28.358

Wijziging Bestrijdingsmiddelenwet 1962



Dit wetsvoorstel wijzigt de Bestrijdingsmiddelenwet 1962, waardoor de handhavingsmogelijkheden worden verbeterd en de bestaande belemmeringen voor de uitbreiding van de doeleinden waarvoor een toegelaten of geregistreerd bestrijdingsmiddel mag worden gebruikt, worden weggenomen.

Er worden enkele nieuwe bestuurlijke handhavingsbevoegdheden geïntroduceerd, zoals de toepassing van bestuursdwang en de last onder dwangsom, het stilleggen van activiteiten met bestrijdingsmiddelen en het intrekken van krachtens de Bestrijdingsmiddelenwet verstrekte vergunningen. De bepalingen inzake de uitbreidingstoelating beogen een kader te bieden voor een vereenvoudigd regime voor het verkrijgen van uitbreidingstoelatingen.

Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.


Stand van zaken

Het voorstel is op 10 december 2002 aangenomen door de Tweede Kamer. PvdA, VVD, Leefbaar Nederland, CDA, ChristenUnie, SGP, LPF en Groep Wijnschenk stemden voor. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 28 januari 2003 zonder stemming aangenomen. GroenLinks en D66 is daarbij aantekening verleend.


Kerngegevens

ingediend

6 mei 2002

titel

Wijziging van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 (verbetering van de handhaving en bepalingen inzake uitbreidingstoelatingen)

schriftelijke voorbereiding

ondertekening

  • staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
  • minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

inwerkingtreding

Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld


Documenten