Dit wetsvoorstel wijzigt de Pensioen-en spaarfondsenwet (PSW) en enige andere wetten ter uitvoering van richtlijn 98/49/EG inzake de bescherming van de rechten op aanvullend pensioen van werknemers en zelfstandigen die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen. Bescherming van die aanvullende pensioenrechten is nodig ter bevordering van het vrije verkeer en de (arbeids)mobilitiet binnen de EU.
Hiermee wordt de vermindering van de betrokken pensioenuitkeringen met belasting en transactiekosten overgelaten aan de daartoe bevoegde lidstaat. De richtlijn heeft betrekking op het behoud van verworven pensioenrechten, grensoverschrijdende betalingsverkeer, detachering van werknemers en de informatieplicht van pensioenuitvoerders.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 29 mei 2001 zonder beraadslaging en zonder stemming aangenomen door de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 19 juni 2001 als hamerstuk afgedaan.
De wet is opgenomen in Staatsblad 314 van 5 juli 2001.
ingediend
26 maart 2001titel
Wijziging van de Pensioen- en spaarfondsenwet en enige andere wetten ter uitvoering van richtlijn nr. 98/49/EG van de Raad van de Europese Unie van 29 juni 1998 betreffende de bescherming van de rechten op aanvullend pensioen van werknemers op zelfstandigen die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen (PbEG L 209)schriftelijke voorbereiding
ondertekening
inwerkingtreding
Met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin de wet wordt geplaatst, met dien verstande dat artikel 32g slechts van toepassing of overeenkomstig toepassing is op detacheringen die op of na 25 juli 2001 beginnen
-
-
-
-
-
29 mei 2001
stemming (hamerstuk) Handelingen TK 2000/2001, nr. 80: blz. 5125