootwagenparkregeling)schriftelijke voorbereiding
ondertekening
inwerkingtreding
Met ingang van 1 juni 1998
6
-
-
-
-
-
-
10 juni 1998
stemming (hamerstuk) Handelingen TK 1997/1998, nr. 59: blz. 5842